Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Smytegelt en zijn ”Het gekrookte riet”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Smytegelt en zijn ”Het gekrookte riet”

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bernardus Smytegelt (1665-1739) is een van de bekendste oudvaders. ‘Vader Smytegelt’ dankt deze naam aan de geestelijke leiding, die hij door zijn prediking mocht geven. Dat blijkt vooral in zijn prekenbundel ”Het gekrookte riet”.

Smytegelt was van oorsprong een Zeeuw en is ook altijd in Zeeland gebleven. Na bijna twee jaar wachten op een beroep lag zijn arbeidsterrein ook in het Zeeuwse: van Borssele - via Goes - naar Middelburg, waar hij het langst gediend heeft.

Hij was een echte volksprediker.

Hij had een stem ‘als een klok’.

Hij wist zijn toehoorders te boeien en ook tijdens de preek vast te houden. Smytegelt preekte voor de vuist weg. Hij sprak de overheid en onderdanen in niet mis te verstane woorden toe. Hij was bij velen geliefd, maar ontmoette ook door zijn radicale prediking vijandschap.

Smytegelt is onder ons het meest bekend vanwege zijn preken over de Catechismus, uitgegeven onder de titel ”Des Christens eenige troost in leven en sterven” (1742). Tot op vandaag worden ze in vacante gemeenten gelezen. Helder worden hier de grondstukken van de christelijke leer uitgelegd en van persoonlijk gerichte toepassingen voorzien. Zelf heeft hij zijn preken niet opgetekend, dat hebben anderen gedaan, onder wie vooral Maria Boter. Zo kennen we hem ook uit andere prekenboeken als ”Een woord op zijn tijd” (1744) en de ”Keurstoffen” (1765).

Het gekrookte riet

Onlosmakelijk aan zijn naam verbonden is vooral ”Het gekrookte riet” (1744). Het is een bundel met 145 preken. We moeten niet denken dat Smytegelt deze preken achter elkaar gehouden heeft. Ze zijn met aanzienlijke onderbrekingen gedurende een periode van vijftien jaar uitgesproken - de eerste preek op zaterdag 2 maart 1720 en de laatste op zaterdag 3 september 1735. De aanleiding voor deze prekenserie was een bekende tekst. In Mattheüs 12:20-21 staat van de Heere Jezus te lezen: ‘Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen, totdat Hij het oordeel zal uitbrengen tot overwinning. En in Zijn Naam zullen de heidenen hopen’.

Dit woord komt uit de profetie van Jesaja in hoofdstuk 42:3. Deze wordt op een cruciaal moment in Jezus’ aardse bediening aangehaald door de evangelist. In de eerste zes preken gaat Smytegelt op de betekenis van de tekstwoorden in. In de daaropvolgende preken behandelt hij naar aanleiding daarvan een groot aantal thema’s uit het geestelijke leven. Bij de behandeling van deze onderwerpen heeft Smytegelt vooral de kleinen in de genade op het oog. De ondertitel van dit werk luidt dan ook: ‘… waarin een zwak-en kleingelovig christen opgewekt en bestierd wordt om op de Heere Jezus te hopen, mitsgaders verscheidene gevallen en zwarigheden van het gemoed worden opgelost en beantwoord, tot derzulker vertroosting en aanmoediging, om met blijdschap, al strijdende, de weg des geloofs naar de hemel te bewandelen en aan de eeuwige gelukzaligheid deel te krijgen’.

Smytegelt richt zich in deze prekenserie vooral op het beginnende, zwakke geestelijke leven. Als een echte pastor biedt hij kleinen in de genade de helpende hand bij het oplossen van de moeilijkheden die zij ondervinden op de weg en wijst hij hen op het belang om verzekerd te zijn van hun aandeel aan Christus. Hij wijst hen op vele kenmerken van de genade. Tegelijk onderscheidt hij daarbij ‘zijn en schijn’. Dit alles met het doel de kleine en zwakgelovige christenen geestelijke leiding te geven en op te wekken om hun hoop alleen op de Heere Jezus te vestigen.

De kenmerken

De nadruk op de kenmerken kwam Smytegelt al in zijn tijd op kritiek te staan. Waarom niet alleen op Christus hopen? Staan de kenmerken daarbij niet juist in de weg? Smytegelt merkte in de praktijk dat vele zwak-en kleingelovigen het er niet voor konden houden dat de beloften hun toekwamen. Voor ‘vader Smytegelt’ zijn de kenmerken een uitnemend middel om de kleinen bij de hand te nemen en hen tot Jezus als de overste Leidsman en Voleinder des geloofs op te leiden. Tot slot een citaat dat dit evenwichtig onder woorden brengt: ‘Wat belofte zult gij dan verkrijgen! Wat rust voor uw ziel! Jezus, de overste Leidsman en Voleinder des geloofs, zal ’t bij geen belofte laten, Hij zal de Verkwikker Zelf van uw ziel zijn, Hij zal u met smeer en vettigheid verzadigen, en u doen drinken uit de beken van Zijn wellusten, en u in ’t wijnhuis voeren, en diergelijke grote dingen. Als gij daar uw oog op hadt, gij zoudt zeggen, laat ik de tekenen gebruiken, of God ze zegende, en dat ik tot sterkte mocht komen’.

slot


De CGO biedt een Leergang ‘Gekrookt Riet’ aan over het werk van Smytegelt. Voor meer informatie www.cgo.nu/toerusting

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 2023

De Saambinder | 20 Pagina's

Smytegelt en zijn ”Het gekrookte riet”

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 2023

De Saambinder | 20 Pagina's