Kerkbezoek na corona

Het kabinet besloot daartoe op 10 maart. Dat neemt niet weg dat velen de gevolgen van de coronapandemie nog dagelijks ondervinden. Denk aan hen die door Long Covid hun werk niet of nauwelijks kunnen doen. Vele ondernemers ervaren de gevolgen, bijvoorbeeld omdat uitgestelde belastingen door de overheid zullen worden geïnd. Ook andere gevolgen zullen nog lang merkbaar blijven. Ook voor het kerkbezoek?

Het Nederlands Dagblad (ND) deed er onderzoek naar. Het onderzoek strekte zich uit tot vrijwel alle christelijke kerkgemeenschappen in Nederland van vrijzinnig tot zeer orthodox. Uit het onderzoek blijkt dat in drie op de vijf kerken op zondagochtend minder mensen zitten dan voor de coronatijd. Die terugloop raakt alle kerken.

Corona sloeg het hardst toe in rooms-katholieke parochies en in het brede midden van de Protestantse Kerk in Nederland. Ook in de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt, de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands Gereformeerden en combinaties daarvan, nam in 63 procent van deze gemeenten het aantal kerkgangers af. De meeste kerken die een afname van fysiek kerkbezoek zien, schatten dat de kerkgang tot een kwart is teruggelopen door de coronapandemie. Dat is een alarmerende constatering.

Reformatorische kerken

In de reformatorische kerken is volgens de onderzoekers de schade redelijk beperkt gebleven. Hoewel het ten opzichte van andere kerkgemeenschappen dus wel meevalt, is dat geen reden om maar net te doen of het onze gezindte en onze gemeenten niet raakt.

De schade mag dan redelijk beperkt zijn gebleven, maar het houdt wel in dat er schade is. Dat is niet apart voor onze gemeenten in aantallen of percentages weergegeven.

Gelukkig leeft onder ons in het algemeen nog wel het besef dat fysiek kerkbezoek niet nagelaten kan worden. De meeste kerkgebouwen waren dan ook na het opheffen van de maatregelen, die verhinderden dat de gemeente in zijn geheel kon samenkomen, weer nagenoeg als vanouds bezet. Toch valt te beluisteren dat het kerkbezoek hier en daar te wensen overlaat. Vooral in de tweede dienst op zondag worden lege plaatsen waargenomen.

Gemakzucht

Is dat het gevolg van corona? Voor een deel is aan te nemen dat dit zo is. Uit het ND-onderzoek blijkt dat vooral dertigers eruit springen onder hen die uit de zondagse dienst wegblijven. Ook worden wel ouderen genoemd. Sommige ouderen durven nog steeds niet naar de kerk te gaan, bang voor besmetting. Dat zal des te meer wegen als in de onmiddellijke familiekring mensen aan de coronabesmetting zijn overleden.

Maar er kan ook - en dat geldt niet alleen voor ouderen - een zekere gemakzucht ontstaan. Tijdens de coronacrisis kon toch fijn via geluid en vaak ook met beeld meegeluisterd en meegeleefd worden. Waarom zou dat dan nu niet kunnen?

Een mens is zo gemakkelijk geneigd om de weg van de minste weerstand te kiezen en maar thuis mee te luisteren alleen al als de weersomstandigheden niet erg gunstig zijn. De gewenning tijdens corona speelt daarbij zeker een rol.

Afschaffen?

Door corona is het gebruik van digitale middelen onder ons met grote sprongen toegenomen. Voor velen was het een uitkomst om op deze wijze toch de prediking te kunnen beluisteren. Nu is dat niet meer nodig.

De digitale mogelijkheden na corona dan maar afschaffen? Daar waar het kerkbezoek waarneembaar is afgenomen, kunnen kerkenraden met deze vraag worstelen.

Afschaffen is echter geen optie. Als de eigen gemeente deze middelen niet (meer) biedt, kan het er zelfs toe leiden dat sommigen gestimuleerd worden in shopgedrag.

Laten we ook niet vergeten dat we vóór corona de kerktelefoon hadden. Speciaal bedoeld voor hen die om wat voor reden dan ook niet naar de kerk konden gaan. Die zijn er ook na corona. Het beëindigen van de digitale mogelijkheden zou hen ten onrechte treffen.

Het is een illusie te denken dat door het sluiten van digitale kanalen wegblijvers weer naar de kerk zullen gaan. Niet alleen voor jongeren, maar voor iedereen is het nodig om er steeds weer op te wijzen dat het naar de kerk gaan de roeping is van elke christen. ‘En laat ons onze onderlinge bijeenkomst niet nalaten, gelijk sommigen de gewoonte hebben, maar elkander vermanen; en dat zoveel te meer, als gij ziet dat de dag nadert’ (Hebr. 10:25). De kanttekeningen spreken daarbij klare taal als zij over die gewoonte van sommigen zeggen dat zij in het bezoeken van de christelijke vergaderingen vertragen en van de waarheid afvallen door nalatigheid, of uit een groot gevoelen van zichzelf of uit andere oorzaken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen