De toevlucht van een ellendige
Deze psalm is gemaakt door David tijdens één van de dieptepunten van zijn leven. Of, kunnen we beter spreken van een hoogtepunt? Immers, zijn de meeste kostelijke psalmen van deze man naar Gods hart juist niet gemaakt, beter: geboren, in de smeltkroes van de ellende? Blinkt goud juist in de oven niet op z’n heerlijkst?
Doch Gij, HEERE, zijt een schild voor mij. Psalm 3:4a
Moest David eerder in zijn veelbewogen leven vluchten voor Saul, thans moet hij vluchten voor een eigen kind: Absalom. Een vader die door zijn kind naar het leven wordt gestaan. Kan het triester?
David is een ellendige, uitlandige balling geworden. Hij is met zijn volgelingen de Jordaan over getrokken. Nu zal de beslissende slag geleverd worden met Absaloms troepen. Een bange nacht ligt achter David en in de morgen maakt hij deze derde psalm. Duizend zorgen, duizend doden, kwellen zijn angstvallig hart. En, dat is misschien wel het ergste: de vijanden bevinden zich niet alleen vanbuiten. Nee, die vurige pijlen vanbinnen! Velen zeggen: ‘Hij heeft geen heil bij God’. En juist dát, dát breekt David vanbinnen. Dat sloopt zijn kracht het meest, want dat werkt zo verlammend! En hebben die binnenpraters niet gelijk? Immers, als David terugziet in zijn leven, wat blijft er anders over dan zonde, schuld en schande? Wat een bestaan! Wat een afmakingen! Denk aan de droeve gebeurtenis met Bathseba, zijn laten ombrengen van Uria, enzovoort. Ach, David heeft niets om op terug te vallen.
Tenminste, in zichzelf heeft hij niets dan schaamte en schuld. De binnenpraters en de lasteraars vanbuiten, want die zijn er ook, ze hebben allemaal gelijk. Hij heeft geen heil bij God. Zeker niet. Dat is waar. Volkomen waar. ‘Doch Gij…’ En dat ziet op een tegenstelling.
Koud en ongevoelig
Voordat we daar dieper op ingaan, keren we eerst in tot onszelf. Lezer, als wij eens zien op ons land, waar de HEERE zoveel gunsten aan heeft betoond! En hoe is nu de uitleving? Hoe staat het met ons kerkelijk leven? Hoe is het in onze gezinnen met de godsvreze? En in ons eigen persoonlijke leven? Dáár moeten we immers beginnen? Wat zijn we, als God het niet verhoedt, toch koud en ongevoelig en blind voor de vloedstroom van zedeloosheid en geweld, wereldgelijkvormigheid, doorvloeiing en oppervlakkigheid!
Waar heeft de slaande hand Gods in de huidige pandemie ons gebracht? O, dat de oordelen Gods, die ons heden treffen, ons toch door heiligende genade aan Zijn voeten zouden brengen. Hoe moet het toch met ons land en de kerk en onze gezinnen, ja, met ons persoonlijk? Ook in het nieuwe jaar dat we weer mochten beginnen? Als we op al deze golven en omstandigheden zien, moesten we dan niet uitroepen: ‘Heere, bekommert het U niet dat wij vergaan’? Toen de discipelen dat uitriepen waren ze zich tenminste nog bewust van de nood waarin ze zich bevonden, en David ook! En wij? En toch is het waar: ‘De HEERE leeft en Hij regeert. De HEERE schenke ons die beleving: ‘Gij evenwel, Gij blijft Dezelfde, o HEERE’.
Mijn vast betrouwen
De Heere schenke ons wat Hij ook David vergunde, wat we in de tekst van onze overdenking lezen: Hij vlucht tot de HEERE. Want ondanks alles mocht bij David het ‘nochtans’ des geloofs doorbre- ken. Wat een wonder toch, dat diezelfde God, Die in de harten der uitverkorenen het zaligmakend geloof plant, dit ook doet beoefenen. ‘Doch Gij, HEERE…’ De dichter zingt ervan:
‘Maar trouwe God, Gij zijt,
Het schild dat mij bevrijdt,
Mijn eer, mijn vast betrouwen!’
O, als er toch niet dat vastgestaafd verbond was. Daar mocht David, als een doodschuldige in zichzelf, als iemand die blootstaat aan alle mogelijke aanvallen, die ook geen enkel recht meer heeft in zichzelf, als iemand die zo onwaardig is en ten diepste geen enkel verweer meer heeft in de strijd, als iemand die weerloos is en beeft voor het ritselen van een blad, dáár mag hij door het geloof de toevlucht nemen tot de getrouwe Verbondsgod. ‘HEERE’, zo lezen we. David mag schuilen achter het Schild, achter God Zelf. ‘Gij zijt een schild voor mij’. De HEERE geeft David niet alleen het schild des geloofs, maar Hij is Zelf David tot een Schild. Hij, de onveranderlijke Verbondsgod. Dat is God de Vader, Die in de eeuwigheid Zijn Kerk verkoor, God de Zoon, Die de zaligheid verwierf, en God de Heilige Geest, Die de zaligheid toepast en uitwerkt in de harten van ellendigen, bevenden, sidderenden, schuldigen, verlorenen en afgesnedenen. Werden we het ooit in de beleving?
Het heilgeheim
Lezer, kent u dat heilgeheim? Of schuilt u nog achter uw zelfgemaakte schilden? Roemt u nog in eigen krachten? Kunt u zelf uw hoofd nog zo goed opheffen? Werden we er ooit aan ontdekt dat we in onszelf geen enkele bestaansgrond meer hebben voor God? Dat we alles in onze diepe val in Adam hebben verloren? O, wat is het toch noodzakelijk om ontdekt te worden aan onszelf. Smeek om genade, voordat u wegzinkt in de eeuwige diepten.
De God van David ontgronde ons, Hij snijde weg alle eigengerechtigheid, die zo verborgen en subtiel in ons bedorven en hoogmoedige hart aanwezig is, opdat de grote Davidszoon Christus in de weg van het recht geopenbaard worde in ons hart. Hij, Die getroffen werd door de vurige pijlen des satans, Die door een spottende menigte werd gehoond, door ruwe solda- ten werd gekruisigd en Die geen schild had, toen de fiolen van Gods toorn over Hem werden uitgestort. Hij, hét Schild, had geen schild. Hij, Die een eisend recht ver- vulde, en Die Zijn dierbaar bloed stortte. Ja, dat bloed, daar heeft de vijand boog en schild en vurige pijlen op verspild. O, wat een Schild, wat een verberging, wat een wonder, als er uit het welbehagen vandaan door ’s HEEREN Geest iets van gezien en doorleefd mag worden. ‘Waar het bloed, door U gestort, mij de bron des levens wordt’. In dat verbondsbloed ligt voor een ellendige de toevlucht, opdat Christus op grond van recht een Schild zou zijn voor verlorenen en rampzali- gen in zichzelf, opdat de bedrukten het ervaren mogen:
‘Op u vest ik het oog,
Gij heft mijn hoofd omhoog,
en doet m’ Uw gunst aanschouwen’.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 januari 2022
De Saambinder | 16 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 januari 2022
De Saambinder | 16 Pagina's