Niet ouderwets, maar tijdloos
SGP ook een partij voor jongeren!
‘God doet niet mee aan dit debat’. De woorden van Sylvana Simons (BIJ1) in het debat over de verruiming van de transgenderwetgeving waren duidelijk. ‘Wat moeten, moderne en hoogopgeleide mensen eigenlijk met God?!’ Of zoals recent een brief binnenkwam bij SGP-jongeren waarin de auteur verbaasd schreef: ‘Dat mensen zoals jullie in 2022 nog bestaan!’ Wie het huidige tijdsgewricht op zich laat inwerken, ontkomt bijna niet aan de gedachte dat de SGP de langste tijd heeft gehad.
Als dat al niet waar zou zijn voor haar bestaan als politieke partij, dan wel voor de idealen die ze vertegenwoordigt. De tijd van Bijbels gefundeerde politiek is voorbij, nieuwe generaties hebben andere waarden en normen omarmd en er zijn bijbehorende partijen om op te stemmen. Desondanks willen wij in dit essay een lans breken voor de toekomstbestendigheid van de idealen van de SGP.
RELIGIEUZE POLITIEK
Francis Fukuyama, socioloog, politicoloog en filosoof, gaf het politieke en maatschappelijke sentiment van een seculariserende wereld woorden in zijn wereldberoemde essay ‘The End of History’ (1989) en daaropvolgende boek. Volgens Fukuyama was de geschiedenis tot stilstand gekomen. Er was weliswaar nog iets als ‘tijd’ en ‘voortgang’, maar de (politieke) geschiedenis had het eindstation bereikt: de liberale democratie. 1 Het is belangrijk om een streepje te zetten onder ‘liberale’. Fukuyama laat daarin geen ruimte voor religie in het publieke domein, maar wil verdringen tot de persoonlijke levenssfeer. 2 Sterker nog, bij Fukuyama is de secularisatie van het christendom een noodzakelijke voorwaarde om tot vooruitgang te komen. Hij stelt dat ‘Christianity in a certain sense had to abolish itself through a secularization of its goals before liberalism could emerge’. 3
Wie echter verder kijkt dan de sentimenten en de christelijke idealen kritisch vergelijkt met de liberale idealen van Fukuyama ontdekt iets verrassends: het gedachtegoed van de SGP reikt verder dan ‘oude mannen’ en biedt perspectief voor nieuwe generaties. Terwijl de tijdgeest radicale vrijheid en gelijkheid voorstaat, bieden de christelijke idealen een beter en duurzamer alternatief.
VRIJHEID
De postmoderne visie op leven is die van vrijheid en zelfbeschikking (autonomie). Dat heeft onder meer te maken met het feit dat het leven meer beschouwd wordt als een technisch product in plaats van als geschenk. Die verschuiving heeft gevolgen voor de waardering van het leven en is (subtiel) neergeslagen in ons taalgebruik. Een eenzame oude dag wordt gezien als ‘voltooid’ leven en het ontluikende leven is slechts een ‘klompje cellen’. Omdat het leven voor velen niets meer is dan een complexe chemische reactie, is de beëindiging van (kwetsbaar) leven genormaliseerd geraakt. Onze overheid laat zich pijnlijk kennen door mee te werken aan de ontwaarding van het leven en het goedpraten daarvan.
De SGP zet zich daarom, op Bijbelse gronden, in voor de herwaardering van het leven. Ieder leven, hoe kwetsbaar ook, is waardevol en verdient onze zorg en aandacht. Voor het levensbegin betekent dat zoeken naar oplossingen voor (jonge) moeders in nood. Tegelijkertijd is voor een duurzame verandering ook een verandering nodig van de huidige ‘onenightstand’-moraal. Deze moraal doet schromelijk tekort aan de behoefte van stabiele gezinnen en hechte gemeenschappen. Dit SGP-gedachtegoed is niet ‘betuttelend’ of ‘ouderwets’, maar biedt daarentegen een oplossingsrichting in tijden van toenemende emotionele eenzaamheid onder jongeren 4 en steeds langere wachttijden in de jeugdzorg 5 . Autonomie en onafhankelijkheid klinken mooi voor mensen in de ‘upward mobility’, maar het resultaat is atomisering en eenzaamheid. De Bijbel leert ons dat de mens is geschapen als een relationeel wezen. Dat wordt heel duidelijk zichtbaar in Jezus’ samenvatting van de Decaloog. In het ‘grote gebod’ geeft Jezus twee richtingen aan het relationele zijn van de mens. Voorop staat de verticale relatie met God, daaruit volgt automatisch (1 Joh. 3:10-19) de horizontale relatie met de naaste.
GELIJKHEID
Naast vrijheid is ook gelijkheid een begrip dat ingeburgerd en geaccepteerd is geraakt. Dat is goed te begrijpen vanuit de oorspronkelijke bedoeling van ‘gelijkheid’ zoals dat tijdens de Franse Revolutie werd gepropageerd. Het gelijkheidsdenken van toen zette zich af tegen het willekeurige karakter van het ancien regime en richtte zich op de gelijkheid voor de wet. Na de Tweede Wereldoorlog veranderde de betekenis van gelijkheid naar de emancipatoire gedachte ‘gelijke kansen voor iedereen’ (equality of opportunity). Sinds een aantal jaar zijn die gelijke kansen niet langer voldoende ‘gelijk’ en ontstaat gelijkheid pas daar waar de uitkomsten hetzelfde zijn of hetzelfde worden gemaakt (equality of outcome). Het resultaat is (de wens tot) een totaal conformistische maatschappij, waarbij verschillen geen basis vormen voor gesprek, maar waar het gesprek dient om deze verschillen uit te wissen.
Met deze nieuwste herformulering van gelijkheid, is ook de rol van de overheid subtiel en langzaam veranderd. Waar ‘gelijkheid’ oorspronkelijk betekende dat burgers beschermd moesten worden tegen discriminatie door de staat (i.e. ongelijkheid voor de wet), wordt dat nu ingevuld als gelijkheid ten opzichte van de samenleving. Je mag als organisatie of individu niet meer discrimineren en de staat ziet daarop toe. Dit zien we bijvoorbeeld terug in de eenzijdige wet Algemene Wet Gelijke Behandeling – en de interpretatie daarvan -, waardoor de staatsvrije sfeer behoorlijk in het gedrang komt. Tegenwoordig is het zelfs zo dat ‘gelijke behandeling’ een beperkende grond wordt voor spreken (denk bijv. aan de rechtszaken tegen Päivi Räsänen, ds. Olaf Latzel en ds. A. Kort). In deze zaken werd verbod op discriminatie zo breed uitgelegd dat het uitdragen van de Bijbelse normen, geproblematiseerd werd. Prof. dr. Andreas Kinneging stelde daarom tijdens zijn speech op het SGPJ-voorjaarscongres 2022 dat de Bijbel over tien jaar wel eens een verboden boek zou kunnen zijn. 6 De SGP ziet dit gelijkheidsdenken als een bedreiging voor, onder meer, de vrijheid van geloof en de vrijheid van vereniging en vergadering en pleit daarom voor een voortdurende herbezinning op gelijkheid. Niet ‘iedereen is gelijk’ is het motto, maar ‘iedereen is gelijkwaardig’. Dat is geen flauw excuus om bepaalde discussies af te kappen, maar een Bijbelse notie die af te leiden is uit de scheppingsorde. Dit denken begint zeldzaam te worden, maar is daarom ook relevanter en noodzakelijker dan ooit. Met de christelijke traditie belijdt de SGP dat de mens, als man en vrouw, uniek geschapen zijn naar het beeld van God. 7 Dat is een duizelingwekkend hoge positie die beschermt tegen doorslaand gelijkheidsdenken. Daarmee staat de SGP voor een samenleving waarin niet afgedwongen conformiteit het vertrekpunt is, maar gelijkwaardigheid tussen alle mensen.
SLOT
Samenvattend stellen we dat onze postmoderne tijd de nieuwe generatie wil ankeren op twee ideologische pijlers: radicale vrijheid en gelijkheid. De discussie zijn soms lastig: wie is er niet voor vrijheid en wie is er niet tegen discriminatie? Toch zijn de consequenties van dit modern-liberale denken weinig hoopvol. Daarom zijn de idealen van de SGP een meer dan welkom, fris, hoopvol eigensoortig politiek geluid. Waar Fukuyama concludeerde dat religie en geloof de vooruitgang in de weg had gestaan, concluderen wij het tegendeel. Daarnaast mogen we geloven en belijden dat christelijke politiek en het einde van de geschiedenis níet afhangen van politici of menselijk kunnen. Het ligt in handen van Hem die die Zijn vrijheid opgaf om ons écht vrij te maken. Met die tijdloze boodschap kan de SGP vooruit.
BRONNEN
1 Deze stelling moet worden opgevat vanuit Fukuyama’s visie dat geschiedenis een evolutionair proces is: ‘What we may be witnessing is not just the end of the Cold War, or the passing of a particular period of postwar history, but the end of history as such: that is, the end point of mankind’s ideological evolution and the universalization of Western liberal democracy as the final form of human government. ‘(Fukuyama, F. (1989). The End of History? The National Interest, 16, 3–18. www.jstor.org/stable/24027184).
2 ‘Other less organized [than Islam, AJB] religious impulses have been successfully satisfied within the sphere of personal life that is permitted in liberal societies.’ (idem).
3 ‘Fukuyama, F. (1992). The End of History and the Last Man. Hoofdstuk 20, pagina 216.
4 www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/39/ vooral-jongeren-emotioneel-eenzaam-in-2021
5 www.nji.nl/cijfers/jeugdzorg.
6 ‘’De weg vooruit is de weg terug.’’ | Prof. dr. Andreas Kinneging, www.youtube.com/ watch?v=lTI6YmtQOis .
7 Aangepast van: tweedekamer.sgp.nl/ actueel/nieuws/bisschop-over-transgenderwet.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 2022
Zicht | 104 Pagina's
