Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overdenking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overdenking

uit de Heilige Schrift

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onheilige verzoeliingen

Maar een iegeiyk wordt verzocht, als hjy van z^n eigen begeerlflkheid afgetrokken en verlokt wordt. Jac. 1 : 14.

De vorige keer schreven wij over heilige verzoekingen. Daaronder verstaan wij de geloofsbeproevingen, waarin Gods kerk tot haar nut geleid wordt.

Er zijn ook onheilige verzoekingen, die over ons komen van de zijde van satan en de wereld. Deze verzoekingen zijn daarom onheilig, omdat het doel ervan is Gods volk in de zondelast wederom terug te voeren. De duivel laat niet gaarne zijn prooi los en laat daarom geen middel onbeproefd om Gods kerk wederom te brengen onder zijn wrede heerschappij. Het behaagt de Heere deze verzoekingen toe te laten. Ge moogt echter nooit deze Goddelijke toelating aanmerken als een Goddelijke machteloosheid of onverschilligheid. God is in niets, dat op de aarde plaats vindt, de machteloze of onverschillige toeschouwer. Ook hierin is een Goddelijke werkzaamheid, n.1. een werkzaamheid, waarin Hij Zijn eer beoogt, zoals in alle handelingen Gods. Ge zult echter vragen, is God dan niet de auteur van de zonde, wanneer Hij besloten heeft de verzoekingen van satan en wereld toe te laten? Neen, mmmer kan de Heilige God de auteur van de zonde zijn; Hij haat en veracht de zonde en toch gebruikt Hij de zonde. Zelfs doof de wegen der zonde heen zal de vrij- en almachtige God Zich eeuwig doen verheerlijken. Dat deze waarheid nooit een verschoning van de zonde bevatten kan, moet voor een ieder duidelijk zijn. Het past ons bij de erkenning van deze waarheid eerbiedig te zwijgen, ook als wij gesteld worden voor onbegrijpelijke mysteries. God haat de zonde en toch heeft Hij besloten de zonde toe te laten. God verzoekt niemand (Jac. 1 : 13), en toch heeft Hij besloten onheilige verzoekingen toe te laten.

Onheilige verzoekingen zijn de verlokkingen tot de zonde (en wel elke zonde), die door satan en de wereld tot de mens en wel in het bijzonder het volk van God, komen.

Deze verlokkingen zijn op allerlei terreinen. De één wordt verzocht tot de zonde van hoogmoed en wereldzin; de ander tot ijdel zinnelijk genot en de streling van verdorven wellusten; een derde tot de koestering van verborgen zondige begeerten; een vierde tot vleselijke godsdienst; een vijfde tot ongeloof en ge kunt deze lijst uitbreiden.

Hebben deze verzoekingen kracht? Ja, grote kracht. Zulke kracht, dat de heiligen, waarvan Gods Woord ons spreekt ze niet hebben kunnen weerstaan. Noach gaf zich over aan zinnelijk genot en lag dronken op de aarde; Abraham hield God verdacht in zijn trouw en almacht, en Uet Sara zijn zuster genaamd worden; Simson legde zijn nazireeëerskroon in Delila's schoot; David streelde zijn vleselijke lusten en ontzag geen moord en overspel meer; Salomo werd gegrepen door de bekoring, die van de wereld uitgaat en hij Uet zich naar de wijze der heidense koningen een grote harem bouwen, voor zijn vrouwen en bijwijven, wereldzin die hem de afgoden offeren deed.

Zo zijn er zoveel getuigenissen van onheilige verzoekingen, die zulke grote kracht hebben uitgeoefend, dat grote heiligen zich tegen hen niet hebben kunnen verzetten en dat zij in deze verzoekingen gevallen zijn.

Hoe komt het dat deze verzoekingen zulke grote kracht uitoefenen kunnen? Omdat de mens zelf een zondige natuur heeft en ook Gods kinderen, na ontvangen genade, dit zondig „vlees" met alle zondige woelingen en bewegingen in zich blijft omdragen. Daarom hebben die verzoekingen zulk een kracht, omdat zij aanknopingspunten in ons hart vinden. Dit zondig vlees noemt Jacobus „de begeerlijkheid". Een ieder die verzocht wordt, wordt door zijn eigen begeerlijkheid afgetrokken en verlokt. De kracht der verzoekingen is groot,

De kracht der verzoekingen is groot, groter nog door ons eigen bestaan, dat de verzoeker in ons aantreft.

Geen kracht hebben wij daarom tegen de verzoekingen in ons zelf. Wie op eigen krachten steunt, zal zekerlijk omkomen; wie op de wapenen der vleselijke godsdienst zich verlaat, zal ervaren, dat die wapenen hem ontvallen in de strijd tegen de verzoekingen. Gewis er is maar één weg, die God

Gewis er is maar één weg, die God aanwijst om in de strijd niet om te komen, dat is: uitgerust te worden met de wapenrusting die in het tuighuis des Evangelies te vinden is. Deze wapenrusting is de Heere der heerlijkheid zelve, Jezus Christus, in de kracht van Zijn Goddelijk vermogen. Hij is ook verzocht. De machten der hel zijn tegen Hem uitgerukt. Alle kracht des satans is ingespannen om Christus te doen vallen, maar de verzoekingen hebben op Hem nimmer vat gehad, daar de bestendige vereniging van Zijn Goddelijke en menselijke natuur de mogelijkheid van zondigen ten enenmale uitsloot.

In Hem alleen dan is de kracht van Gods kerk gelegen. Hij is de God hunner sterkte. Bekrachtigd worden de Zijnen uit Hem door het zaligmakend geloof, dat Gods kerk tot Zijn sterkte de toevlucht nemen doet.

Wie buiten Hem is, hetzij als onwedergeborene, hetzij als begenadigde, zondei' de dadelijke oefening des geloofs, staat bloot aan de aanvallen van onheilige verzoekingen, waarin zij vallen doordat zij nimmer kracht hebben in zichzelf.

Ver van God af te leven is daarom zo gevaarlijk, omdat wij dan zonder weerstand zijn. Steun niet op de sterkte van de krachten der natuur, steun niet op uw vleselijke godsdienst zelf.

Vlied als een krachteloze in uzelf tot die eeuwige Sterkte. Die Sions grote Koning biedt. Zijn Naam is een sterke toren, de rechtvaardigen zullen daarhenen vlieden en in een hoog vertrek gesteld worden. Wordt krachtig in de Heere, en in de

Wordt krachtig in de Heere, en in de sterkte Zijner macht.

Rotterdam (C.) Ds. A. Vergunst.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 1969

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's

Overdenking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 april 1969

Eilanden-Nieuws | 14 Pagina's