Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bathséba, vernederd en verhoogd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bathséba, vernederd en verhoogd

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie Bathséba zoekt bij de voormoeders van Christus in Mattheüs, zal het moeten doen met de aanduiding ‘degene die Uria’s vrouw was geweest’.

Hiermee valt het volle licht op Christus’ afkomst uit zondig vlees. Kohlbrugge zegt verwon- derd: ‘De dierbare tollenaar Mattheüs gaat langs de hele reeks van namen heen, opdat goed aan de dag zou komen welk vlees de heilige Heiland, ofschoon Zelf zonder zonde, aangenomen heeft. Namelijk ons verdorven, stinkend, schandelijk vlees’. Hoe ontdekkend en bemoedigend tegelijk!

Schuld

Matthew Henry vraagt zich af of Bathséba medeverantwoordelijk was voor Davids zondeval. Gaf ze te gemak- kelijk toe, omdat hij een groot man was en vermaard om zijn godsvrucht? ‘Voorzeker, denkt ze, kan het geen zonde wezen wat door een man als David wordt voorgesteld’. Laten we liever dicht bij de Schrift blijven.

De werkelijkheid was dat vrouwen vaak gezien werden als lustobject voor mannen. Godvrezende mensen als Abra- ham, Jakob en Elkana hadden meerdere vrouwen. De man naar Gods hart had er al zeven en zijn zoon Salomo later hon- derden. Bijwijven werden als minderen behandeld. Hoe grievend was het voor het Joodse meisje Esther om te dienen als gebruiksvoorwerp voor Ahasveros. Die despoot deinsde er niet voor terug om jonge vrouwen aan zijn harem toe te voegen voor eigen genotzucht.

Vernederend

De komst van Bathséba in het paleis was het gevolg van Davids zonde, waartegen ze geen weerstand kon bieden. Het kostte hen een hoge prijs: het leven van hun kind. En het zwaard zou niet meer wijken van Davids huis.

Helaas, er is niets nieuws onder de zon. Hoe diep vernederend zijn misstanden in die sfeer. Second love, vrouwenhandel, seks-slavernij, kindermisbruik zijn aan de orde van de dag. Slachtoffers in alle lagen van het volk, buiten én binnen de kerk, gaan gekrenkt en beschadigd door het leven. Als het Bijbelse spoor wordt verla- ten en zelfbeschikkingsrecht verheerlijkt, wordt de ‘BV IK’ de norm.

Wat staat ouders te doen? Wat kunnen we kinderen en jongeren beter meege- ven dan toerusting vanuit Gods Woord? Concrete samenwerking tussen gezin, kerk en school is daarbij onmisbaar. Ouders hebben zichzelf ertoe verplicht bij de doopvont.

Hoe kwetsend was het voor Bathséba, getrouwd met de vaderlandlievende legerofficier Uria, om door koning David verleid en van haar man afgenomen te worden. Hoe vernederend ook voor David zelf. Zijn val houdt ons de spiegel voor. De stuitende gebeurtenissen dringen ons om ver weg te blijven van alles wat ons tot de zonde trekken kan. Een les uit de Hei- delberger voor nú!

Ereplaats

Gods werk gaat door. Na de rouwperiode over Uria’s dood huwde David Bathséba en nam haar in zijn paleis. De vernederde buurvrouw werd een gerespecteerd koningin. Samen ontvingen ze Jedidja, de beminde des Heeren. Hij zou David opvol- gen en voorbode zijn van de komende grote Vredevorst.

Bathséba, vroeger onteerd, kreeg nu de ereplaats aan Salomo’s rechterhand. Haar politieke inzicht was beperkt, maar als moeder werd ze een leesbare brief. Zijn respect voor haar blijkt in de woorden van Lemuël - Salomo zelf - in Spreuken 31: ‘de last, waarmede zijn moeder hem onder- wees’. Hij prees haar om wie zij was en stelde haar ten voorbeeld voor andere moeders. De edele trekken van Bathséba zijn verwoord in die lofzang. En navolgens- waardig voor vrouwen en opgroeiende meisjes van alle tijden.

Tot moed

We mochten in de Adventsweken nadenken over bijzondere voormoeders van Christus. Hoe verschillend ook van elkaar, allen mochten ze een ereplaats krijgen in Zijn geslachtsregister. Allen moesten van ‘ver’ komen, maar werden door genade opgetrokken uit hun diepe zondaarsbestaan.

En de toepassing in Kohlbrugges adventspreek? ‘Dit wil Mattheüs met dit geslachtsregister tonen om alle arme zondaren moed te geven, dat zij weten welk een Heiland zij hebben, Die Zich niet geschaamd heeft onze Broeder te heten’. Zijn eindconclusie: ‘Daarom worden de namen der vrouwen op de voorgrond geplaatst: Thamar, Rachab en de heidense Ruth. Daarom wordt van Salomo gezegd, dat hij voortgekomen is uit de huisvrouw van Uria. Hier klinkt door hoe het door lou- tere onmogelijkheid en onvruchtbaarheid, door louter dood heengegaan is. Dat het er altijd naar uitgezien heeft, alsof niets van de belofte tot stand zou komen’.

Nochtans! ‘Zie, de maagd zal zwanger worden en een Zoon baren, en gij zult Zijn Naam heten Immánuël; hetwelk is, over- gezet zijnde, God met ons’.

(slot)


1 Thamar

2 Rachab

3 Ruth

4 Bathséba

We staan in de Adventsweken stil bij de voormoeders van Christus, vermeld in de eerste verzen van het Nieuwe Testament. In dat geslachtsregister vallen ze direct op: Thamar, Rachab, Ruth, Bathséba.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 2022

De Saambinder | 24 Pagina's

Bathséba, vernederd en verhoogd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 december 2022

De Saambinder | 24 Pagina's