Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbesprekingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbesprekingen

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Craig S. Keener, Christobiography: Memory, History, and the Reliability of the Gospels (Grand Rapids: Eerdmans, 2019) 743 p., $ 54.99 (ISBN 9780802876751).

Moeten wij interesse hebben voor de historiciteit van de Evangeliën, met name voor de voorstelling die zij bieden van Jezus? Als gesteld wordt dat dit een zaak is van geloof en niet van historisch onderzoek, dan wordt er een onjuiste tegenstelling gemaakt. De indruk wordt dan gewekt dat het feitelijk niet belangrijk is of het portret dat de Evangeliën van Jezus bieden, juist is of niet. Echter, voor de boodschap van het evangelie is het van wezenlijk belang dat Jezus verworteld is in de werkelijke geschiedenis. De boodschap van het evangelie is namelijk een boodschap van verzoening en verlossing die onlosmakelijk verbonden is met wat God in Jezus in de eerste eeuw na Christus heeft gedaan.

Craig S. Keener heeft vanuit deze overtuiging onderzoek gedaan naar de historiciteit en betrouwbaarheid van de Evangeliën. Hij laat met een keur van argumenten zien dat de Evangeliën helemaal passen binnen het genre van antieke biografieën. Die hadden de nadrukkelijke intentie om historisch juiste informatie aan te reiken in tegenstelling tot novellen die louter voor entertainment werden geschreven.

Van belang is zijn constatering dat juist vanaf de eerste eeuw voor Christus tot de vroege derde eeuw na Christus door lezers van biografieën werd verwacht dat zij historisch accuraat waren. Een geschiedschrijver moest zich houden aan zijn bronnen. Bij contemporaine gebeurtenissen kon hijzelf ook ooggetuige zijn. Keener wijst er nog op dat het van belang is verbeelding waarbij gebeurtenissen worden gecreëerd te onderscheiden van geïnterpreteerde informatie. Dat laatste vinden we ongetwijfeld in alle antieke biografieën en de Evangeliën vormen daarop geen uitzondering.

Antieke biografen waren gewoon hun materiaal afwisselend chronologisch dan wel topologisch te ordenen. Een strikt chronologische ordening werd niet noodzakelijk geacht. Ook daarin volgden de schrijvers van de Evangeliën de conventies waarmee werd gerekend. Het feit dat informatie op een retorische wijze wordt gepresenteerd, betekent nog niet dat die informatie onbetrouwbaar is.

De schrijvers van de Evangeliën wisten zich staan in de lijn van de geschiedschrijving van het Oude Testament. Evenals andere Joden uit hun tijd waren zij overtuigd van de historische juistheid van de oudtestamentische geschiedschrijving. Keener wijst erop dat in het bijzonder bij Lukas zichtbaar is dat hij zich aansluit bij de oudtestamentische geschiedschrijving. Hij schreef in de overtuiging dat de oudtestamentische heilsgeschiedenis tot vervulling kwam in Jezus Christus, zowel in zijn optreden op aarde alsook in datgene wat Hij na zijn hemelvaart door zijn Geest tot stand bracht.

Keener legt er de vinger bij dat hiermee samenhangt dat niet alleen het boek Handelingen als historiografie moet worden getypeerd maar dat ook het Evangelie van Lukas niet alleen louter als biografie moet worden getypeerd. Qua genre draagt het ook trekken van historiografie. Bij antieke historiografie, in tegenstelling tot een biografie, wordt niet slechts één persoon beschreven, maar worden personen nadrukkelijk in een breder kader geplaatst. In vergelijking met contemporaine werken is het niet uniek dat een werk zowel biografische als historiografische trekken bevat. De twee genres konden elkaar overlappen.

De Evangeliën werden reeds in de tweede eeuw als memoires van de apostelen getypeerd. Het zijn weergaven van herinneringen aan Jezus. Het feit dat de schrijvers ooggetuigen waren of hun informatie rechtstreeks van ooggetuigen hadden ontvangen, stond garant voor de betrouwbaarheid ervan. Keener geeft aan dat wij dan, als het gaat over het onderwijs van Jezus zelf en zeker met betrekking tot aforismen, heel dicht bij een volstrekt letterlijke weergave kunnen zitten. Ook als een weergave vrijer is, wil dat niet zeggen dat zij als onbetrouwbaar moet worden gekarakteriseerd.

Wie geen enkele betekenis aan herinnering toekent, zal veel waardevolle informatie ten onrechte negeren. Dat geldt in zijn alge-meenheid en mag zeker op de Evangeliën worden betrokken. Hier zou ik overigens, nadrukkelijker dan Keener dat doet, willen aangeven dat het een geloofszaak is om van de betrouwbaarheid van de herinneringen van de evangelieschrijvers uit te gaan. Een puur neutrale benadering van de betrouwbaarheid van het geheugen schiet hier tekort. Duidelijk blijft dat Keener een studie schreef die van groot belang is voor het onderzoek van de Evangeliën en het zicht op Jezus. Om te weten wie Jezus is, zijn we aangewezen op de Evangeliën. Er is geen reden om een constructie die daarvan afwijkt, meer waarde toe te kennen dan aan datgene wat de vier Evangeliën ons bieden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Theologia Reformata

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 2020

Theologia Reformata | 102 Pagina's

Boekbesprekingen

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 september 2020

Theologia Reformata | 102 Pagina's