“Werken hier aan een zee aan informatie”
Leden NLGO bezoeken Offshore Expertise Centrum:
STELLENDAM – Op het Offshore Expertise Centrum (OEC) werd afgelopen woensdag 7 augustus door medewerkers van Rijkswaterstaat een presentatie gegeven voor leden van Natuur- & Landschapsbescherming Goeree-Overflakkee (NLGO). Het wordt steeds drukker op de Noordzee, en dus wordt data steeds belangrijker. Ook in relatie tot ecologie: wat is bijvoorbeeld de impact van windparken op zee op de vogeltrek?
Namens het OEC spreekt allereerst Evert van der Spek. “De Noordzee wordt steeds drukker. Niet alleen door toename in scheepvaartverkeer, maar ook door alle andere functies van het gebied. Denk aan zandwinning, visgebieden, militair oefenterrein en als windenergiegebied. Daarvoor hebben we data nodig. Data die ons voorzien van informatie om ervoor te zorgen dat de Noordzee veilig, bereikbaar en leefbaar blijft.’’ Die data worden met behulp van verschillende sensoren verzameld. Bijvoorbeeld nautische radar, golfhoogtemeter, vogelradar en vleermuisdetector.
Die sensoren worden door medewerkers van het Offshore Expertise Centrum geplaatst. “Let wel, wij plaatsen zelf geen windturbines of boorplatformen. Wij gaan enkel over de dataverzameling’’, zo houdt Van der Spek de kleine vijftien aanwezigen vanuit NLGO voor. Het centrum werd in mei 2022 geopend door toenmalig minister Jetten. Zij plaatsen op verschillende plekken in de Noordzee apparatuur, bijvoorbeeld op platforms, windturbines en in boeien. Op die manier verzamelen ze allerhande data, die zij vervolgens delen met betrokkenen. Die informatie heeft betrekking op (scheepvaart)veiligheid en meteorologie, maar ook op ecologie.
Detectiesysteem
Ecologie is iets waar de leden van NLGO vanzelfsprekend erg geïnteresseerd in zijn. Daarom neemt Joris Diehl het woord, ecoloog bij het OEC. Met behulp van de verschillende sensoren is hij bezig om vogelen vleermuisstromen in kaart te brengen. Een horizontaal draaiende radar moet de locatie van de vogels detecteren, waarna de verticaal draaiende radar de hoogte van de vogels moet bepalen.
De praktijk blijkt echter weerbarstig: het is niet altijd duidelijk of het echt een vogel is, bij zwermen krijgt het systeem moeite de individuele vogels te onderscheiden en kleine vogels zijn sowieso moeilijker te detecteren. Hij laat wat livebeelden zien van rondom het Offshore Expertise Centrum. “Kijk, zo ziet dat eruit.’’ Op het scherm verplaatsen zich diverse streepjes. Iemand uit de zaal wil weten of je ook kunt zien welke vogelsoort het betreft. Dat blijkt niet te gaan. Nóg niet.
Een andere vraag die boven komt drijven is in hoeverre windturbines op zee vogels ‘verhakselen’. Een duidelijk antwoord kan Diehl niet geven. “We zien wel dat in het najaar de vogels relatief laag vliegen. Zeg maar op wiekhoogte. Maar de sensoren zijn ingericht om vaste elementen zoals turbines, ook al hebben ze bewegende delen, eruit te filteren. Dus eenmaal bij de wieken gekomen blurt het beeld, waardoor we niet kunnen zien of de vogel verder is gevlogen of niet.’’ Iemand merkt op dat Windpark Krammer wel zo’n detectiesysteem heeft. “Dat werkt goed. Als er een zeearend in de buurt komt, vallen bovendien alle turbines stil.’’
Aerodynamisch
Er ontspint zich een technische discussie. Inderdaad is het mogelijk om sensoren te plaatsen in de wieken van de turbines. Maar de bouwers van de windturbines willen dit liever niet. Waarom? Hun techniek is tot op de millimeter precies en aerodynamisch vormgegeven. Als er dan sensoren in de wieken komen is de balans weg en levert de turbine beduidend minder op. “Hoewel we steeds meer stappen zetten, is er nog meer onderzoek nodig.’’ Een oudere man merkt op: “Het valt me op dat er nog een hoop onderzocht moet worden, ook qua impact op de natuur, terwijl de turbines er al wel lang staan. Is het niet beter om dat andersom te doen?’’
Hij krijgt te horen: “De andere kant is: je moet ergens beginnen. Pas als het er staat kun je echt de impact meten, ’t is een beetje een kip-ei-verhaal. Op deze manier leren we steeds meer. Zeker omdat er nog een heel aantal windparken op zee op de planning staan voor de komende jaren is het belangrijk dat we dit verder ontwikkelen en zo een steeds beter beeld krijgen. Daarvoor is data onmisbaar, en daar proberen wij bij het OEC onze bijdrage aan te leveren. Zo krijgen we een zee aan informatie – letterlijk en figuurlijk.’’
Bouwhelm
Na die woorden volgt – voor het duister invalt – een rondleiding over het terrein van het OEC, met een bezoek aan een aantal sensoren. Gewapend met bouwhelm, hesjes en veiligheidsschoenen kunnen de bezoekers een kijkje nemen. NLGO blikt tevreden terug op de avond, laat Hans van Oostenbrugge van die organisatie weten. “Dit is inmiddels de tweede keer dat we het Offshore Expertise Centrum bezoeken. Er wordt veel gezegd rondom windparken op zee. Daarbij is het belangrijk om de feiten uit te zoeken en te kennen Dan is het mooi hier een kijkje te kunnen nemen achter de schermen. Het bezoek heeft zeker meerwaarde, en het is goed om te zien dat er serieus werk van gemaakt wordt, ook op het gebied van ecologie.’’
Kijk voor meer informatie op www.digitalenoordzee.nl.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 augustus 2024
Eilanden-Nieuws | 36 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 augustus 2024
Eilanden-Nieuws | 36 Pagina's