Psychologische oorlogsvoering op honderd velden
Verenigingen van Goeree-Overflakkee (2) Damvereniging Denk en Zet Middelharnis
Stilte regeert in zaal 1 van De Staver in Sommelsdijk. Veertien mannen zitten zwijgend aan lange tafels tegenover elkaar. Hier wordt oorlog gevoerd, psychologische oorlog welteverstaan. Na minutenlang geconcentreerd naar het bord staren, wordt er één steen een vakje verschoven. De verslaggever wordt uitgedaagd: “Zullen wij een potje dammen?” Met niet meer ervaring dan wat stenen schuiven tijdens een donkere kerstavond heb ik weinig hoop op een goede afloop. Binnen een paar zetten sta ik al een steen achter, en in minder dan een kwartier tijd moet ik met de staart tussen de benen afdruipen.
In een tweede potje krijg ik mijn eerste damles. De basis is niet zo moeilijk: met stenen over de zwarte vlakken heen schuiven, met als doel zoveel mogelijk stenen van de tegenstander te veroveren. Maar dat is makkelijker gezegd dan gedaan, de kunst is om zo veel mogelijk stappen vooruit te denken. Alleen op die manier kan de tegenstander worden afgetroefd.
De avond is vol verwachting, want de volgende dag speelt Denk en Zet een ‘internationaal toernooi’. Althans, zo noemen ze de vriendschappelijke wedstrijd tegen Mookhoek met enige zelfspot. De vriendschappelijke potjes van vandaag worden gezien als een warming-up voor de volgende dag. Vroeger ging de club veel vaker dan tegenwoordig op pad om tegen andere verenigingen te spelen, tot aan Vlissingen toe. “Dan waren we pas diep in de nacht weer thuis.”
Damvereniging Denk en Zet in Middelharnis bestaat al ruim 75 jaar. Ze is met 32 leden de grootste damvereniging van het eiland. De andere verenigingen in Melissant en Ouddorp kennen allebei rond de tien leden. In totaal zijn dus pakweg vijftig mensen op Goeree-Overflakkee lid van een damvereniging. De dammers zijn mannen uit alle rangen en standen van de bevolking. De gemiddelde leeftijd tijdens de avond is redelijk hoog, de jongste aanwezige vanavond is vijfenvijftig jaar. Er is ook een lid uit Hernesseroord en twee leden uit het Thomashuis, die ondanks hun beperkingen volwaardig meedraaien in de vereniging.
De competitie begint in september en wordt in april, mei afgerond. Er zijn drie verschillende niveaus: in groep A spelen de topdammers, in groep B de middenmoot en in groep C starten nieuwelingen en spelen de minst goede spelers. In iedere groep speelt iedereen tegen elkaar. De beste twee gaan door naar een hogere groep, de slechtste twee gaan een groep omlaag. De puntentelling is vergelijkbaar met de voetbalwereld: nul punten bij verlies, drie bij winst en één bij gelijkspel (remise in damtermen).
De stille denkers kunnen hun liefde voor het spel maar lastig onder woorden brengen. “Het is een wiskundig spel”, zegt de één. Een ander is simpelweg gefascineerd door het gevecht op het dambord. De sport van de damfanaten wordt niet altijd op waarde geschat. Een man die vanavond geen wedstrijd hoeft te spelen maar wel komt kijken, zegt dat hij wel eens de vraag krijgt of hij niet moet gaan sporten. Daarop antwoordt hij steevast: “Dat doe ik al.” Een damcollega vult aan: “Ja, zelfs op honderd velden.”
Dammen is psychologische oorlogsvoering. Een man kijkt met verbeten gezicht naar het dambord, ondertussen tikt hij continu met de vingers van zijn rechterhand tegen zijn linkerbovenarm. Een ander probeert zijn tegenstander in verlegenheid te brengen door iedere keer razendsnel te zetten nadat zijn tegenstander heeft gezet. Een derde man gaat altijd tegen zijn tegenstander praten om hem op die manier af te leiden. Een vierde draait een damsteen rond tussen zijn vingers. Allemaal beproefde technieken om de concentratie van de tegenstander te dwarsbomen.
Een potje wedstrijddammen is geen kwestie van minuten of kwartieren, maar van uren. Een wedstrijd die om half acht begint kan gerust tot middernacht duren. En het komt zelfs voor dat de wedstrijd laat in de avond wordt afgebroken en een andere avond wordt voortgezet.
Voor de dammers is de damvereniging op maandagavond vaste prik. Voorzitter Vroegindeweij vertelt dat er vroeger altijd werd gebeld naar iemand die onverwachts niet hoefde te spelen. Op deze manier voorkwam de vereniging dat leden voor niks kwamen. Maar na verloop van tijd waren er een paar leden die vroegen of ze alstublieft niet meer gebeld konden worden. Dan zeiden hun vrouwen namelijk dat ze thuis moesten blijven, omdat ze vrij hadden van de damvereniging. Maar dat is niet de bedoeling, de dammers laten zich hun avondje uit onder de mannen niet ontzeggen door het feit dat ze geen wedstrijd hoeven te spelen. Vrouwen zijn trouwens schaars in de wereld van de denksport; er zijn er wel enkele, maar ze blijven uitzonderingen. Iemand haalt herinneringen op aan een damavond ergens in Zeeland: “Toen moest ik tegen een vrouw dammen, best nog een jong ding eigenlijk. Maar die kon toch echt een behoorlijk partijtje dammen.” De vereniging organiseert wel eens per jaar een bingo, dan kunnen de vrouwen zien met wie hun echtgenoten iedere maandag de avond doorbrengen.
De vereniging zit vol anekdotes. Zo was er een aantal jaar geleden een nieuw lid: de heer Hermelink uit Sommelsdijk. Dat was niet zomaar een dammer, maar iemand die een keer derde is geworden bij het Nederlands kampioenschap. In de vier jaar dat hij bij Denk en Zet speelde, won hij alle wedstrijden op twee na: Van Hoorn wist een keer remise te behalen en Van den Ouden presteerde het zelfs een keer van Hermelink te winnen.
Van Hoorn, voormalig directeur van de Prins Maurits, is de kroniekschrijver van de vereniging. Zelf speelt hij in de hoogste klasse, met vanavond een pittige tegenstander. Toch loopt hij regelmatig bij zijn speelbord vandaan om met kordate passen een rondje te doen langs de wedstrijdvelden. In een paar seconden overziet hij het speelveld en analyseert de stand van zaken. Terug op zijn plaats krabbelt hij wat aantekeningen op het wedstrijdformulier en verdiept zich weer in zijn eigen aanval. Thuis verwerkt hij de aantekeningen in een verslag dat wordt verspreid onder de leden en iedere vrijdag in deze krant staat.
De avond vordert, de digitale klokken naast ieder speelbord tellen af. In de zaal wordt er stug gedacht, gezwegen, gestaard en geschoven. De stilte wordt plotsklaps ruw doorbroken. “Wat doe je nou?” vraagt een man met overslaande stem aan zijn tegenstander. Een domme zet die vijf stenen kost is een feit, een kantelpunt in de wedstrijd. De vraag van de avond is: Weet deze dammer zich te herpakken of kost dit ene moment van zwakte hem de podiumplaats?
Denk en Zet komt op maandagavond bij elkaar in De Staver. Het nieuwe seizoen begint in september. Nieuwelingen zijn van harte welkom en er zijn genoeg leden die beginners de kneepjes van het vak willen leren. Een lidmaatschap kost vijftig euro per jaar.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 april 2013
Eilanden-Nieuws | 22 Pagina's
