Mijn jongen voelt voor techniek. Wat nu?

Al duurt het nog ongeveer een half jaar voor dat de leetlmgen uit de 6e 7e en voortgezette klassen van 't Lager Onderwijs de scholen gaan verlaten, vele ouders zullen zichzelf (en beter nog ook aan de schoolhoofden en onderwijzers) reeds nu bovenstaande vragen stellen.

Binnen de beperktheid van deze ru,, briek zal getracht worden hierop een beknopt antwoord te geven dat v^ellicht,, als vingerwijziging kan dienen. Is men (leerling, ouders en ondeiwijzend perso neel) het er over eens dat een jongen aanleg en amibitie bezit voor een teeh,, nisch beroep, dan komt aan/de oide: „welke verdere opleidin^^ moet nu wor„ den gevolgd?"

Bezit een leerling voldoende intelli,, gentle om een Ulo, Gymnasium of H.B.S. te volgen dan kan daarna alleen via een aansluitend,e dagstudie op een uit gebreid Technische school (U.T.S.), Middelbaar Technische school (M.T.3.) of in enkele gevallen Technische Hoge School (T.H.S.) tot een onafhankelijk technisch ambt worden opgeleid. Als topfuncties kunnen dan worden bereikt via U.T.S.: (hoofd)opzichter of uitvoer der, werkmeestex', constructeur tekenaar (scheeps)wektuigkundige; leider klein bedrijf enz.

Via M.T.S.: technisch (hoofd) ambte naar; (hoofd) constructeur leider niid„ delgroot bedrijf.

Via T.H.S. (hoofd) ingenieur, leider groot bedrijf enz.

Toch zijn er vele gevallen, waarin — ondanks voldoende aanleg voor een Ulo Gymnasium of H.B.S. — een aanslui,, tende studie na -één van deze scholen niet mogelijk is, b.v.

de leeftijd is van dien aard dat vrij stelling van militaire dienstplicht moei,, lijk of niet waarschijnlijk zal zijn.

de jongen heeft geen lust meer om nog langer op de schoolbanken te moe,, ten zitten of

de ouders kunnen de voor een leerling van Goeree Overflakkee noodzakelijke jarenlange pensionkosten niet opbren,, gen.

Ondanks de aanleg is dan scholing tot een technisch beroep niet meer mogelijk en worden wederom jongelui, die het juist in de techniek ver zouden kunnen brengen gedwongen in een andere bran,, che hun toekomst te zoeken. Hoe moet b.v. een jongen met een „technische knobbel" zich op een kantoorkruk voe,, len? Naast het feit dat bet ontbreken van ware arbeidslust en voldoening het bereiken van hogere posities zal belem,, meren, wordt ook aan de maatschappij te kort gedaan. Een betere werknemer wordt onthouden aan dat deel van de volkshuishouding waar juist 'n schreeu,, wend tekort aan geschoolde vaktechnici heerst, terwijl een bij voorbaat reeds on„ tevreden employé gedwongen wordt werkzaam te zijn in de administratieve sector, waar de vraag het kleinst is (en nog kleiner zal worden door de tech,, nische automatisering ervan)

Het klakkeloos sturen naar een vol,, gende school met de gedachte „we zul,, len later wel verder zien" is bepaald onverantwoordelijk!

Een verdere opleiding na de lagere school aan de technische school met haar geheel vernieuwde leerplan (o.a. aangepaste technische wiskundevakken, maatschappijleer vaktheorie, vakteke,, nen en elementaire talenkennis) was dan een betere weg geweest. Bovendien blijft na het behalen van een diploma bouwkunde, metaal, auto of elektro techniek enz. de mogelijkheid van een hierop aansluitende studie aan een U.T.S. of M.T.S. bestaan.

De oude misvatting ,,als een jongen niet geschikt is voor een Ulo, Gymna sium of H.B.S., moet hij ten ende raad maar naar een Technische school" is hiermede v>rel afdoende weerlegd! Natuurlijk biedt de Technische school

Natuurlijk biedt de Technische school aan leerlingen met goede handvaardig held en minder aanleg voor de theore,, tische vakken van en Ulo, H.B.S. enz., de mogelijkheid zich die grondbeginselen eigen te maken om zich later in de praktijk op te werken tot geschoolde vaklieden Maar voor de meer intelligen,, te jongens, schept zij bovendien niet alleen de kans verder te studeren aan U,T.S. of M.T.S., maar ook om na de technische dagschool in het bedrijfsle,, Ven te gaan werken (tegen salaris) en toch nog door verdere studie een U.T.S. opleiding in het bedrijf (leerlingstelsel) peil te bereiken. Door gecombineerde en avondschoolstudie wordt uiteindelijk opgeleid voor landelijke meester en pa,, troonsexamens enz.

Ouders en verzorgers beraden zich dus wel terdege bij het vaststellen naar welke school een leerling, na het volgen van het lager onderwijs, moet gaan. Tij,, dig overleg met onderwijzend personeel en zo nodig van beroepskeuzebureau is hierbij gewenst. In deze zin kan dit artikel wel te laat maar nimmer te vroeg zijn gepubliceerd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen