Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het gekrookte riet [30]

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het gekrookte riet [30]

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

’Het gekrookte riet zal Hij niet verbreken en het rokende lemmet zal Hij niet uitblussen’. Mattheüs 12:20a

VIERDE PREDIKATIE

Er is niet alleen een zekerheid in het Woord, maar ook een zeker­ heid door reden. Als iemand pas bekeerd is, en de genade in het hart heeft, en de kracht van de verdorvenheden gaande wordt, zodat het vonkje zo klein is dat zij het er zelf niet voor durven houden, waarom zou de Heere het dan niet uitblussen?

1. Omdat het een vonkje van God is, en die goede gave komt van boven (Jak. 1:17). Hij heeft dat vonkje door Zijn Geest aangestoken. Denkt u dat God enig werk in de natuur of in de genade zal beginnen om het te verbreken? Denkt u dat God een lemmet zal aansteken om hem uit te blussen? Denkt u dat God enig werk Zijner handen zal verbreken? Hij ontsteekt bij niemand licht in het hart om dat licht onder een bed of een korenmaat uit te blussen of te doven. Ik heb nooit gevonden dat God het werk Zijner handen heeft uitgeblust, u heeft zoiets ook niet gehoord.

2. Ach, het is tot Zijn eer dat Hij het eerst in u gewerkt heeft. Dan is het ook tot Zijn eer dat Hij het onder al uw verdor­ venheden weet aan te houden. Gesteld, God steekt in een storm op zee een kaars aan. En Hij zorgt er ook voor dat ze blijft branden. Waarover zou u zich het meest verwonderen? Zou het niet over allebei zijn? Dat God zegt: ‘daar zij licht in de duisternis’, is dat niet tot Zijn eer? Dat Hij het zegt in alle groeiende beproevingen, is het niet tot prijs van de heerlijk­ heid Zijner genade? (Ef. 1:6)

3. Er zit een zegen in dat rokende lemmetje. Er zijn nog enige goede dingen in voor de Heere. Als iemand een wijnstok ziet, waar een tros druiven aan is, dan zegt Hij: ‘Verderf ze niet, want er is een zegen in’ (Jes. 65:8). Al zijn ze nog zo bezet met verdorvenheden, er is toch nog wat goeds in, zoals in het kind van Jerobeam, wat goeds voor de Heere, de God Israëls. In dat vonkje is wat goeds, daarin is zo’n oprechtheid. Ze zijn zo gevoelig, zo nauwgezet; daar is zo’n achting voor de Heere. ‘Verderf ze niet’, zegt God, ‘Ik wilde dat u het in uw hart sloot en daarin weglegde. U zou wel verzekerd zijn, als u er maar van overtuigd was. U bent dan wel een vonkje, maar u weet niet dat er wat goeds in u is’.

4. Het kan niet anders, dit komt overeen met de zachtmoedige aard van de Heere Jezus. ‘Leert van Mij dat Ik zachtmoedig ben’ (Matth. 11:29). Hij is nooit hard, noch stuurs, Hij is zo’n barmhartig Hogepriester. Hij kan geen schare zien bezwijken van honger, zou Hij dan een ziel kunnen zien bezwijken? Hij zou ze liever met Zijn flessen en appelen verkwikken, en met Zijn linker- en rechterhand ondersteunen.

(wordt vervolgd)

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 2022

De Saambinder | 16 Pagina's

Het gekrookte riet [30]

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 juli 2022

De Saambinder | 16 Pagina's