Pelgrim doet Europa
In memoriam ir Leendert van der Waal (1928-2020)
Op 10 september van dit jaar is in de leeftijd van 91 jaren onze oud-europarlementariër ir. L. van der Waal overleden. Na eerst twee jaar bij Werkspoor in Amsterdam en daarna ruim 26 jaar bij Esso in Rotterdam te hebben gewerkt, werd Van der Waal gekozen als lid van het Europees Parlement voor SGP, GPV en RPF. Van juli 1984 tot september 1997 reisde hij regelmatig naar Brussel en Straatsburg. Ook daarna bleef hij zich inzetten voor de partij als bestuurslid van de Guido de Brès-Stichting en van de Stichting Vormingsactiviteiten Oost-Europa van de SGP.
Van der Waal toonde zich altijd betrokken bij het reilen en zeilen van de SGP. Zo stuurde hij met enige regelmaat een krantenknipsel toe of belde op met de vraag hoe dit of dat zat of welke overwegingen ertoe hadden geleid om iets wel of niet te doen. Naast diverse bijdragen aan het tijdschrift Zicht, de laatste in het voorjaar van 2019, werkte Van der Waal mee aan twee WI-publicaties over de Europese Unie. De eerste was Boodschap aan Europa uit 2003 en de tweede was Europa op een kruispunt uit 2014. Immer zorgvuldig, bedachtzaam en genuanceerd formulerend zocht hij de balans tussen de noodzaak van intensieve samenwerking op Europees vlak enerzijds en het verzet tegen het optuigen van een centralistisch Europees beleid, aangestuurd door Brusselse bureaucraten.
PERSOONLIJKE HERINNERINGEN
Van der Waal was niet zozeer een harde werker, meer een volhouder. Hij legde de lat hoog voor zichzelf. Als we in Brussel waren en daar commissievergaderingen bijwoonden, die vaak pas om half zeven waren afgelopen, gingen we vaak nog even aan de slag om de agendapunten voor de volgende dag door te nemen. Niet zelden viel er nog wel een stemlijst door te spreken om de laatste twijfels over onze voor- of tegenstem weg te nemen. Wanneer we dan tegen de klok van negen uur het EP-gebouw verlieten en we keken om, zagen we midden in de grote donkere gevel één kamer waar het licht nog brandde. Dat was de kamer van Leen. We hadden er een foto van moeten maken, zeiden we nog wel eens als collega’s onder elkaar. Niet dat Leen een workaholic was. Bij hem kun je beter spreken van plichtsbetrachting.
LOPENDE BAND-WERK
In december 1994 ging ik voor de eerste keer naar een plenaire sessie in Straatsburg. De stemming over de EU-begroting was aan de orde en als nieuwbakken medewerker had je het vak bepaald niet in de vingers. Dus wat te doen met al die 750 amendementen? Mijn collega’s Martijn, Mark en ik namen een rijtje wijzigingsvoorstellen door, maar de toelichtende teksten waren zo kort en soms erg cryptisch gesteld, waardoor we regelmatig geen idee hadden of je daar nou voor of tegen moest zijn. Goede raad is duur. Van der Waal bedacht de volgende oplossing: Leggen jullie nou eens alle voorstellen op volgorde van stemming. Dan kan ik in twijfelgevallen wel ter plekke bekijken hoe we erover stemmen. Dat hebben we geweten. Een hele avond en ochtend zijn we doende geweest om alle bundels met A4-tjes uit elkaar te halen en alle velletjes op één welgeordende stapel te krijgen. Waar we een duidelijk idee hadden over ons stemadvies, zetten we een grote plus of een dikke min bovenaan het vel papier. Ongeveer een kwartiertje voor aanvang van de stemming hadden we de klus geklaard. Ik weet nog goed dat ik in de plenaire zaal in het gangpad op de vloer naast Van der Waal zat, naar het bord kijkend welk punt of amendement in stemming kwam, het bijbehorende A-viertje snel op het tafeltje legde, hij zei dan ‘voor’ of ‘tegen’ of ‘onthouden’ en schoof het vervolgens door naar Hans Blokland die er een ‘aflegstapel’ van maakte. Prachtig lopende bandwerk. Het liep gesmeerd. Maar het jaar erop hebben we dat toch maar heel anders en een stuk professioneler aangepakt.
KORTE SPREEKTIJDEN
Kenmerkend voor de voltallige zittingen van het Europees Parlement zijn de korte spreektijden. Meestal kreeg Van der Waal een paar minuten over een onderwerp toebedeeld. Al snel beheerste hij de kunst om met weinig woorden zoveel mogelijk te zeggen. De conceptspeeches die de medewerkers aan Leen leverden, werden meestal grondig door hem onder handen genomen. Soms zelfs zo grondig, dat je alleen aan het onderwerp nog kon zien dat het over hetzelfde thema ging als waarover je iets had opgeschreven. Een paar voorbeelden van speeches wil ik u hierbij niet onthouden.
IERSE ABORTUSKWESTIE
In maart 1992 debatteerde het EP over de kwestie van het 14-jarige Ierse meisje dat in Engeland een abortus heeft laten uitvoeren. Het belangrijkste aanknopingspunt voor de parlementsleden was het recht van vrij verkeer van EG-burgers. Ook de opvatting dat abortus als een wettelijk toegestane dienst moet worden beschouwd werd naar voren gebracht. Een groot aantal leden sprak zich uit voor schrapping van het speciale Ierse protocol dat aan het Verdrag van Maastricht is toegevoegd. Hierin wordt uitdrukkelijk de Ierse wetgeving ter bescherming van het ongeboren leven losgekoppeld van alle andere Europese regelgeving.
Van der Waal vroeg zich af waarom de reacties op deze hele zaak zo ongeremd, venijnig en agressief waren geweest en waarom niet op de afloop van de gerechtelijke procedures kon worden gewacht. Hij zag de kern van de verontwaardiging niet zozeer in de (vermeende) inbreuk op het Europese recht (vrij verkeer van personen e.d.) liggen, maar in de botsing van het zelfbeschikkingsrecht en een abortusbeleid dat zich baseert op christelijke normen. ‘Er wordt hier nogal eens over de universele rechten van de mens gesproken, maar er is ook een voor alle mensen geldende universele wet van God, die richtsnoer is voor onze daden. Bij de bescherming van het ongeboren leven gaat het dan ook niet om een eigenaardigheid van een lidstaat of van een bepaalde minderheidsgroep, maar om de naleving van normen die eeuwenlang algemeen zijn geëerbiedigd’, aldus Van der Waal. 1
WERKPROGRAMMA EUROPESE COMMISSIE VOOR 1993
Het economisch tij zat begin jaren 90 wat tegen. De Europese Commissie trok van alles uit de kast om de werkloosheid te bestrijden. Maar volgens Van der Waal moest zij zich niet alleen richten op de welvaart, maar ook het welzijn van mens en samenleving in het oog houden.
‘Ons geloof is een geloof in de markt en dit geloof dreigt ons thans te ontvallen. In deze tijd worden alle maatschappelijke problemen tot de economische grootheden herleid. Bepalend voor de situatie zijn dan de werkloosheidscijfers, de economische groei, de beursnoteringen. Daaraan gemeten is er wellicht sprake van een crisis, maar mij bekruipt wel eens de vrees dat we met een veel diepgaander crisis te maken hebben. Wij hebben een samenleving met een hoge welvaart, hogere opleidingen, betere sociale voorzieningen dan ooit, maar nooit eerder was er zoveel geestelijke leegheid en criminaliteit en waren er zoveel echtscheidingen, overvallen en geweldplegingen. Het is mijn overtuiging dat de oorzaak daarvan ligt in de omstandigheid dat de samenleving van haar morele en geestelijke grondslagen is losgeraakt. Wij hebben een samenleving waarin, zoals eens is gezegd, de hebzucht van de overvallers de keerzijde is van het materialisme van de bezittende klasse. […] Ik prijs de Commissie voor al de inspanningen die zij zich getroost om het sociale kwaad van de werkloosheid te bestrijden. Maar ik geloof niet dat wij veel verder komen, als wij niet zien dat wij in een samenleving verkeren waarin voor de erkenning van Gods geboden en instellingen geen plaats meer is en waarin wij de burgers niets meer weten te bieden dan als hoogste ideaal een grote supermarkt met een sociale dimensie’. 2
1995: MOORD OP RABIN
Op 4 november 1995 werd de wereld opgeschrikt door de moord op de Israëlische politicus Yitzhak Rabin. Hij werd koelbloedig doodgeschoten door de orthodox-Joodse student Yigal Amir, vanwege de pogingen om tot vrede te komen met de buurlanden en vooral met de Palestijnen. Rabin had anderhalf jaar eerder nog het Europees Parlement bezocht en toegesproken. Terwijl Van der Waal zijn speech uitsprak, zat ik achterin de zaal op de stoeltjes voor de assistenten. Als enige woordvoerder benoemde hij dat de moord was gepleegd in de naam van de God die gebood ‘Gij zult niet doden’. In de altijd wat rumoerige zaal kon je toen een speld horen vallen. En na afloop van het debat zag ik vele collega-parlementariërs Van der Waal bedanken voor zijn wijze en rake woorden.
“Meneer de Voorzitter, zelden heeft de gewelddadige dood van een regeringsleider zoveel gevoelens van medeleven losgemaakt (…). Dat heeft vooral te maken met de bijzondere plaats die Rabin innam in het nog altijd fragiele vredesproces.
Lange tijd leefde de vraag of Joden en Arabieren ooit wel met elkaar in vrede zouden kunnen leven. Maar geleidelijk is bij de Arabieren het besef doorgedrongen dat de Joodse staat niet meer uit het Midden-Oosten weg te denken is en aan Israëlische zijde groeide de overtuiging dat een blijvende toestand van vijandschap met buurvolken ook Israël geen uitzicht biedt. Het is Rabin geweest die met Peres gezien heeft dat het strategisch moment was aangeboden voor vredesonderhandelingen. Het getuigt van bijzondere moed dat Rabin ondanks de steun van slechts een uiterst kleine meerderheid in de Knesset zijn volk op weg naar vrede is voorgegaan. Maar het is tragisch dat het Israëlische volk, dat herhaaldelijk als één man tegenover zijn externe vijanden stond, thans intern zo diep verdeeld is.
De moord werd gepleegd in naam van God. Maar de God van de Bijbel zegt: “Gij zult niet doden”. Gebeurtenissen als deze worden als zwarte bladzijden in de geschiedenis geboekstaafd. Maar de geschiedenis is geen optelsom van meer of minder op zichzelf staande gebeurtenissen. De wereldgeschiedenis staat in het perspectief van de eindbestemming die God heeft bepaald. Die wetenschap is vele eeuwen geleden via de Bijbelse boodschap juist vanuit Israël tot ons gekomen. Dat plaatst ons temeer voor het ondoorgrondelijke van gebeurtenissen als de dood van Rabin en in het bijzonder voor het geheimenis van de gang van het Joodse volk door de wereldgeschiedenis.
Wij eren de nagedachtenis van Rabin als één van de grote leiders van zijn volk en hopen dat door de bezinning na zijn dood de eenheid onder het volk van Israël wordt hersteld.
Vrede zij over Israël en de Palestijnse en Arabische volken.” 3
Bovenstaande selectie laat zien dat Van der Waal over welhaast ieder onderwerp iets te zeggen had, daarbij steunend op de staf van medewerkers en adviezen van bevriende kennissen. Zelf werd hij met de kortste keren dé binnenvaartexpert van het Europees Parlement. Het vrij verkeer van goederen stond bij hem hoog in het vaandel. Maar niet tot elke prijs, want het vervoer moest wel veilig en op een duurzame manier plaatsvinden. Daar legde hij regelmatig de vinger bij. Bij de behandeling van een van Leens rapporten in het Europees Parlement memoreerde Europees Commissaris Hans van den Broek dat hij als jong advocaat betrokken werd bij een zaak over een geschil over een binnenvaarttanker. Op het dossier stond: De Heere regeert, en er is altijd wel wat.
ANTI-NATIONALIST
Vanwege zijn kritiek op de aandrang tot meer en meer Europese integratie, kreeg Van der Waal meer dan eens het verwijt van nationalisme voor de voeten geworpen. Uit een lezing die hij in maart 2007 heeft gehouden in Boedapest, wordt duidelijk dat dit verwijt absoluut misplaatst is.
‘Europa bestaat uit naties met een lange historie en tradities met diepgewortelde identiteitsbepalende talen, die veelal tot een belangrijke mate van saamhorigheid hebben geleid. Daarom zal, denkend aan de toekomst van de Unie aan deze onderscheiden identiteit van de volkeren in Europa een rechtmatige plaats gegeven moeten worden.
Hierbij is nog wel te wijzen op een gevaar. Want een historische of natuurlijke saamhorigheid bergt het gevaar in zich om zich te isoleren en te verabsoluteren. Wie spreekt over nationaal belang of nationale identiteit wordt dan ook al gauw van nationalisme verdacht. Daarvan is sprake als het eigen volk zich verheft boven andere volkeren en soms ook politieke aspiraties najaagt. De vorming van een nieuwe rechts-extreme politieke groep in het Europees Parlement onder de naam ‘Identiteit, Traditie en Soevereiniteit’ is daarvan een waarschuwend voorbeeld. Daarom zullen we ons er voor moeten hoeden de waardebepaling van de identiteit te zoeken in de natie zelf. Dat kan inderdaad tot verabsoluteren van de eigen natie en tot nationalisme leiden. Laten we niet vergeten dat het nationalisme in de vorige eeuw Europa tijdens twee wereldoorlogen 50 miljoen doden heeft gekost.
Het gaat echter om het opkomen voor nationale identiteit in de zin van gewoonten, leefwijze, religie en geschiedenis op grond van vaderlandsliefde, en daar is niets mis mee. De nationale identiteit kan mede door het christendom gestempeld zijn, zoals dat historisch in Nederland het geval was, maar nationale identiteit kan niet gelijkgesteld worden met christelijke identiteit. Het Evangelie is grensoverschrijdend en juist daarom antinationalistisch. Het eigene heeft te maken met de loop van de geschiedenis, de plaatsbepaling en de tijdsbeleving. Deze dingen hebben relatieve betekenis en dienen het menselijk bestaan door het verschaffen van culturele geborgenheid. Als reactie op de uniformerende gevolgen van de mondialisering en integratie wordt het nationaal eigene steeds meer gezien als een baken van culturele herkenbaarheid. Voor ons als christenen gaat het primair om een identiteit die levensbeschouwelijk gekwalificeerd is.’
EEN CHRISTELIJK EUROPA?
In deze lezing kwam ook aan de orde dat in de ontwerpgrondwet voor de Europese Unie uit 2003 geen verwijzing stond naar de christelijke historie en wortels van Europa. Dat baarde opzien. Blijkbaar konden de opstellers er niet toe komen de eigen geschiedenis van ons continent te erkennen, zo stelde Van der Waal vast. Na veel discussie werd de uiteindelijke tekst weliswaar verbeterd, maar is het een tekst gebleven die de christelijke waarden niet expliciet noemt, maar slechts verwijst naar het belang van wat genoemd wordt de ‘culturele, religieuze en humanistische tradities van Europa’.
Leen van der Waal wierp de vraag op waarom wij zo sterk hechten aan de vermelding van de christelijke wortels in het EU-verdrag? Hij gaf daarvoor de volgende drie redenen.
‘Allereerst omdat met zo’n uitspraak de historische feiten wordt recht gedaan. Hoe kunnen deze genegeerd worden terwijl het christendom eeuwenlang het Europese continent in politiek, sociaal en religieus opzicht heeft beïnvloed?.
Maar voor ons als christenen is er meer, want de waarden die de lidstaten gemeenschappelijk hebben en die de Europese Unie als zodanig erkent als zijn fundamentele waarden, hebben ook een christelijke wortel. Waarden en begrippen als de sociale rechtsstaat, de parlementaire democratie, de menselijke vrijheidsrechten en andere krijgen weliswaar in de huidige tijd een seculiere invulling, maar daarbij zijn die losgemaakt van de christelijke bron. Zonder doorwerking van het Evangelie en de doorwerking van de Reformatie zijn deze waarden niet denkbaar.
En tenslotte zien wij in vermelding van de christelijke wortels van de Europese beschaving een referentiepunt voor het Europa van de toekomst. Wie zijn koers uitzet naar de toekomst moet weten wat zijn verleden is, waar hij vandaan komt, anders is men richtingloos.’
NIET HUMANISTISCH, WEL HUMAAN
Bij herhaling stelde Van der Waal zich op als warm pleitbezorger van een humaan Europa. In de bundel Europa op een kruispunt geeft hij daar in het slot van zijn bijdrage de volgende woorden aan. ‘In haar visie (nl. die van de SGP) zal die humaniteit zowel in intern als extern be-leid verbonden zijn met het geloof in God. Cruciaal voor de SGP is dat de Naam van de Heere God genoemd blijft worden in het publieke domein. Dat zal niet altijd tot een andere politieke opstelling leiden dan die van niet-christelijke partijen. Vanuit christelijke overtuiging kan men tot een handelwijze komen die overeenkomt met die van niet-christenen. Maar de christelijke politieke opstelling staat in een heel ander kader. Zij laat zich leiden door een integrale visie op mens, wereld en samenleving die gedragen wordt door het besef dat de mens door God is geschapen en een eeuwige bestemming heeft. De ultieme idealen van de christelijke politiek laten zich niet door mensen realiseren. Want de wereldgeschiedenis staat in het perspectief van de komst van het Koninkrijk van God. Dit hemelse Koninkrijk breekt baan dwars door aardse
SLOT
Met het heengaan van Leen van der Waal is een einde gekomen aan een zeer arbeidzaam en vruchtbaar leven. Ons meeleven gaat uit naar zijn zoon Gerard, schoondochter Tineke en de drie kleindochters die in hem een geliefde vader en grootvader verliezen.
Voor zijn medewerkers was Van der Waal een inspirerend voorbeeld. Ook al was hij als ingenieur zakelijk ingesteld, door de belangstelling die hij voor je toonde, was hij meer dan een werkgever. Gaandeweg groeide er een vertrouwelijke band van vriendschap en geestverwantschap. Over anderen liet hij zich nooit negatief uit. Pas na enige tijd merkte je dat op. Ook ging het je opvallen dat Leen zich bescheiden en mild opstelde, terwijl hij wel degelijk aan zijn eigen overtuigingen vasthield. Hij wist zich een afhankelijk mens van God en etaleerde nimmer zichzelf of zijn eigen prestaties. Maar tegelijk liet hij niet over zich heenlopen. Een sympathiek en irenisch man, deskundig en gedreven, integer en bedachtzaam.
Een pelgrim is thuisgekomen. Moge de Heere zijn nagedachtenis voor velen tot zegen stellen.
NOTEN
1 Ontleend aan De Banier, 2 april 1992, p. 14.
2 Citaat uit J.W. van Houdt, Plichtsbetrachting… Ir. L. van der Waal twaalfeneenhalfjaar lid van het Europees Parlement, Heerenveen 1997, p. 44.
3 Zie ook: Addy de Jong en Jan Schippers, 10 x 10 SGP. Een boekje open over honderd jaar Staatkundig Gereformeerde Partij, p. 66-67.
Jan Schippers, eindredacteur
drs. J.A. Schippers, Pelgrim doet Europa
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 oktober 2020
Zicht | 108 Pagina's
