Flarden
Je kunt er niet omheen in om in één van de zomeruitgaven van deze krant een column over vakantie te schrijven. Maar dit is niet zo eenvoudig als je, zoals ik, al ruim twee jaar vakantie viert. Meestal kan ik mijn tijd wel vullen, maar nu midden in de vakantietijd is dat wat lastig. De ‘vrijwillige’ bezigheden in de tijd buiten de vakantie liggen voor mij nu bijna allemaal stil en dan moet je toch iets verzinnen om iets anders op te pakken. Er liggen nogal wat karweitjes, maar die liggen er al een tijdje en meestal is het daar in deze tijd te warm of te nat voor. Natuurlijk kan ik wat werk maken van Facebook of zoiets. Veel gebruikers -ook eilandersvan dat medium hebben een manier gevonden om hun lege tijd daar door te brengen en zijn daar dan ook -bijnahoorbaar aanwezig. Soms denk ik: zou ik hun voorbeeld volgen en heerlijk gaan zitten schelden op de gemeente, RAD, waterschap, provincie of welke instantie in welke volgorde dan ook? Natuurlijk zou ik ook de klagers op de socials van repliek kunnen dienen, maar daar heb ik lang niet altijd genoeg fantasie en/of inspiratie voor. Dan maar eens goed om me heen luisteren in deze vakantietijd en daarvan iets op proberen te schrijven. Hier komen drie voorbeelden van flarden van gesprekken in het voorbijgaan waar ik even over na moest denken, maar die mijn fantasie prikkelden. Zo was ik nog niet zo lang geleden in een winkel waar je altijd naar toe gaat voor de aanschaf van een kleinigheid, maar uiteindelijk toch met overvolle fietstassen huiswaarts trapt. Ik stond in een rij en naast mij stonden een paar jongeren, geschat naar hun leeftijd zo in het eerste of tweede jaar van het voortgezet onderwijs. Ze spraken waarschijnlijk over hun naderende beroepskeuze en één van de jongens wist het zeker: “Ik word later godsdienstonderwijzer”. Dat verraste mij niet weinig. Ik nam hem zijdelings even op, maar hij zag er toch gewoon uit. Een vlotte, modern geklede tiener die waarschijnlijk een goede godsdienstonderwijzer als voorbeeld heeft en een ander graag geestelijke lessen mee wil geven. Later liep ik door de bospaadjes tussen Sommelsdijk en Dirksland en twee meisjes van ongeveer dezelfde leeftijd als die jongen, haalden me fietsend in. Zegt de ene meid tegen de andere: “Zei zij dat werkelijk over mij…? Mag zij wel zeggen, ze is ook een comazuiper hoor…!” Ook zij zagen er gewoon uit, maar misschien toch een iets andere wereldbeschouwing? En dan tot slot dat peutertje van vorige week aan het strand. Ze was even haar ouders kwijt en half huilend vroeg ze zich af: “Waar is ik nu gebleven?” Soms vraag ik me dit ook af…
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 augustus 2024
Eilanden-Nieuws | 32 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 augustus 2024
Eilanden-Nieuws | 32 Pagina's