Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Nog altijd te weinig statushouders op het eiland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nog altijd te weinig statushouders op het eiland

Toch optimisme bij gemeente Goeree-Overflakkee richting 2025

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

GOEREE-OVERFLAKKEE – Nog altijd vinden te weinig statushouders een plek om te wonen op Goeree-Overflakkee. De gemeente bivakkeert al een tijdje op de derde trede van de interventieladder van de provincie Zuid-Holland en gaat per 1 juli naar trede 4. En in dit geval is dat geen goed nieuws.

Over anderhalve week hadden minimaal 74 (inmiddels is dat 62, verderop meer hierover) statushouders op Goeree-Overflakkee moeten wonen. Statushouders zijn asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen en in ons een land een nieuw leven kunnen opbouwen. "De Rijksoverheid bepaalt elk half jaar hoeveel statushouders (ook wel vergunninghouders genoemd) de gemeente een plek moet geven om te wonen: de taakstelling", aldus het college van B en W in een brief aan de gemeenteraad. "In het kader van het interbestuurlijk toezicht houdt de provincie Zuid-Holland toezicht op deze taakstelling."

Optimistisch

Het is volgens het college steeds lastiger om de wettelijke taakstelling te behalen, "met name door de huidige woningcrisis." Want per 1 juli komen er nog eens 49 statushouders bij, wat inhoudt dat voor eind 2024 in totaal 123 statushouders op het eiland moeten wonen. De teller stond op 1 april jongstleden op slechts vier statushouders. Het is ook niet de eerste keer dat het gemeentebestuur een dergelijke mededeling moet doen aan de gemeenteraad. Het lukt namelijk al vier jaar niet om te voldoen aan de taakstelling. Toch is wethouder Daan Markwat optimistisch richting de nabije toekomst. "De gemeente en Oost West Wonen hebben het afgelopen jaar de samenwerking geïntensiveerd en goede afspraken gemaakt over het halen van de taakstelling. We realiseren ons met elkaar dat de situatie urgent is en dat we moeten investeren hierin."

Daar zijn al concrete plannen voor, want de gemeente heeft al enkele locaties op het oog, zoals de Boezemflat en het oude gemeentehuis in Dirksland. Maar dat is niet voldoende om 123 statushouders een plekje te geven voor 1 januari 2025. "In de Voorstraat in Dirksland worden maximaal 40 statushouders gehuisvest en in de Boezemflat gaat het op dit moment om 12 statushouders. Maar we kijken verder dan deze locaties. Recent zijn er negen minderjarige statushouders, onder 24/7 begeleiding, in de Hobbemastraat 2 geplaatst. Ook gaat een aantal huurwoningen van Oost West Wonen gedeeld worden. Dat zijn huurwoningen verspreid over de kernen, waar ruimte is voor een gezin. Deze woningen worden aangepast zodat er meerdere alleengaande statushouders kunnen wonen. Dit gaat om circa 20 tot 25 woningen, waarmee huisvesting kan worden gerealiseerd voor circa 75-80 statushouders.

Dirksland

Even terug naar Dirksland, waar de gemeente twee wat grotere locaties wil gebruiken. Levert dat geen gedoe op met de lokale bevolking? Wethouder Markwat: "Er wonen momenteel al 12 statushouders in 12 appartementen in de Boezemflat. Dat is vanaf eind 2023. We zijn vooraf met de omwonenden in gesprek gegaan en hebben constructief contact. Daarnaast is het oude gemeentehuis aan de Voorstraat gebruikt voor de opvang van vijftig Oekraïense vluchtelingen. Ook daar is met de buurt goed contact. We hebben met de omwonenden daar het maximum van 40 statushouders afgesproken, hoewel er ruimte is voor meer."

Voor de omwonenden van de Voorstraat is een klankbordgroep opgezet met buurtbewoners, Vluchtelingenwerk, de Thuisgevers en de gemeente. Markwat: "Periodiek bespreken we de gang van zaken met de omwonenden. Ook kijken we of er naar aanleiding van wat aangeven wordt aanpassingen nodig zijn. Zo zijn er afspraken gemaakt over 24/7 begeleiding op de locatie: overdag zijn er woonbegeleiders aanwezig, ’s nachts beveiliging." De wethouder wil hier nog wel iets over kwijt: "Het gaat om statushouders. Dat zijn mensen die al een verblijfsvergunning hebben en gemotiveerd zijn om hier met de juiste begeleiding een leven op te bouwen. Het is in ieders belang dat de huisvesting goed gaat. Daar zetten wij, maar ook de bewoners zelf, Oost West Wonen, Vluchtelingenwerk en andere partijen zich voor in."

Koppelingen

Dan het aantal te huisvesten statushouders. Die blijkt ineens lager te liggen dan 123, namelijk 62. Dat heeft alles te maken met een wijziging in het provinciale beleid. De wethouder legt uit: "Een taakstelling gaat op basis van het aantal inwoners van een gemeente. Bij een koppeling wijst het COA een statushouder toe aan een gemeente. Wij zijn als gemeente dan verplicht voor die specifieke statushouder voor huisvesting te zorgen. Om te kunnen voldoen aan de taakstelling, moet een gemeente genoeg gekoppelde statushouders hebben. Is dat niet zo, dan kan een gemeente de taakstelling niet halen. Daarom wordt in het geval van te weinig koppelingen nu het aantal koppelingen leidend gemaakt en niet de taakstelling zelf. Voor ons betekent dat concreet dat als we het aantal gekoppelde statushouders (per 1 april: 62 statushouders) voor 1 juli huisvesten, dan dalen we op de interventieladder. Ook al is daarmee de taakstelling nog niet behaald." Toch is ook die 'halvering' nog niet voldoende, aldus de wethouder. "Helaas gaan we dit aantal voor 1 juli niet redden en betekent dit hoogstwaarschijnlijk een stijging op de interventieladder."

Weet de gemeente bij de toewijzing van statushouders eigenlijk al wie ze 'in huis' krijgen? "De gekoppelde statushouders zijn voor het overgrote deel alleengaand", vertelt Markwat. "We zien wel vaak dat er later gezinshereniging is. De nareizigers tellen dan ook mee voor de taakstelling." De gemeente heeft een voorkeur voor de plaatsing van gezinnen, maar de daadwerkelijke invloed op de samenstelling is helaas heel gering, aldus de wethouder.

"We houden ook in de gaten of het mogelijk is plaatsen aan te bieden aan gezinnen die rechtstreeks uit de vluchtelingenkampen komen, die via zogenaamde missies naar ons land komen."

Woningbouw intensiveren

Ook richting 2025 is de kans groot dat de gemeente opnieuw een aantal statushouders onderdak moet geven. Die worden meteen meegenomen in de zoektocht, aldus wethouder Markwat. "Momenteel hebben we nog geen concrete locaties op het oog. Intensiveren van onze woningbouwopgaaf is erg belangrijk om alle woningzoekenden een zelfstandige woonplek te bieden. We zijn hierover intensief in overleg met vele maatschappelijke partners zoals de provincie en de woningcorporatie Oost West Wonen."

Het college spreekt in de raadsbrief uit dat samen met Oost West Wonen wordt ingezet op het halen van de taakstelling vóór 1 januari 2025. Hiervoor is een werkgroep actief vanuit de gemeente en Oost West Wonen. "Binnen de werkgroep bespreken we (duurzame) oplossingen voor de korte, middellange en lange termijn." Naast de genoemde concrete locaties zetten de partijen in op reguliere huisvesting van statushouders en gezinsherenigers, huisvesting van hervestigers (gezinnen) en het splitsen van eengezinswoningen voor kamergewijze verhuur.

Regie kwijt

Mocht in het hypothetische geval alles helemaal in de soep lopen en de gemeente op de hoogste trede van de ladder terechtkomen, wat gebeurt er dan precies? Markwat: "Dan kan de provincie voor de uitvoering van de opvangtaak 'in de plaats treden'. Daarmee nemen zij de uitvoering van de plaatsing van statushouders van de gemeente over. Het kan ertoe leiden dat alle vrijkomende woningen voor plaatsing van statushouders worden gevorderd of dat de provincie accommodaties huurt zoals hotels, op kosten van de gemeente. De gemeente is daarmee de regie kwijt en het kost meer gemeenschapsmiddelen." Een situatie waar zeer weinig mensen op Goeree-Overflakkee op zitten te wachten.

Dit artikel werd u aangeboden door: Eilanden-Nieuws

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juni 2024

Eilanden-Nieuws | 20 Pagina's

Nog altijd te weinig statushouders op het eiland

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 21 juni 2024

Eilanden-Nieuws | 20 Pagina's