Levend!
… Vrees niet; …en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. Openbaring 1:17b-18b
Geliefde lezer,
In onze gedachten worden we geleid naar het kleine Griekse eilandje Patmos. Tijdens de hevige vervolgingen die losbarstten in de eerste Christengemeenten, werd het gebruikt als verbanningsoord ‘om het Woord Gods en om de getuigenis van Jezus Christus’ uit te roeien. Het was dus bedoeld om Johannes en de verkondigers van het ware evangelie tot redding van de zielen, voorgoed de mond te snoeren.
Na intensieve arbeid in de gemeenten die hij vele jaren had mogen dienen, heeft Johannes, de apostel der liefde, deze onbegrepen weg moeten gaan. Wat zal er veel door hem heengegaan zijn: ver van zijn gemeente verwijderd staat hij nu werkeloos en met lege handen hier op de Dag de Heeren. Jaren geleden profeteerde Zijn Meester tot hen: In de wereld zult gij verdrukking hebben; maar hebt goeden moed, Ik heb de wereld overwonnen (Joh. 16:33). En nu ervaart hij de doorleving van Zijn Woord.
Maar dan betoont de Heere dat Hij een nauw oog houdt op de Zijnen. Hij is de Almachtige en Alomtegenwoordige Heere. Hij kent de Zijnen en bezoekt ze op Zijn tijd. Dan daalt Hij met Zijn Geest af in het hart van Zijn kind en knecht Johannes. Hij getuigt ervan dat hij ‘was in den geest op den dag des Heeren.’
Ja nu is het moment gekomen dat Hij in Zijn luisterrijke verhoging Zich als Gods Zoon aan Johannes in een onvergetelijk visioen op Patmos gaat openbaren. Hier daalt Hij af en doet Hij Zich kennen in Zijn majesteit en heerlijkheid als de eeuwige God, één met de Vader en de Heilige Geest.
Wie zou niet vrezen in het aanschouwen van de eeuwige Profeet, de altoos biddende Hogepriester en de almachtige Koning der koningen? Het deed de jonge Jesaja belijden: Wee mij, want ik verga, dewijl ik een man van onreine lippen ben, en ik woon in het midden van een volk dat onrein van lippen is; want mijn ogen hebben den Koning, den HEERE der heirscharen, gezien (Jes. 6:5). De rechtvaardige en godvrezende Job riep eveneens: Met het gehoor des oors heb ik U gehoord, maar nu ziet U mijn oog. Daarom verfoei ik mij, en ik heb berouw, in stof en as (Job 42:5-6).
Menselijk geredeneerd zouden we moeten constateren dat Johannes niet behoefde te vrezen voor Zijn Meester. Meer dan drie jaar mocht hij met Hem een zeer nauwe en intieme omgang hebben. Hij getuigt zelf dat Christus Johannes zo liefhad vanwege Zijn genade en liefde in het hart van Zijn knecht. Hij werd genoemd: den discipel dien Hij liefhad (Joh. 19:26). Hoe nam Hij hem apart met Petrus en Jacobus op de berg der verheerlijking, een voorsmaak van de verschijning op Patmos.
Maar wel inzonderheid rond Zijn lijden in Gethsémané mocht hij dieper ingeleid worden in Zijn Borggangen. Hij zag Hem sterven en aanschouwde het doorsteken van Zijn zijde. Hij geloofde in Hem toen er bloed en water stroomde tot verzoening van zijn zonden. Ook na Zijn opstanding uit de doden mocht hij Hem kennen als de levende Heere en belijden met de Emmaüsgangers: De Heere is waarlijk opgestaan! (Luk. 24:34).
U die dit leest: Kent u dat moment in uw leven? Geen leed zal die gebeurtenis ooit uit uw geheugen wissen.
Diverse keren is Jezus verschenen en sprak op intieme wijze met hem en de anderen. Hij mocht inzonderheid staan op de Olijfberg en Hem zien opvaren in de hoogte. Samen met de anderen was hij onder Christus’ zegenende en doorboorde handen totdat een wolk Hem wegnam van hun ogen. Hoe rijk mocht Johannes getuigen van Hem op de pinksterdag, vervuld met de Heilige Geest. Gelijk de andere broeders had hij onvermoeid heengewezen dat er buiten Jezus geen leven is maar een eeuwig zielsverderf. In de middellijke weg mocht hij als instrument in Zijn handen zielen leiden tot de Christus Gods.
Maar nu is het zo anders. Nooit eerder is Jezus zo aan Johannes geopenbaard in al Zijn luister als ‘de Eniggeborene van de Vader’ dan hier op het verlaten eiland Patmos. Juist daar vindt het soevereine wonder plaats dat Hij zal betonen te zijn ‘vol van genade en waarheid!’ Hij zal nooit laten varen voor Zijn volk en Kerk het werk Zijner handen tot in eeuwigheid.
Zie hier nu de bijna dodelijk verschrikte en zeer vrezende Johannes. Hij zegt zelf dat ‘toen ik Hem zag viel ik als dood aan Zijn voeten.’ Wat leeft Johannes hier zijn bestaan voor God in. Hier ligt hij machteloos als een nietige, verdorven zondeworm. Als ellendig stof en as! Hij voelt zich jammerlijk, arm, blind en naakt in zichzelf. Hier is hij zelf in de inleving ‘minder dan een gekrookt rietje’, want dat kan nog bewegen in de wind! Hier houden voor Johannes de wegen tot behoud op. Juist hier wordt plaats gemaakt voor de volkomen gerechtigheid buiten de mens in Hem, de Rechtvaardige en oneindig barmhartige HEERE der Heeren. En nu ligt hij ‘als dood’ aan de voeten van Jezus. Zeer bevende en dodelijk verschrikt vanwege de luisterrijke en alles overweldigende, vlekkeloze, heilige en alomtegenwoordige Heere.
Dan nadert zijn Heere en God tot Zijn wegzinkende kind en legt Zijn rechterhand op het gebogen hoofd en spreekt hem zeer bemoedigend toe: Vrees niet; Ik ben de Eerste en de Laatste; En Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen.
Wat komt Hij hier op het juiste moment Zijn kind Johannes op te richten uit het stof. Bovenal mag hij nader onderwijs ontvangen. Hij is, zoals de kanttekening bij deze woorden van Christus zegt: ‘En Ik was de Levende en was dood: want Christus dood zijnde naar het vlees, bleef evenwel levend naar den geest, dat is, naar Zijn Goddelijke natuur, gelijk Hij ook nu naar beide in der eeuwigheid leeft.’
Hier op deze eenzame plek mag Johannes versterkt en bemoedigd worden op de weg. Hier klinkt het: Ik ben de Opstanding en het Leven; die in Mij gelooft, zal leven, al ware hij ook gestorven; En een iegelijk die leeft en in Mij gelooft, zal niet sterven in der eeuwigheid. Gelooft gij dat, geliefde lezer?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 2 mei 2024
De Wachter Sions | 12 Pagina's
