Internationale reputatie
Erfgoed van de Reformatie – ontwikkeling en waardering (1)
Het ‘erfgoed’ van de Reformatie is een begrip dat ten onrechte de indruk kan wekken dat het over iets antieks gaat. Niets is minder waar. In Azië en Brazilië zijn de verkoopcijfers van puriteinse werken onvoorstelbaar.
Tot het erfgoed van de Reformatie reken ik zowel de geschiedenis en theologie van de Reformatie als de ontwikkelingen daarna, zoals in de gereformeerde scholastiek, de Nadere Reformatie, het piëtisme en het puritanisme.
Markt
Op al deze gebieden is internationaal enorm veel te doen en het is vooral interessant – en voor sommigen verrassend – te zien hoeveel nieuwe initiatieven er op dit gebied zijn. Wie kennisneemt van de nieuwsbrieven en catalogi van buitenlandse uitgeverijen, ziet hoeveel er op gebied van Reformatie, gereformeerde scholastiek en puritanisme gepubliceerd wordt. Dat is zichtbaar bij de vooraanstaande academische uitgeverijen, zoals Oxford University Press, Brill (Leiden) en De Gruyter (Berlijn), waar nieuwe reeksen op deze gebieden regelmatig van start gaan en reeds bestaande reeksen prachtige studies het licht doen zien, hetgeen betekent dat er een markt voor is, maar ook dat er aanbod van manuscripten is.
Kwaliteit
Opvallend is ook dat christelijke, Amerikaanse uitgeverijen als Crossway, Baker Publishing House, Reformation Heritage Books en InterVarsity Press steeds meer uitstekende wetenschappelijke theologie publiceren. Als voorbeeld verwijs ik naar het bij Crossway verschenen boek The Rise and Triumph of the Modern Self van Carl Trueman, een boek dat een scherpe analyse geeft van het huidige denken en dat doet op basis van doorwrochte kennis van de huidige filosofische en theologische ontwikkelingen.
Dit alles past bij een ontwikkeling die duidelijk maakt dat publicaties op deze gebieden van wetenschappers met een duidelijk gereformeerd profiel bij academische uitgeverijen welkom zijn, gewoon omdat zij kwaliteit leveren. Dat past ook bij een ontwikkeling waarin gereformeerde of bijbelgetrouwe seminaries meer inzetten op wetenschappelijke theologie – waar zij lange tijd de naam hadden vooral een beroepsopleiding te zijn en meer oog te hebben voor vroomheid dan voor wetenschap.
Daarbij hoort dat vele seminaries met succes hun aanbod uitbreiden met een wetenschappelijk masterprogramma en een PhD-programma. Goede voorbeelden hiervan zijn Puritan Theological Seminary in Grand Rapids, Reformed Theological Seminary, dat in meerdere plaatsen in Amerika te vinden is, en de beide Westminster seminaries in Philadelphia en in Escondido, Californië.
REFORC
Het Reformation Research Consortium (REFORC) is het academische netwerk van instellingen en personen die zich met het zogeheten vroegmoderne christendom bezighouden. Het gaat dan om de periode 1450-1750 en omvat dus met name de Reformatie, maar ook de late Middeleeuwen, de gereformeerde scholastiek, het piëtisme en het puritanisme, die immers alle met elkaar in verbinding staan.
REFORC is in Nederland ontstaan, het land waarin het onderzoek van de Reformatie meer dan een eeuw lang zoveel aandacht kreeg, waarin onderzoek en onderzoekers internationaal gewaardeerd werden (en gelukkig ook worden), en het land dat zoveel aan publicaties en wetenschappers heeft opgeleverd. Het is mooi dat REFORC in een behoefte blijkt te voorzien, maar voor ons onderwerp is het van belang dat REFORC aantoont hoe blijvend waardevol en relevant die Reformatie en haar uitwerkingen zijn.
Jonge wetenschappers
Een kenmerkende ontwikkeling die ik in dit verband als eerste wil noemen, is de verbreding waarin zowel de geschiedenis en theologie van de late Middeleeuwen alsook de uitwerkingen van de Reformatie en de zogeheten long Reformation worden meegenomen. De concentratie is dus niet meer op de Reformatie. De aandacht voor de verbinding tussen de Middeleeuwen en de Reformatie, maar ook de aandacht voor de doorwerking van de Reformatie – ook voor gebieden waar de Reformatie later op gang kwam, zoals in oostelijk Europa –, levert veel nieuwe kennis en nieuwe perspectieven op. Reformatie is meer dan Luther en Calvijn, is meer dan tussen Wittenberg 1517 en Emden 1571, en is meer dan Duitsland, Zwitserland en de Nederlanden. De conferenties tonen daarbij een beeld van vele jonge wetenschappers uit verschillende disciplines – dus zeker niet alleen theologie, maar ook bijvoorbeeld rechtsgeschiedenis, kunstgeschiedenis en filosofiegeschiedenis – en uit verschillende landen in en buiten Europa.
Brood
Ik wijs hierbij ook op de start van nieuwe wetenschappelijke edities die in de afgelopen jaren van start zijn gegaan. Dat geldt voor de nieuwe editie van de werken van Calvijn en Melanchthon, maar ook de zojuist gestarte wetenschappelijke uitgave van het werk van John Owen en de editie van de Acta van de synode van Dordrecht.
Tevens wil ik de wetenschappelijke uitgave van het werk van Guido de Brès onder leiding van prof. dr. W.H.Th. Moehn noemen. Dat een internationaal zeer erkende, academische uitgever als Librairie Droz in Genève hier brood in ziet en dat internationale wetenschappers hieraan bij willen dragen, zegt veel over hoezeer het reformatorisch erfgoed – om die term nog even te gebruiken – gewaardeerd wordt.
Geweldig
Verder noem ik nog het ontstaan en de uitbouw van onderzoekscentra op de gebieden van het zogeheten reformatorisch erfgoed. Het is toch geweldig om in grote en kleinere seminaries en christelijke universiteiten in Zuid-Korea enorme collecties Duitse, Franse, Nederlandse en Latijnse werken over de Reformatie en de Nadere Reformatie tegen te komen, en in Indonesië een centrum voor Calvijnstudies te zien ontstaan.
Tekenend voor de ontwikkeling van gereformeerde theologie is het ontstaan van nieuwe gereformeerde theologische opleidingen in bijvoorbeeld Thailand en Egypte, maar ook de verschijning van nieuwe tijdschriften. Als voorbeeld van zo’n tijdschrift noem ik als eerste Unio cum Christo, een initiatief vanuit Indonesië en de Verenigde Staten met als doel de kerk te versterken met gereformeerde theologie. Het tijdschrift werd in eigen beheer uitgegeven, maar heeft inmiddels zo’n kwaliteit bereikt dat de gerenommeerde wetenschappelijke uitgever Vandenhoeck & Ruprecht – sinds twee jaar eigendom van Brill – besloten heeft het in zijn fonds op te nemen.
Als tweede voorbeeld noemt ik het Journal for Early Modern Christianity dat bij De Gruyter in Berlijn verschijnt en dat wetenschappers en andere belang-stellenden de nieuwste studies op het gebied van het vroegmoderne christendom aanbiedt. Juist het feit dat er op dit gebied al vele vakbladen, jaarboeken en tijdschriften waren en er toch ruimte en belangstelling is voor nieuwe periodieken, demonstreert hoe dit thema leeft.
Hip en hot
Bijzondere aandacht wil ik vragen voor de toename van de belangstelling en de waardering voor de gereformeerde scholastiek. Die naam stond lange tijd voor dorre theologie, die juist de gloed en glans van de theologie van Luther en Calvijn had weggenomen en gezorgd had voor een uitverkiezingsleer die aan veel gelovigen meer angst en twijfel dan vreugde en zekerheid bezorgde. De herwaardering, die ook sterk vanuit Nederland in gang is gezet – ik noem met ere de namen van Cornelis Graafland, Willem van Asselt en Willem van ’t Spijker –, heeft ervoor gezorgd dat gereformeerde scholastiek nu hip en hot is.
Uit alle werelddelen komen verzoeken van jonge mannen en vrouwen die juist op dit onderwerp willen studeren en promoveren. Wetenschappelijk is daarbij de toon gezet door de Latijns-Engelse uitgave van de Synopsis Purioris Theologiae, waar onder anderen door prof. dr. H. van den Belt aan is meegewerkt. Meldenswaard is ook dat inmiddels de eerste drie delen van de Engelse vertaling van Petrus van Mastrichts Theoretisch-praktische godgeleerdheid verschenen zijn.
Ten slotte noem ik kort de bestudering en verspreiding van het werk van de puriteinen, inclusief de theologen van de Nadere Reformatie en de reformed baptists. Met name in Azië en Brazilië zijn de verkoopcijfers van puriteinse werken onvoorstelbaar. Dat Wilhelmus à Brakels Redelijke Godsdienst in het Engels, Koreaans, Chinees en Spaans is uitgegeven en in al deze talen een bestseller is, zegt al genoeg.
Water
Het tweede deel van de vraag is wat dit voor Nederland betekent. Het antwoord is dat ons werk gewaardeerd wordt, maar dat we ook moeten investeren in mensen die dit werk kunnen voortzetten en uitbreiden, en dat wij de reputatie die we als Nederlandse instellingen en onderzoekers op genoemde terreinen hebben, niet moeten verliezen. Niet vanwege de reputatie, maar vanwege het belang voor kerk en wetenschap.
Van al deze edities, dissertaties en conferenties gaat een impuls uit naar de kerk, naar de prediking, naar de catechese en naar het pastoraat. Als de bronnen ontsloten worden, wacht vervolgens de taak om het water bij de voedingsbodem te brengen. Daar komen wetenschap en kerk in beeld, en die twee kunnen alleen in de onderlinge verbinding vruchtbaar zijn.
Gereformeerde theologie internationaal
In drie artikelen geeft prof. dr. H.J. Selderhuis antwoord op drie vragen die verband houden met gereformeerde theologie buiten Nederland. Deze drie artikelen zijn een bewerking van de lezing die hij gehouden heeft op de predikantencontio.
1. Welke ontwikkelingen zijn er ten aanzien van de waardering van het erfgoed van de Reformatie en wat betekent dat voor de beoefening van de gereformeerde theologie in ons land?
2. Kan het zijn dat de voedingsbodem voor de reformatorische theologie in andere delen van de wereld vruchtbaarder is dan in Nederland?
3. Wat betekent de spiegel die vanuit andere delen van de wereld ons wordt voorgehouden, voor de beoefening van de academische gereformeerde theologie in Nederland, ook in relatie tot het geloof van de gemeente?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 2024
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 oktober 2024
De Waarheidsvriend | 24 Pagina's