Het bedroeven van de Heilige Geest

Van deze Heilige Geest wordt zo rijk beleden dat Hij ‘Heere is en levend maakt, Die van de Vader en de Zoon uitgaat, Die tezamen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheerlijkt wordt, Die gesproken heeft door de profeten’ (Geloofsbelijdenis van Athanasius). We kunnen ook zondigen tegen de Heilige Geest. De Schrift leert ons het vreselijk, onvergeeflijk lasteren van de Geest en het tegenstaan van de algemene werkingen van de Geest. Nu vraagt het bedroeven van de Geest onze aandacht.

De Schrift

We lezen eerst de Schrift hierover: ‘En bedroeft de Heilige Geest Gods niet, door Welken gij verzegeld zijt tot de dag der verlossing’ (Ef. 4:30). Het gaat hier duidelijk over Gods kinderen, die het werk van de Geest kennen en het stempel van de Geest dragen. Zonder dat kan er dus geen sprake zij van dit ‘bedroeven’. Dat maakt ook de worsteling uit, want als dit kindschap wordt bestreden zal de vrees voor het bedroeven niet levend zijn. Met alle gevolgen van dien! Daarom horen we misschien ook zo weinig over dit bedroeven in het leven van Gods kinderen. Met name de uitdrukking ‘verzegeld zijn’ kan veroorzaken dat het kwaad van het bedroeven ver weg wordt geschoven.

Het tekstverband

Kanttekeningnummer 59 bij Efeze 4 vers 30 omschrijft ‘bedroeven’ als volgt: ‘waardoor Gods kind als door het opgedrukte zegel van Gods evenbeeld van de ongelovigen onderscheiden, en van de toekomende zaligheid wordt verzekerd’.

De Bijbel met uitleg neemt terecht de verzen 30 tot en met 32 samen en omschrijft dit met: Paulus komt terug op het grote voorrecht, waarover hij in Efeze 4 vers 13 schreef: ‘Christenen hebben de Heilige Geest ontvangen. De Geest geeft dat ze zeker mogen zijn van de uiteindelijke verlossing. Laten ze daarom voorkomen dat ze door een slordig en zondig leven (vers 31) deze heiligende Geest verdriet doen. Daarom volgt nog één keer de oproep om evenals Christus in onderlinge liefde, vergevingsgezindheid en vrede te leven’.

Dit geeft een goed beeld van het tekstverband.

Treffende kanttekening

Hiermee komt overeen hoe kanttekeningnummer 57 dit ‘bedroeven‘ treffend omschrijft. Samenvattend lezen we daar: Hier wordt gebruik gemaakt van beeldspraak, ontleend aan Jesaja 63 vers 10, waar staat: ‘Ze zijn wederspannig geworden, ze hebben Zijn Heilige Geest smarten aangedaan…’. Dit houdt in dat de Heilige Geest, Die in de nieuwgeboren kinderen woont, door dergelijke zonden, waarvan Hij een afkeer heeft, Zijn vriendelijke werking in hen verduistert en in plaats van Zijn liefde Zijn gramschap laat voelen. Het is te vergelijken met een vader, die laat merken dat hij bedroefd is, wanneer zijn kinderen nota bene direct onder zijn ogen kwaad doen. En in plaats van vriendelijk, toornig tegen hen is. Hoewel hij dat niet graag doet, moet hij toch straffen’.

Als het goed is, zal het hart van Gods kind hierover verdrietig zijn. Ook wordt dan de kinderlijke vrijmoedigheid en vastigheid gemist. Zondigen, terwijl de Geest zo dichtbij is, blijft niet zonder merkbare gevolgen.

Praktische voorbeelden

Om welke zonden gaat het dan zoal? De Heilige Geest heeft woning in het hart gemaakt. Nu wordt door handel en wandel, door inblijvende en uitgaande daden de Geest bedroefd. Door het ongeloof te koesteren of te voeden, door verachtering in kennis en genade, door wereldsgezindheid, door nalatigheid ten opzichte van de genademiddelen, door toegeven aan de inklevende verdorvenheid, door de geestelijke strijd moe te worden, door het niet beoefenen van de gemeenschap der heiligen, door het niet gewillig gebruiken van gaven en talenten, door het niet gericht zijn op Gods eer en het heil van de naaste, door opstand tegen God als Hij leidt in diepe of smartelijke wegen, door nalatigheid in het gebed, door het liefhebben van de wereld, van de grootsheid des levens, van de welvaart, van de begeerlijkheid der ogen of het toegeven aan de lusten van ons vlees.

In dit alles zal Gods kind de zonde doen tegen zijn geweten en overtuiging in. Terwijl de Geest zo dichtbij is! Dit zal de zondaar duur komen te staan. Menigeen die klaagt over een kwijnend geestelijk leven, over het missen van geloofsvrijmoedigheid, innerlijke vrede en blijdschap, kan in het bedroeven van de Geest de oorzaak vinden.

Dit mag wel een zaak van ernstig zelfonderzoek zijn. Want het luistert zo nauw.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen