Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De boodschap van de stormvloed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De boodschap van de stormvloed

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Steeds hoger steeg het water. Nog enkele treden, dan zou het ook op de zolder komen waar een vrouw uit Rilland met haar kinderen haar toevlucht had gezocht. In grote nood knielde ze bij het trapgat neer: ‘Heere, U kunt toch helpen!’

‘En zie, het water ging dalen’, schreef ds. F.J. Dieleman toen hij dit voorval enkele weken na de watersnood aanhaalde in een meditatie in De Saambinder. ‘Dat heeft God gedaan’, had de moeder uit Rilland tegen hem gezegd. Wat was nu de les uit de ramp die Zuidwest-Nederland op 1 februari 1953 trof? ‘Wij zijn er bevreesd voor dat het oordeel Gods in de komende dagen verkleind zal worden’, schreef de predikant van Yerseke. ‘Men zal trachten om de oorzaak van de overstroming toe te schrijven aan deze en die omstandigheden, om de grootheid van Gods majesteit weg te werken. Doet er niet aan mee. O, dat wij zien mochten dat de helft ons niet is aangezegd. Al waren de inmengselen van Gods goedertierenheid in het oordeel, het is toch het oordeel Gods over Nederland. Over ons Nederland, dat Gods oordeel nog niet aanvaardt’.

Weggespoeld

Het water was plotseling gekomen. Een hevige storm bulderde over het vlakke land. Dat gebeurde wel vaker. Maar nu braken de dijken. Op de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden, in West-Brabant en op Texel. Huizen werden weggevaagd, of stortten uren later alsnog in. Bewoners kwamen om. Of ze werden gered, soms ternauwernood. Dat waren ‘de inmengselen van Gods goedertierenheid’, waarover ds. Dieleman schreef.

Het aantal slachtoffers is niet precies vast te stellen. Het waren er meer dan 1800. Van hen behoorden er 131 tot de Gereformeerde Gemeenten, van wie 73 tot de gemeente in Nieuwerkerk. De oudste was de 84-jarige Helena van der Hart uit Kruiningen. De jongste was Andries Vane uit Nieuwerkerk, die op een vlot werd geboren, in de ijzige koude. Na enkele uren overleed hij in de armen van zijn zus.

Twee ambtsdragers kwamen om: ouderling C. Fris in Oude-Tonge op 76-jarige leeftijd, en in Rilland-Bath de 36-jarige diaken A. Cijsouw, die nog maar net voor het eerst in het ambt bevestigd was. De polderwoning van ouderling Fris was weggespoeld. Hij was op het dak geklommen, met zijn zoon Herbert. Ze klemden zich vast toen de golven het dak meenamen. Maar beiden verdronken. Cijsouw was in de rampnacht op pad, want hij was waterstaatkundig opzichter. Toen hij de burgemeester tegenkwam, riep hij: ‘Ik héb het wel gezegd!’ en ‘Ik heb ervoor gewaarschuwd, maar ze hebben nooit willen luisteren!’ Nu had de zwakke dijk het begeven. De burgemeester en de opzichter kwamen beiden om in de golven.

Hulpbetoon

‘God is de goddeloosheid moede. Ziet Hem zitten op een verheven watervloed’, schreef de Scherpenzeelse ouderling B. Roest. ‘O, wat een droefheid, ontroering was er in mijn ziel’. In de Gereformeerde Gemeenten kregen 25 kerkgebouwen min of meer met wateroverlast te maken. Soms voor de tweede keer, want de kerken van Goudswaard, Herkingen en Poortvliet waren in 1944 ook al ondergelopen.

De schade aan kerkelijke eigendommen en scholen, maar ook aan de huizen, bedrijven en goederen van de leden van de Gereformeerde Gemeenten werd in totaal op bijna 11,5 miljoen gulden geschat. Tal van instanties hielpen. De synodale commissie tot hulp aan verwoeste kerken en oorlogsslachtoffers kreeg na de watersnood een nieuwe taak. Ze kreeg ook een nieuwe naam: hulpverlening in bijzondere noden. De gemeenten collecteerden; ze brachten in vier maanden tijd 192.500 gulden bijeen. Daarnaast werden evacués in de gemeenten waar ze werden opgevangen ook door de plaatselijke diaconie geholpen.

Boodschap in de crisis

In Dordrecht verscheen reeds in de rampmaand een brochure. De plaatselijke christelijke gereformeerde predikant, ds. M. Baan, had op de zondag na de ramp twee tijdpreken gehouden en die liet hij uitgeven ‘ten bate van de getroffenen door de watersnood’. ’s Morgens sprak de predikant over Nahum 1:3b: ‘Des Heeren weg is in wervelwind en in storm, en de wolken zijn het stof Zijner voeten’. In de middagdienst bepaalde ds. Baan de Dordtse gemeente naar aanleiding van de verzen 17a en 25 uit 2 Samuël 24 bij ‘De engel des verderfs over steden en dorpen van Nederland’. ‘Had de Heere gedaan naar waardigheid en verdienste, dan had het water onze stad, onze kerk, ons thuis, ons leven, heel ons land moeten overspoelen’, zei de predikant. ‘Dan had het dodencijfer nog veel en veel hoger moeten zijn. Maar nu greep de Heere in. De storm ging weer liggen. ’t Water ging weer zakken. Honderden, duizenden mensen konden van de dood worden bevrijd’. Dat was volgens ds. Baan ook een les: ‘Dan mogen niet alleen de oordelen, maar vooral deze goedertierenheden des Heeren ons tot bekering leiden’.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 2023

De Saambinder | 20 Pagina's

De boodschap van de stormvloed

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 2023

De Saambinder | 20 Pagina's