…én Petrus

Geliefde lezers,

We hebben in de dagen die achter ons liggen de opstanding van Sions eeuwige Koning uit de dood mogen overdenken! Hoe liefdevol heeft Christus Zich als de opgestane Levensvorst over Zijn verstrooide volgelingen willen ontfermen! De grote droefheid van Maria Magdaléna werd veranderd in grote blijdschap toen Jezus haar opzocht en haar bij haar naam noemde. Thomas werd uit de banden van het ongeloof verlost toen de overste Herder der schapen aan hem verscheen en tot hem sprak: Breng uw vinger hier, en zie Mijn handen, en breng uw hand en steek ze in Mijn zijde; en zijt niet ongelovig, maar gelovig (Joh. 20:27).

Een persoonlijke boodschap

We willen echter in deze overdenking voornamelijk uw aandacht vragen voor Petrus. Hoe ontfermde Jezus Zich na Zijn opstanding over deze discipel? Hij kreeg een persoonlijke en troostrijke boodschap die de vrouwen hem namens de engel kwamen brengen. De engel had tegen de vrouwen bij het graf gezegd: Zijt niet verbaasd. Gij zoekt Jezus den Nazaréner, Die gekruist was; Hij is opgestaan, Hij is hier niet; ziet de plaats waar zij Hem gelegd hadden. Doch gaat heen, zegt Zijn discipelen, én Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galiléa. Wat openbaarde Jezus Zijn liefde hier tot al Zijn discipelen, en in het bijzonder tot Petrus! Wat een wonder dat Jezus nog met Zijn discipelen van doen wilde hebben! Ondanks dat zij sliepen toen Jezus in de grote zielsbenauwdheid in de hof van Gethsémané kroop als een worm en geen man, ondanks dat zij allen hun Meester in de steek hadden gelaten, toch zocht Hij hen na Zijn opstanding weer op. Ondanks dat Petrus zijn Meester had verloochend, toch verloochende Jezus Petrus niet. Hoe ontrouw hij ook was geweest, Jezus was en bleef getrouw. Dat heeft Hij al direct na Petrus’ drievoudige verloochening laten blijken. We lezen immers: Doch Jezus Zich omkerende zag Petrus aan; en Petrus naar buiten gaande, weende bitterlijk (Luk. 22:61a, 62). O, die eeuwige liefde en onbezweken trouw! Wat werd hier bevestigd wat Paulus aan zijn geestelijke zoon Timótheüs heeft geschreven: Indien wij ontrouw zijn, Hij blijft getrouw; Hij kan Zichzelven niet verloochenen (2 Tim. 2:13). Gods dierbare gunst in Christus zal over die Hem vrezen, in eeuwigheid altoos dezelfde wezen.

Onbezweken trouw

Markus heeft voor zijn evangeliebeschrijving veel gegevens ontleend aan wat hij uit Petrus’ mond heeft gehoord. Wat moet het dan voor Petrus geweest zijn toen hij met Lukas sprak over de opdracht die de engel aan de vrouwen gaf, en wel in het bijzonder voor hém! Zal het niet de taal van zijn hart geweest zijn: ‘O, ik kan het niet klein krijgen! Ik heb mijn Meester verloochend, maar Hij heeft mij níét verloochend. Ik heb mijn Meester in de steek gelaten, maar Hij heeft mij níét in de steek gelaten.’

Geliefde lezers, behoort u tot degenen die zichzelf steeds weer als een verloochenaar van Christus, als een wegloper en albederver moeten waarnemen, zodat u met Petrus uitroept: ‘Heere, ga uit van mij, want ik ben een zondig mens. Ik heb het zó verzondigd en verbeurd, dat U rechtvaardig bent als U nooit meer naar mij zou omzien!’ We hopen van harte dat de Heere u dan zou willen bemoedigen en vertroosten door de woorden die we nu met elkaar overdenken: ‘Zegt Zijn discipelen, én Petrus.’

Een begin uit God

Welke opdracht kregen de discipelen, én Petrus? Zij moesten naar Galiléa gaan. Daar zou Hij Zich op een bijzondere wijze aan hen openbaren. Waarom juist daar? Omdat Hij daar de meesten van Zijn discipelen had opgezocht en geroepen uit de duisternis tot Zijn wonderbaar genadelicht, maar ook omdat Hij hen daar geroepen had tot het discipelschap. Jezus wil Zich in Galiléa aan Zijn bedroefde discipelen openba­ren om hen te herinneren aan wat Hij in hun leven gedaan heeft. Gods genadewerk in het leven van Zijn Kerk kan soms zo door satan en de binnenpraters bestreden worden, dat zij er niets meer van kunnen bekijken, zelfs niet van het begin. O, dat begin uit God, daar komt het zo op aan! Als u dat mist, mist u alles. Als het begin niet uit God is, komt u voor eeuwig bedrogen uit. En omdat Gods Kerk weet hoe arglistig en bedrieglijk hun hart is, daarom zijn ze zo bevreesd om zichzelf te bedriegen. Hoe ouder ze worden, hoe voorzichtiger ze worden, want ze gevoelen meer dan ooit dat het op waarheid in het binnenste aankomt. Weet u wat daarom zo dikwijls hun verzuchting is? Wat de dichter van Psalm 138:4 zingt:

Verlaat niet wat Uw hand begon,
O Levensbron,
Wil bijstand zenden.

Dat is de ootmoedige smeekbede van een volk dat uitziet naar de bevestiging van Gods eigen werk.

Welnu, dat wil de Heere in het leven van de Zijnen vaak op een wijze doen die zij niet begrijpen. Dat zouden de discipelen ook ervaren. God bevestigt Zijn eigen werk in de weg van geloofsgehoorzaamheid aan Zijn eigen Woord: Doch gaat heen, zegt Zijn discipelen én Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galiléa. Daarom wil de Heere Jezus Zijn discipelen in Galiléa ontmoeten. Daar zullen zij horen dat het begin uit God is geweest, en dat Hij het goede werk dat Hij in hen begonnen heeft, zal voleindigen tot op de dag van Jezus Christus. Daar zal de Heere Zijn discipelen nader onderwijs geven in de verborgenheden van de weg der zaligheid. Daar zal Hij hun verstand openen. Daar zal Hij de twijfel en de duisternissen wegnemen. Daar zullen zij Hem mogen zien als de opgestane Levensvorst, Die alle hulde waardig is.

Een getrouw woord

Geliefde lezers, zijn er onder u die in geloofsgehoorzaamheid aan Jezus’ woord Hem mogen volgen in de weg die Hij u gewezen heeft, maar wordt u ondertussen van alle kanten aangevallen dat u zich bedrogen hebt? Bedenk dat satan geen middel onbeproefd zal laten om Gods woord en werk in een kwaad daglicht te stellen, maar geloof toch zijn leugenwoord niet. Geloof de getrouwe en waarachtige belofte van Christus waaraan de discipelen moesten worden herinnerd: Aldaar zult gij Hem zien, gelijk Hij ulieden gezegd heeft. Hij had hun dit al voor Zijn lijden en sterven gezegd en beloofd, en Hij is een Waarmaker van Zijn woord.

Volk des Heeren, hebt u uw dierbare Zielenvriend mogen ontmoeten op de plaats die Hij u bereid had? Weet, dat Hij u dan nog een andere ontmoeting bereid heeft. Die zal niet hier op aarde plaatsvinden, maar in het hemelse Jeruzalem. Daar zult u Hem eeuwig in gerechtigheid aanschouwen, verzadigd met Zijn Goddelijk beeld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen