Een engel in de olijvenhof
De avond valt. De nacht der nachten begint. Knoestig Gethsémané hult zich al in het duister. ‘De Fontein des levens gaat Zich aanbieden aan de dood’ (Calvijn). Opeens daalt er een engel uit de hemel af.
In Gethsémané (van het Hebreeuwse ‘Gat-sjmanim’, dat is: oliepers) moet Christus de pers alleen gaan treden en niemand van de volkeren kan met Hem zijn (zie Jes. 63:3). Niemand kan of mag Hem helpen. Hij heeft metgezel noch vriend. Hij Die straks het kruis zal dragen en alle schande zal verachten, doorworstelt hier Zijn strijd, alleen. Geheel alleen ‘trekt Hij ten strijde tegen de vorst der duisternis’ (Beukelman). Geheel alleen daalt Hij af ‘in de draaikolken van Gods toorn’ (I. Kievit). De bangste nacht van Christus’ leven op aarde begint, de nacht waarin kolk en afgrond loeit. Hij is alleen, moet ook alleen zijn. Toch daalt in het stille Gethsémané een engel af, om Sions Borg en Middelaar te versterken.
Alleen bij Lukas
Het is alleen Lukas die de verschijning van de engel meedeelt. De andere evangelieschrijvers zeggen er niets over. In sommige oude handschriften uit de eerste eeuwen van het christendom ontbreekt vers 43 (net als vers 44, waar staat dat Jezus’ zweet door Zijn geestelijke worsteling werd als grote druppels bloed). Er zijn ook vertalingen die deze beide verzen opgenomen hebben, maar dan voorzien van haakjes, sterretjes of een kruisje, om aan te geven dat er getwijfeld wordt aan de authenticiteit van deze woorden. Sommigen menen dat die beide verzen niet tot de oorspronkelijke tekst van Lukas behoren. Onbekenden zouden dit later in de tekst hebben ingevoegd, want wat daar staat, zou maar strijdig zijn met Christus’ Goddelijke natuur. Zou Iemand Die doden kan opwekken de versterking van een engel nodig hebben?
In zijn verklaring van Lukas zegt dr. S. Greijdanus echter dat het aannemelijker is dat latere weglating van deze beide verzen ‘eerder denkbaar en aannemelijk is dan hun latere invoeging er in. Want niet alleen lezen we niets van hetgeen in deze verzen staat in de andere Evangelieverhalen, maar ook heeft men, wat hier meegedeeld wordt, als van de Heere moeilijk denkbaar kunnen beschouwen. Hij was toch Gods Zoon. En Hij dan zo in angst, zo benauwd, zo behoefte hebbend aan versterking door een engel? (…) Wie zou, wanneer dit niet met de Heere gebeurd ware, het hebben durven verzinnen om het ook in Lukas’ verhaal ingevoegd te krijgen?’
Ook sommige vroege kerkvaders (Martyr, Irenaeus, Hippolytus, Eusebius) zien deze woorden als van Lukas zelf. En zo blijven we lezen: ‘En van Hem werd gezien een engel uit den hemel, die Hem versterkte’.
Alleen in Gethsémané
We verkeren in Gethsémané, ook wel genoemd ‘de wachtkamer van Golgotha’. Want de weg naar het lege graf op Paasmorgen loopt door het lijden in de hof der olijven. Dat kan niet anders. Er is geen andere weg. Er is ook geen andere naam onder de hemel gegeven waardoor wij moeten zalig worden.
Het is nacht. En Jezus is alleen. Eerst heeft hij acht discipelen achtergelaten. Met Petrus, Johannes en Jakobus heeft Hij Zich verder teruggetrokken in de tuin. Toen heeft Hij ook die drie laatste vrienden verlaten en Zich verborgen in het donker. Dit wordt een nacht vol eenzaamheid. De aarde gaat Hem uitwerpen buiten de legerplaats. Straks gaan de werkers van het kwaad Hem afmatten, afbeulen en wégdoen, doorverwijzen naar de executieheuvel, Hem hangen aan een paal in de grond. Straks zal het stierenheir uit Basan deze Man van smarten wreed naar het leven staan en letterlijk van de wereld afdrukken, uitwissen als een voetspoor in het zand: Neem weg, neem weg. Dan hangt Hij daar, belast, beladen, zielsalleen. Dan zal er niemand meer zijn die Hem helpen kan, geen mens die Hem ondersteunt, ook niet tot één toe.
Zo gaat het. Zo moet het ook gaan. Alleen is Hij naar deze wereld gekomen, om alleen de wil van Zijn Vader te doen, om alleen te voldoen aan het Goddelijk recht, om alleen naar het kruis te gaan en de prijs te betalen, zielsalleen maar volmaakt. Zelfs de Vader gaat Zijn aangezicht voor Hem verbergen. Dan gaat de hemel dicht. Straks zwijgt ook de eeuwigheid. Het kan niet anders. Want niemand van de volkeren kan met Hem zijn. Hij is ook de geheel enige Zaligmaker, Die het grote werk alleen voltooien zal. En nu is er toch opeens deze engel: ‘En van Hem werd gezien een engel uit den hemel, die Hem versterkte’.
Alleen als Borg
In het leven van Christus zijn meer gedienstige geesten werkzaam geweest. De engel Gabriël boodschapte aan Maria Zijn ontvangenis en gaf Hem de Naam Jezus. Engelen dienden Hem toen Hij in de woestijn door de satan werd verzocht. Straks komen ze naar Zijn graf om de steen af te wentelen. Bij Zijn hemelvaart gaan ze zich opnieuw vertonen. En als Hij eenmaal wederkomt op de wolken des hemels zullen machtige scharen van engelen Hem als Zijn lijfwacht omringen.
Nu verschijnt er maar één engel als een gezant uit de hemel. Maar deze engelverschijning is wel zeer merkwaardig. Want hier komt de engel ‘bij een benauwde Jezus, Die van Zijn apostelen werd verzuimd en verlaten’ (Ridderus).
In de hof had Jezus gebeden: ‘Vader, of Gij wildet dezen drinkbeker van Mij wegnemen! Doch niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede’. En direct daarna zegt Lukas dat de engel verschijnt, als dadelijke verhoring op Zijn gebed. Nooit is er een gebed van de Zoon door de Vader afgewezen. Bij de Vader vindt de Zoon de deur nooit gesloten. Deze engel komt om Hem te ‘versterken’, in elk geval niet om Hem in Zijn middelaarswerk bij te staan. Daar kan en mag Hij niet bij geholpen worden.
Zijn ziel is geheel bedroefd, zelfs tot de dood toe. Hij kent geen vrees voor de dood, geen angst voor het sterven, want sterven is voor Hem Zijn Vader weer ontmoeten. Maar dit is wel ‘de ure, en de macht der duisternis’ (Luk. 22:53). Als Borg gaat Hij de volle last ervaren van de zonden van het ganse menselijke geslacht. ‘De Heere heeft ons aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen’, schrijft Jesaja. Hoe zwaar, hoe smartelijk valt dit lijden. Zijn droefheid is zéér groot. ‘Het is een onuitsprekelijke droefheid geweest, en daarom zal ik die laten varen, daar ik onbekwaam ben om dezelve uit te drukken’ (Ambrosius).
‘Het was het gevoel van de schuld ener wereld die op Hem drukte, die zelfs de enige Zone Gods grote droppelen bloeds deed zweten. De oorzaak van Christus’ angst was de zonde der mensen’ (Ryle).
Alleen een engel
In het aardedonker van de hof scheurt de hemel. Snellijk daalt een engel af. Hij komt niet op eigen gelegenheid, maar is gezonden door de Vader. Straks moet de Vader Zijn aangezicht gaan afwenden, verbergen, maar nú zal Hij de Zoon niet verachten, noch oor noch oog van Zijn verdrukking wenden. Omdat dit lijden iedere maat van menselijk lijden te boven gaat, komt de hemel Hem een ogenblik te hulp. Wat de aarde Hem weigert, verschaft Hem de hemel. Een van de knechten van de Vader komt om de Zoon van de Vader in Zijn menselijke natuur te ‘versterken’. De Zoon had gebeden: ‘Vader, indien het mogelijk ware…’. Maar dat was niet mogelijk. De drinkbeker van Gods toorn over de zonde kan niet van Hem worden weggenomen, maar uit het Vaderhuis daalt er wel kracht naar omlaag om Hem te versterken in Zijn lijden. ‘Nu had de Heere der engelen de troost van een engel nodig’ (Flavel).
In de aanwezigheid van deze gedienstige troongeest ziet Christus dat de hemel aan Zijn zijde is, met Hem strijdt en Hem straks de overwinning geven zal. Dit is het antwoord dat God Hem geeft. ‘Ten dage als ik riep, zo hebt Gij mij verhoord; Gij hebt mij versterkt met kracht in mijn ziel’ (Ps. 138:3). Wat een gebedsverhoring!
Tranen afgewist
Zou de engel nog iets gezegd hebben? Het staat er niet, en dus moeten we er ook niet curieuselijk over handelen, maar Matthew Henry meent toch stellig dat de engel gesproken heeft: ‘Hij heeft Hem eraan herinnerd dat Zijn lijden strekte tot eer en heerlijkheid en tot heil en zaligheid van hen, die Hem gegeven waren. Hij sprak van de vreugde, die Hem was voorgesteld, van het zaad dat Hij zien zal’.
Zou de engel nog iets gedaan hebben? Henry: ‘Wellicht heeft hij Zijn zweet en Zijn tranen afgewist’.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 30 maart 2023
De Saambinder | 20 Pagina's
