Omdat vaders er toe doen
Hoe komen we uit de negatieve spiraal van de vaderloze maatschappij?
Als vaders er niet meer toe doen, betalen kinderen het gelag. Zij zijn het kind van de rekening. De opkomst van de vaderloze maatschappij is niet alleen een gevolg van politieke, sociaaleconomische en culturele omwentelingen in de laatste twee eeuwen. Er gaat een dieperliggende religieuze oorzaak achter schuil: het opzeggen van het vertrouwen in God de Vader. Daardoor hebben we geen vertrouwen meer in tradities. Hoe keren we het tij – als dit al te keren is?
EEN PAAR FEITEN
In Nederland wonen 3,5 miljoen minderjarige jongeren. Een op de zeven (ruim 14 procent) van hen woont bij een van de ouders, meestal bij de moeder. Het aandeel kinderen dat opgroeit in een eenoudergezin is de laatste jaren toegenomen. In 2003 lag dit nog op net 12 procent.1 Ongeveer één op de vijf basisschoolleerlingen heeft gescheiden ouders. In grote steden liggen die aantallen hoger dan op het platteland. 2
De belangrijkste reden voor de vermeerdering van eenoudergezinnen is de toename van echtscheiding of het verbreken van de relatie door samenwonende ouders. Volgens een schatting van Spruijt en Kormos (2010) maken ieder jaar circa zeventigduizend thuiswonende kinderen een (echt)scheiding van de ouders mee.3 Na een scheiding gaan de kinderen in de meeste gevallen bij hun moeder wonen. Volgens een onderzoek in 2011 besluit ongeveer twintig procent van de ouders na hun scheiding tot co-ouderschap.4
Hoeveel minderjarige kinderen in Nederland groeien op zonder contact met hun vader? De statistieken op de website van het CBS geven daarover geen informatie. In een publicatie uit 2006 stond te lezen dat ongeveer 560.000 kinderen geheel zonder hun vader opgroeien. En nog eenzelfde aantal heeft niet meer dan incidenteel contact met hun vader.5 Dit betekent dat circa een derde van de minderjarige kinderen praktisch door hun moeder worden opgevoed zónder betrokkenheid van hun vader.6 Heeft dit gevolgen voor deze kinderen? Of maakt het geen verschil of de vader al dan niet een rol van betekenis vervult in hun leven?
GEVOLGEN VADERLOOSHEID
Uit verschillende onderzoeken7 blijkt dat het wel degelijk verschil maakt of kinderen door hun vader en moeder samen worden opgevoed, of dat zij zonder hun vader opgroeien. Zo lopen jonge kinderen (tussen 0-12 jaar) die opgroeien in vaderloze gezinnen meer risico om in armoede te leven. Ook is er een hogere kans op fysiek, emotioneel en seksueel misbruik. De vaderloos opgroeiende jeugd heeft grotere gezondheidsrisico's, vaker problemen op school en grotere moeite in de omgang met andere mensen.
Bij tieners (12-19 jaar) die opgroeien zonder vader komt naar voren dat zij verhoudingsgewijs vaker in de criminaliteit belanden, dat de meisjes meer kans lopen op een tienerzwangerschap, dat er een hogere kans is op verslaving aan drugs, alcohol en roken, dat ze vaker spijbelen en voortijdig de school verlaten. Jongvolwassenen (20 jaar en ouder) die opgroeien of zijn opgegroeid in een vaderloos gezin maken vaker hun opleiding niet af, ondervinden meer moeite om werk te vinden, lopen meer risico om dak- en thuisloos te raken, zullen eerder in de criminaliteit belanden, hebben vaker gezondheidsklachten, chronische emotionele en psychische problemen, zullen eerder scheiden en hebben vaker buitenechtelijke kinderen. Een andere conclusie uit de onderzoeken is dat ‘vaderloze’ jongeren vaker suïcide plegen dan kinderen uit intacte gezinnen.
Deze gevolgen betreffen het persoonlijke leven van kinderen die zonder vader opgroeien. Ook voor de samenleving als geheel is de tendens van steeds meer vaderloze kinderen niet gunstig. We zien geweld en criminaliteit toenemen. De sociale cohesie neemt af, oftewel de hechtheid van gemeenschappen in dorpen, wijken en buurten vermindert. Het aantal (echt)scheidingen neemt toe. Er wordt een groter beroep op gezondheidszorg, jeugdzorg en sociale zekerheidsvoorzieningen gedaan. Kortom: vaderloosheid is een factor van betekenis die de ontwikkeling van een samenleving in een negatieve spiraal doet belanden. Politici en beleidsmakers mogen deze tendens niet negeren en kunnen niet langer ‘wegkijken’. Onderwaardering van goed vaderschap heeft blijkbaar grote gevolgen.
Een conclusie uit de onderzoeken is dat ‘vaderloze’ jongeren vaker suïcide plegen dan kinderen uit intacte gezinnen.
SCHETS HISTORISCHE ONTWIKKELING
In 1963 verscheen het spraakmakende boek Auf dem Wege zur vaterlosen Gesellschaft van de Duitse psychiater Alexander Mitscherlich.8 Na twee wereldoorlogen met talloze slachtoffers vertoonde Duitsland alle trekken van een vaderloze samenleving. Vele vaders hadden immers als militair of burgerslachtoffer het leven gelaten. Maar ook de ideologie van het nationaalsocialisme met haar Führerverering had een vernietigende uitwerking gehad, met geestelijke vaderloosheid tot gevolg.
De klappen van de twee wereldoorlogen volgen op de periode van de industriële revolutie in het laatste kwart van de negentiende eeuw. Die revolutie heeft ook in de gezinnen ‘huisgehouden’. In de overwegend agrarische samenleving zette het drie-generatiegezin de toon. Grootouders, ouders en kinderen woonden in een huis, vaak de boerderij, soms ook een bedrijfspand. Met de grootvader als pater familias. De kinderen trokken het spoor van hun ouders en grootouders verder, niet alleen beroepsmatig maar meestal ook in geestelijke zin. Ouders en grootouders waren betrokken bij de opvoeding, zowel in het ambacht dat werd beoefend als in de godsdienstige vorming. Het dagelijks leven voltrok zich grotendeels in en om het huis.
De industriële revolutie haalde de vader uit het gezin en verplaatste hem naar de fabriek of werkplaats. De mechanisatie in de landbouw veroorzaakte een trek vanuit het platteland naar de steden. Het drie-generatiegezin ruimde het veld en maakte plaats voor het kerngezin: ouders en kinderen. De kinderen kozen niet langer met een grote mate van vanzelfsprekendheid het beroep van hun ouders, maar maakten hun eigen keuzes, passend bij de eigen vaardigheden en interesses. Dat heeft een aanslag gedaan op het gezag van vader als het gaat om zijn taak om zijn kinderen wegwijs te maken in de wereld van arbeid en beroep.
Vanaf de jaren '60 nam het aantal echtscheidingen fors toe. Na de scheiding werden de kinderen meestal aan de moeder toegewezen. In de voorgaande paragraaf is er al op gewezen dat dit de belangrijkste oorzaak is waardoor steeds meer kinderen zonder vader opgroeien. Daarnaast steeg, met name vanaf de jaren '90, het aandeel van vrouwen dat in een betaalde baan werkt. Dit maakte het moeilijker voor ouders om voldoende zorg en aandacht aan hun opgroeiende kinderen te besteden. Ook deed het fenomeen ‘papadag’ zijn intrede. Volgens deskundigen draagt zo'n papadag niet altijd bij aan de versterking van de vaderrol omdat sommige vaders menen dat zij op zo'n dag moeten ‘moederen’.9 Uit de praktijk blijkt dat veel vaders denken dat hun vrouw beter weet hoe je kinderen dient op te voeden. Vaders gaan hierdoor moeders manier van opvoeden kopiëren. Het gevolg is dat kinderen tegenwoordig steeds meer te maken krijgen met maar één opvoedingsstijl, te typeren met de trits: zorg, voorzorg en nazorg, met accent op veiligheid. De typisch vaderlijke inbreng wordt meer en meer gemist. Vaders zijn daarom vaak onzeker over hun rol.
DIEPERLIGGENDE OORZAKEN
Wat zijn de dieperliggende oorzaken voor de teloorgang van de vaderfiguur in gezin en samenleving? In 1984 publiceerde Jhr. A.E.M. van der Does de Willebois daarover een boek Het vaderloze tijdperk dat aan actualiteit en zeggingskracht nog niets heeft ingeboet. 10 In deze paragraaf geef ik een selectie van zijn gedachten over dit thema door.
De essentie van vaderschap ligt volgens Van der Does in het overdragen van ‘de waarden die ons heilig zijn’ aan de volgende generatie. Vanuit deze grondwaarden leert een vader zijn kinderen de werkelijkheid te interpreteren en brengt hij hun bij wat de zin is van het leven. Jongeren kunnen zo tot het inzicht komen dat zij een schakel zijn in de keten van de generaties. Dit is van groot belang voor de persoonlijke vorming van het kind. Maar dat niet alleen; de innerlijke kracht en de karakteristiek van een samenleving wordt uiteindelijk bepaald door de waarden die wij bereid zijn te verdedigen en over te dragen, met inzet van eigen leven.11
Volgens Van der Does kan een kind niet gebaat zijn met een vader die in al te grote bescheidenheid zijn vormende en gezaghebbende invloed terugtrekt door het geloof in de eigen waarden en de eigen levensstijl al te zeer te relativeren en te verbergen.12 Hierbij gaat het bepaald niet om paternalistische dwingelandij, maar om het staan voor de eigen overtuiging. Zonder richting en sturing te geven, is het risico niet denkbeeldig dat jongeren zijn overgeleverd aan de waan van de dag of dat zij de eerste de beste ideologie die zich met kracht van overtuiging aandient kritiekloos overnemen.13
Zonder moreel kompas wordt een jongere ‘vaderloos’ uitgeleverd aan de willekeur van een bestaan waarin hij op eigen houtje zijn weg moet zien te vinden.14 Bij gebrek aan innerlijk kompas, aan een innerlijke stem, zijn jongeren uitsluitend gericht op de omgeving – het wordt een leven in de ogen van hun omgeving.15 We zien dat bijvoorbeeld terug in het fenomeen dat kinderen een generatie terug graag brandweerman of verpleegster wilden worden. Op de vraag ‘wat wil je later worden?’ geven veel jeugdigen van tegenwoordig als antwoord: ‘beroemd’.
KENMERK VADERLOOS TIJDPERK
In 1984 constateerde Van der Does dat we in een vaderloos tijdperk verkeren. Kenmerkend daarvoor is, zo stelt hij, dat onze tijd de nadruk sterk legt op het nieuwe, op verandering en dus op de jeugd. Ouderen treden al op voorhand terug voor de jongeren. Zij verraden hiermee een gebrek aan vertrouwen in de eigen waarden en geven de nieuwe generatie vrij spel. Jongeren kunnen hun eigen gang gaan en tonen daarbij weinig achting voor de oudere generatie of voor tradities. Dit gaat ten koste van continuïteit en stabiliteit van de samenleving.16
De opkomst van de welvaartssamenleving met haar ongrijpbare ‘vadertje staat’ als pseudo-vader onderstreept de politieke relevantie van de teloorgang van het vaderschap. De combinatie van ontwikkelingen zoals individualisering en schaalvergroting zet kleinere verbanden en organisaties onder druk.17 Dit tast de maatschappelijke samenhang aan. Ook families en gezinnen lijden daaronder en worden minder hecht. Van der Does bemerkt een parallelle ontwikkeling tussen de familiestructuur en de structuur van de staat.18 De teloorgang van het vaderschap gaat niet alleen terug op sociaaleconomische ontwikkelingen, zoals de industriële revolutie en de opkomst van de welvaartsstaat. Voor Van der Does staat het buiten kijf dat deze ingrijpende omwentelingen een belangrijke rol spelen. Maar in laatste instantie is de vaderloosheid van onze tijd een gevolg van secularisatie en ongeloof: het opzeggen van het Goddelijk vaderschap door de moderne mens. Want uiteindelijk is het verlies van vertrouwen in de traditie daartoe te herleiden. 19
Uit de praktijk blijkt dat veel vaders denken dat hun vrouw beter weet hoe je kinderen dient op te voeden.
GODS VADERSCHAP
Vaderschap heeft ook een religieuze dimensie. Zeker voor christenen. In de Bijbel, met name in het Nieuwe Testament, openbaart God zich als ‘onze Vader, Die in de hemelen is’. In Hem is aan de mensheid het lichtend voorbeeld voor alle vaderschap gegeven, zo zegt Van der Does. Een kerntekst hiervoor is Efeze 3 vers 14-15: ‘… [God] de Vader, uit wie alle vaderschap in hemelen en op aarde naam mag hebben’.20 Nu is God geen man of vader, zoals de mens dat is. Maar God openbaart Zich wel als Iemand, als een persoon, en in de Bijbel handelt Hij als een man.21 Ook in het Oude Testament wordt God naast Jahweh op diverse plaatsen ook als ‘Vader’ aangesproken.22 De mens wordt getypeerd als beelddrager van God. Dit betekent dat wie bij Hem hoort, deelt in Zijn vrijheid. Want God is niet verstrikt in toeval of noodlot van de kosmos, maar vrij en Zijn bemoeienis met de wereld is Zijn eigen wil.
In ‘Hem’ is aan de mensheid het lichtend voorbeeld voor alle vaderschap gegeven.
De rode draad in de Bijbel is dat God de zonde, de opstand tegen Hem bestrijdt. Hij toont Zich als Heere van de hemelse legermachten.23 Hij heerst, als niet-geschapene en onafhankelijke, over de geschapen wereld. Daarbij blijft God niet op afstand van de mens staan. Hij spreekt de mens aan: ‘Adam, waar zijt gij?’24 Met daden en tekenen openbaart Hij zich in de geschiedenis en het leven van mensen. Omdat de Heere de mens door Zijn Woord aanspreekt, mogen wij ook Hem aanspreken. Door het gebed verkrijgen wij de toegang tot God. Hem aanspreken als ‘onze Vader’ is mogelijk omdat Zijn Zoon Jezus gehoorzaam was aan Zijn Vader tot in de dood. God als Vader belijden en aanspreken, is niet los te zien van een leven uit de overgave aan Hem. Deze godsdienstige dimensie geeft aan het vaderschap in deze wereld extra betekenis.
VADERSCHAP VOLGENS DE BIJBEL
Vaders die God niet willen dienen, maar alleen zichzelf willen gehoorzamen, zijn ontspoorde vaders.25 Ook in christelijke kring kwamen en komen zulke ‘tegennatuurlijke’ vaders voor. Hun vaderschap vertoont trekken van dictatuur en tirannie – of komt daar botweg op neer. Dit is een perverse karikatuur die niet overeenstemt met de invulling van het vaderschap zoals de Bijbel die beoogt. Behalve de autoritaire en dictatoriale vader is er nog een andere vorm van ontspoord vaderschap: de afwezige vader. In onze samenleving is dat in vele gezinnen het geval – wederom: de christelijke niet uitgezonderd, helaas. De vader is letterlijk niet meer in beeld door echtscheiding. 26 Of doordat hij zich volledig op zijn werk stort en niet of nauwelijks betrokkenheid toont bij de opvoeding van zijn kinderen. Vaders kunnen ook afwezig zijn doordat zij verslaafd zijn aan drank of iets anders. Tenslotte – om niet meer te noemen – zijn er vaders die zeer toegeeflijk zijn.
De twee uitersten van tirannie of toegeeflijkheid zijn beide niet goed. Voor een kind is een betrouwbare vaderlijke autoriteit onontbeerlijk.27 Het gaat hierbij om een dienstbare vorm van gezag.28 Een goede vader vormt zijn kinderen en is daarin trouw aan God en tegenover zijn kinderen. Hij mag ze niet misvormen! In de Romeinse cultuur waren vaders nogal hard voor hun kinderen. Of ze verwaarloosden hen. Tegen deze achtergrond klinkt het apostolisch vermaan: ‘Gij vaders verwekt uw kinderen niet tot toorn, maar voedt hen op in de lering en vermaning des Heeren.’29
MOEDERSCHAP
En de moeder? Voor kinderen is een moeder evenzeer onmisbaar. En net zo onvervangbaar als de vader. Een moeder heeft primair een zorgende en koesterende taak, terwijl de vader vooral vormt en aanmoedigt. Hierbij gaat het niet om bekende stereotyperingen, maar wel om betekenisvol en natuurlijk onderscheid. Het verschil tussen man en vrouw is heilzaam en ordenend voor het leven. Het verwarren en vervagen van het verschil in vrouwelijke en mannelijke rol heeft een ongunstige uitwerking op de vorming qua identiteit en persoonlijkheid van het kind. Het is niet voor niets dat God de mens als man en vrouw heeft geschapen. Het streven naar een sekseneutrale samenleving verdringt dit fundamentele en ordenende scheppingsgegeven. Dat gaat vaak gepaard met kritiek op het huwelijk en gezin die voortkomt uit kritiek op God de Schepper Die man en vrouw niet volledig gelijk aan elkaar en zeker niet onderling uitwisselbaar heeft ‘gemaakt’.30
SECULIER EXPERIMENT
De laatste vijf decennia is in de westerse maatschappij een experiment op touw gezet, waarin men van God los is gaan samenleven.31 In onze cultuur gaat men daarin zelfs zo ver dat huwelijk, seksualiteit en zwangerschap ver uiteen worden getrokken. De mainstream van politiek, media en cultuur propageert de praktijk om voor eigen plezier kinderen te ‘nemen’ buiten elk verband van huwelijk en gezin om. Principieel weegt het belang van het kind hierin niet mee. Ook als dat met mooie woorden wordt verbloemd in de motivaties bij voorstellen zoals die voor meerouderschap. Uiteindelijk is de maximale keuzevrijheid van volwassen individuen leidend.32
Het kernprogramma van de seksuele revolutie in de jaren '60 was de bevrijding van de individuele mens, niet alleen uit de kluisters van overheersing, onderdrukking, dogmatisme en betutteling, maar ook uit alle bestaande sociale verbanden.33 Met beroep op het individuele zelfbeschikkingsrecht werd het vanzelfsprekend gevonden dat het individu zoveel mogelijk rechten kon opeisen, zónder bijbehorende verantwoordelijkheden. Een geradicaliseerd idee van individuele zelfbeschikking leidt tot een cultureel klimaat waarin vrijheid wordt gepresenteerd als een bestaan waarin de mens aan niemand anders iets verplicht is. Matigheid en wijze zelfbeperking verdragen zich slecht met ongebondenheid.
WEEGT ‘HET BELANG VAN HET KIND’ ECHT MEE?
Hoeveel er ook op het natuurlijke gezin van vader, moeder en kinderen valt aan te merken – en in een deel van de gezinnen gaan er ook dingen mis, soms zelfs grondig mis – toch is en blijft het gezin het enige milieu waarin het opgroeiende kind goed gedijen kan. De lakmoesproef in hoeverre het belang van het kind nog meetelt, is dus de mate waarin het gezin door sociale normen en structuren gedragen en beschermd wordt, dan wel de mate waarin het gezin wordt gerelativeerd of zelfs verwaarloosd. Het gebrek aan politieke en maatschappelijke steun voor het natuurlijke gezin, alsook voor een coherent waardensysteem waarin de rollen van vaders en moeders tot hun recht komen, helpt ouders bepaald niet in de overdracht van waarden en normen aan de jongere generaties. Dit gaat ten koste van de affectieve ontwikkeling van het kind. Dan is het niet geloofwaardig als men zegt in het belang van het kind te handelen.
Het gebrek aan politieke en maatschappelijke steun voor het natuurlijke gezin gaat ten koste van de affectieve ontwikkeling van het kind.
OPLOSSINGEN
Het voorgaande kan ieder die het belang van het kind op het oog heeft en pleit voor goed vaderschap en moederschap pessimistisch stemmen. Kunnen we hier iets tegen ondernemen of moeten we lijdzaam toezien en wachten op het moment waarop de wal het schip gaat keren? Gelukkig behoeft niemand de oplossing ver van huis te zoeken. Want de herstelkansen voor onze cultuur liggen dicht bij huis, sterker ze liggen in huis, in onze zorg voor huwelijk en gezin, in de toewijding van ouders aan hun kinderen.34 Dat is het eerste en het belangrijkste wat gezegd moet zijn. Hiervoor is moed nodig en volharding, om tegen de maatschappelijke en culturele hoofdstroom op te roeien. Laten ouders zich ervan bewust zijn dat het zelfbeeld dat hun kind ontwikkelt, heeft te maken met het voorbeeld dat de ouders geven.35 De betekenis en het belang van trouw aan elkaar en betrouwbaar zijn voor elkaar kunnen zij voorleven aan hun kinderen. De romantische liefde is aanlokkelijk en gevoelvol, maar tegelijk een zeer beperkte opvatting van liefde.
WAT KAN DE POLITIEK DOEN?
Ook op politiek vlak ligt er een uitdaging van formaat. Een vraag die als eerste om beantwoording vergt, is wat daadwerkelijk in het belang van het kind is. We hebben gezien dat voor zinoriëntatie in deze wereld en zingeving van het leven het besef essentieel is dat elk mens een schakel in de keten van generaties is. Daarvoor is goede vorming van het kind onmisbaar. Het kan daarbij niet zonder leiding en aanmoediging van de vader, maar ook niet zonder de koestering en zorg van de moeder. De samenleving dient op allerlei manieren support te geven aan de onderscheiden rollen van vaders en moeders alsook hun hechte samenwerking. Dit is in het belang van het kind en van betekenis voor de toekomst van de samenleving. De vraag hoe we de samenleving van de toekomst een sterk gebinte en voldoende samenhang geven, is politiek gezien uiterst relevant. Nu straalt de overheid de boodschap uit dat het onverschillig is of mensen al dan niet trouwen, trouw blijven aan elkaar en hun beloften gestand doen. Met bijvoorbeeld preventie van echtscheiding is ook een algemeen belang gemoeid, gelet op de problematiek die jeugdigen ondervinden ten gevolge daarvan. Het promoten van overspel in de publieke ruimte zou de overheid alleen al op grond van de gevolgen voor de publieke middelen tegen kunnen gaan – als zij zich naar eigen zeggen wil onthouden van ‘een moreel oordeel’.36 In de fiscale sfeer zou het bijvoorbeeld een verademing zijn wanneer de overheid gezinnen als een fiscale eenheid belast – dat spoort met de praktijk in gezinnen als consumptiehuishouding - en niet de vader en moeder als afzonderlijke individuen behandelt. De ondergewaardeerde rol van vaders voor hun kinderen blijkt ook bij de behandeling van echtscheidingszaken. Mogelijk is dit een resultaat van de overmaat aan vrouwelijke rechters en advocaten in het familierecht. Een stijging van het aantal oordelen tot co-ouderschap zou meer recht doen aan het vaderschap. Naast het belang van het kind moet ook het belang van de vader een grotere rol spelen in politieke discussies.
De ondergewaardeerde rol van vaders voor hun kinderen blijkt ook bij de behandeling van echtscheidingszaken.
EEN OPDRACHT VOOR VADERS
Ten slotte: wat kunnen vaders zelf doen? Als eerste moeten ze niet gaan ‘moederen’, want dan voegen vaders niets toe aan moeders.37 Vaders dienen zich de essentie van het vaderschap weer eigen te maken. Die ligt in het overdragen van voorgegeven morele waarden. Voor de overdracht van verworven erfgoed is niet alleen vaderlijke autoriteit van belang, maar ook – en eigenlijk in grotere mate – het kinderlijk vertrouwen.38 Voor een geloofwaardig gezag van vaders biedt onze samenleving weinig steun. Daarom is integriteit van de persoonlijke levensstijl van vaders – in leven en werken - van bijzonder groot belang om de brandende fakkel door te geven aan de volgende generatie.39 Laten vaders - en moeders - daarbij geen pessimisme uitstralen, maar een boodschap van hoop en vertrouwen overleveren.
1 Gegevens ontleend aan Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Zie CBS Webmagazine, 17 december 2013.
2 Het aandeel eenoudergezinnen is met 28% het hoogst in Rotterdam en met 4% het laagst in Staphorst en Urk: CBS, 17 december 2013.
3 Nederlands Jeugd Instituut. Dit cijfer baseren Spruijt en Kormos (2010) op het aantal echtscheidingen per jaar, een schatting van het aantal samenwonenden die uit elkaar gaan en cijfers over het aantal paren met thuiswonende kinderen tot een leeftijd van 22 jaar. Zie: Ed Spruijt en Helga Kormos, Handboek Scheiden en de kinderen (Utrecht 2010), herziene druk 2014.
4 De afgelopen tien jaar steeg het percentage ouders dat na een scheiding besluit tot co-ouderschap van vijf naar twintig procent: Universiteit Utrecht. Zie ook: ‘Co-ouders ruzien minder dan andere gescheiden ouders’, Trouw, 31 oktober 2012.
5 P.A.N. Tromp, 15 maart 2006, bijdrage op website Vader Kennis Centrum, , laatst geraadpleegd op 18 februari 2016.
6 Berekening aandeel: 1,12 miljoen van 3,5 miljoen is 32 procent. Gelet op de stijgende trend in het aantal scheidingen kan deze schatting wat aan de lage kant zijn.
7 Deze paragraaf is gebaseerd op de meta-studie uit 2002 van Civitas, het Britse Instituut voor Samenlevingsstudies, Experiments in Living: the Fatherless Family, A Meta-analytic study. Deze studie is gebaseerd op 75 onderliggende deelonderzoeken. Verder is er in Zweden een bevolkingsonderzoek uitgevoerd naar de gevolgen van eenoudergezinnen voor kinderen, gepubliceerd in The Lancet, 361, nr. 9354, 25 January 2003. Een recent onderzoek uitgevoerd door Odette Girigori (onderzoeker verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen) onder vaderloze gezinnen op Curacao vertoont overeenkomstige uitkomsten. Zie ‘Vaderloos opgroeien ontwricht meisjes op Curacao’, NRC-Handelsblad, 20 november 2015.
8 A. Mitscherlich, Auf dem Wege zur Vaterlosen Gesellschaft (Munchen 1963).
9 Gesignaleerd door opvoedconsulent Inah Ritsema, , laatst geraadpleegd op 18 februari 2016.
10 Het boek is in november 2013 opnieuw uitgegeven door uitgeverij De Blauwe Tijger te Groningen en is o.a. te verkrijgen via www.deblauwetijger.com. Verder aangehaald als: Van der Does.
11 Van der Does, p. 39.
12 Van der Does, p. 38.
13 Van der Does, p. 39.
14 Van der Does, p. 62.
15 Van der Does, p. 217.
16 Van der Does, p. 22.
17 F.O. van Gennep, De terugkeer van de verloren vader (Baarn 1989), p. 246 e.v.
18 Met het oog op de realisatie van een participatiemaatschappij, zou hier wel eens een sleutel kunnen liggen. Over dit thema volgt meer in de volgende editie van Zicht.
19 Van der Does, p. 35.
20 Hier geciteerd naar de Naardense Bijbel (Vught 2014). De Statenvertaling luidt: ‘… [God] de Vader van onze Heere Jezus Christus, uit Wie al het geslacht in de hemelen en op de aarde genoemd wordt.’
21 Een markant verschil ten opzichte van de afgoden is dat de Heere geen vrouw of godin naast zich (nodig) heeft.
22 Bijvoorbeeld in Deuteronomium 32:6; Job 38:28; Psalm 68:6; Jesaja 63:16 en Jeremia 3:4. God kan ook troosten en beschermen als een moeder, zie Jesaja 49:15; 66:13 en Mattheus 23:37.
23 Zie bijv. Exodus 15:3; Deuteronomium 33:29 en Psalm 24:8.
24 Genesis 3:9.
25 Georg Huntemann, De onpersoonlijke mens (Groningen 1983), p. 41.
26 Er zijn vaders die hun kinderen en hun moeder in de steek laten, maar er zijn ook vaders die worden verbannen en van hun kinderen (door toedoen van de moeder) nooit meer mogen zien en daar enorm onder lijden.
27 Zie Paul Verhaeghe, Autoriteit (Amsterdam 2015), p. 86 e.v. Verhaeghe signaleert dat autoriteit in onze samenleving is teloorgegaan. Een terugkeer naar de vroegere autoriteit is onmogelijk, omdat daarvoor de grond is verdwenen. Wat rest is macht zonder autoriteit en dus met gedwongen onderwerping die toeneemt in verschillende sectoren zoals economie, politiek, onderwijs en zelfs de zorg. Het alternatief is nieuwe autoriteit die haar grond vindt in een horizontaal vlak, een groep.
28 Van der Does, p. 55.
29 Efeze 6:4; vgl. Kolossenzen 3:21 en I Petrus 5:5.
30 Op dit punt willen modernisten in feite een ‘verbetering’ van de schepping realiseren.
31 Hans Bouteiller, Het seculiere experiment. Hoe we van God los gingen samenleven (Amsterdam 2015).
32 In combinatie met het dogmatische uitgangpunt om degenen die anders zijn als gelijken te beschouwen.
33 Op dit punt blijkt een parallel met het denken van Charles Darwin, die het individu verbindt met de hoogste collectiviteit, maar de verbanden vergeet van familie, vriendschap en politiek die er tussen zitten. Vgl. H.C. Mansfield, Mannelijkheid (Amsterdam 2008), p. 81.
34 Van der Does, p. 174.
35 Van der Does, p. 221.
36 Is stilzwijgen of ‘wegkijken’ hier – gelet op de morele plicht om het zwakkere kind te beschermen - niet hetzelfde als toestemmen of toegeven?
37 ‘Gedeeld, gelijkwaardig, complementair ouderschap is in het belang van het kind’, aldus Inah Ritsema. , laatst geraadpleegd op 18 februari 2016.
38 Kinderlijk vertrouwen is in bijbelse zin duidelijk anders dan ‘slaafse onderwerping’. Het gaat om vertrouwen op basis van een openhartige relatie.
39 Van der Does, p. 227.
Jan Schippers, directeur WI-SGP
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 maart 2016
Zicht | 64 Pagina's