Kerk en actuele vragen
De kerk heeft een eigen verantwoordelijkheid in een wereld waarin rijkdom en armoede naast elkaar bestaan. Moet de kerk zich uitspreken over allerlei actuele kwesties? Is het glibberige terrein van de marktwerking een gebied waarop de kerk uitspraken moet doen? Moeten we onze stem verheffen tegen onrecht en hardheid in het omgaan met al of niet uitgeprocedeerde asielzoekers? En moeten de voortdurende aanvallen op artikel 23 van de Grondwet – het artikel dat de vrijheid van onderwijs garandeert – ons niet in het verweer brengen? Slechts een paar opmerkingen in vragen waarop niet zomaar laatste antwoorden te geven zijn.
Economische hoofdstroom
De Protestantse Kerk in Nederland heeft een voorstel aangenomen dat ingaat op de economische verhoudingen in de wereld en dat stelt dat die verhoudingen in botsing komen met het Evangelie. De aanleiding van dit voorstel was de zogenaamde Accraverklaring van de Wereldbond van de Gereformeerde Kerken (WARC) uit 2004. De ‘neoliberale globalisering’ wordt afgewezen. Liberale en neoliberale uitgangspunten beheersen de handel en de economie in de wereld en vooral de rijke landen willen dat ook zo houden. Het gevolg is dat er voor de arme landen weinig zicht overblijft op verbetering van hun positie en op meer welvaart voor hun inwoners. De armoede blijft. Het is goed dat kerken zich over zulke moeilijke vraagstukken buigen. Er mag ook een getuigenis klinken. Want er is inderdaad veel aan te wijzen in de economische hoofdstroom op onze planeet dat in strijd is met de noodzaak van een rechtvaardige verdeling van goederen en het scheppen van mogelijkheden zich een plaats te verwerven in die hoofdstroom. In de kerken beseffen wij hoe complex deze materie is en dat voorzichtigheid geboden is. Want je moet stellige uitspraken wel hard kunnen maken. Toch heeft de kerk het recht zich uit te spreken over een onderwerp als geloof en economie. Want via de prediking en catechese doen we in de kerk aan vorming van gedachten, gewetens en opvattingen. Belangrijke noties van het Evangelie zoals gerechtigheid, barmhartigheid, rentmeesterschap, zorgend en zorgvuldig beheer van wat God ons in de schepping heeft gegeven, mogen niet ondersneeuwen in de zucht naar al meer rijkdom en winst. Tegen de macht van het geld kan maar weinig op! Tegelijk kunnen we niet zonder geld. Een christen weet zich als het goed is niet afhankelijk van het geld. In bepaalde opzichten kon het nog wel eens te verkiezen zijn met weinig door het leven te gaan dan in overvloed... Maar laten we het ideaal van armoede niet verheerlijken. Degenen die daar recht van spreken over hebben zijn zij die uit de praktijk weten wat armoede is. Over het algemeen is armoede een toestand die bitter maakt, die levensvreugde wegneemt en mensen onder druk zet. En te veel armoede is zonder meer levensbedreigend.
Marktwerking
Ik ben geen econoom. Maar is het zo dwaas om er eens op te wijzen dat economische regels en wetten door mensen gemaakt en in stand gehouden worden? Structuren, door mensen geschapen, kunnen een eigen leven gaan leiden. Dan krijgen structuren de overhand op mensen. En daar is wat de economische hoofdstroom in de wereld betreft, bijna niet tegen te vechten. Want er gaat een geweldige macht van het geld uit. De zuigkracht van het grote geld is nauwelijks te weerstaan. Je ziet het aan de nog altijd absurde topinkomens bij de grote concerns.
Onze overheid verwacht veel van een vrije marktwerking. En daarbij bedoelt men welvaart voor iedereen. Hoe die marktwerking met dit beoogde positieve resultaat tot stand moet komen, is een vraag waarover de deskundigen zich moeten uitspreken. Je moet wat deze zaken betreft van de hoed en de rand weten. Van welk mensbeeld gaat men uit? De liberale visie op de mens is een andere dan die van de sociaal-democraten al komen die visies vanuit christelijk perspectief ook weer dicht bij elkaar. De mens wordt los van God gezien, het schepsel losgemaakt van de Schepper en de schepping losgemaakt van Hem, Die de schepping heeft ontworpen. Daarom is de christelijke visie op de mens een geheel andere. Dat betekent niet dat je dan niet op veel (economische) terreinen kunt samenwerken en samen kunt bouwen aan zo goed mogelijk functionerende bedrijven. Maar je houdt als christen altijd een zekere behoedzaamheid, een bepaalde reserve in het streven naar al meer en al groter. Ik wijs op een sterk werkend beginsel in de werking van een zogenaamd vrije markt. Men zal ervan uitgaan dat men het goede zoekt voor iedereen. Maar wanneer men zichzelf moet bedruipen, als bedrijf, als verzekeraar, als stelsel, als ziekenhuis enz., dan kan het niet anders of het eigenbelang wordt het eerst gezien en bewaakt. Dat is volkomen logisch en zelfs niet te verwerpen. Want belangen zijn er om te beheren. Wij hebben allen een eigenbelang. Maar men moet heel sterk zijn om weerstand te bieden aan krachten die een ander op het gebied waar je zelf actief bent, weg willen drukken en als het kan uit te schakelen of over te nemen of wat ook maar. Daarom is er van concurrentie niet zo veel te verwachten. Dat zal in het begin wel zo zijn, maar daarna niet meer. Wat minister Veerman zei over hoe mensen zullen reageren op de concurrentiegedachte in het nieuwe zorgstelsel, is volkomen logisch en voor de hand liggend. Het toont de onzekerheid en de kramp van de politiek in Den Haag aan dat men er zo spastisch op reageert. Natuurlijk waren de uitspraken van minister Veerman niet politiek correct, maar wat dan nog? Er is ook nog gezond verstand. Hiermee lever ik geen kritiek op het nieuwe zorgstelsel als zodanig. Dat heeft stellig zijn goede kanten. Maar je kunt er alleen maar heel benieuwd naar zijn hoe de evaluatie over tien of vijftien jaar er uit zal zien. In de vrije, onbeteugelde marktwerking zullen alleen de sterkeren aan het langste einde trekken. Hoe meer de overheid uit handen geeft, hoe meer we het zullen betreuren. En ik hoop vurig dat ik het mis heb.
Daarom heeft de kerk in haar spreken over deze ingewikkelde zaken voorzichtigheid en wijsheid in acht te nemen. Maar ze komt steeds op voor hen, die tot de niet-sterken gerekend moeten worden. Wij mogen als kerken politiek niet-correct spreken. Dat is een vage aanduiding maar het komt er in grote lijnen op neer dat we niet klakkeloos achter het overheidsbeleid en achter het doen en laten van de grote machten in de wereld gaan staan. We respecteren de overheid om haar ambt. De overheid heeft van de kerken niet veel te vrezen. Want als de kerken met kritische uitspraken komen, bedoelen ze altijd het positieve. Als kerken moeten we wel voortdurend onze stem verheffen tegen de geweldige macht en concentraties van het grote geld waardoor mensen verpletterd worden. Tegelijk beseffen we dat ook wij vanuit de kerken niet zo maar oplossingen hebben voor de immense problematiek van rijkdom en armoede in de wereld. Maar als wij er niet voor oppassen en we blijven de armen arm houden en we weigeren hen ruimte te bieden op de wereldmarkt, komt er een keer een explosie. Zoals er eerste explosies kwamen in de arme buitenwijken van grote Franse steden.
Wijsheid van het Woord
Als kerk hebben we een eigen stem in de analyse van hoe de mens in elkaar zit. Wij wijzen, op grond van Gods Woord, terecht op de zondige natuur van de mens. Dat doen we niet om allerlei initiatieven tegen te houden, maar we doen het om met elkaar een gezond wantrouwen tegen veel te hoge en grote verwachtingen levend te houden. Het hoeft niet allemaal nog groter, nog beter, nog mooier. Dat eindigt altijd in vormen van dictatuur met uitsluiting van miljoenen mensen. Dat zal in de eenentwintigste eeuw niet anders zijn dan in vorige tijden. En verder is het raadzaam om terughoudend te zijn met het doen van kerkelijke uitspraken op terreinen, die niet direct tot de eigen taken van de kerken gerekend moeten worden. Wij zijn als kerk geen economisch instituut. Ook niet een politiek orgaan. Geen partijpolitiek op de kansel, maar daar zijn we het wel over eens. Dat betekent overigens niet dat we geen politieke onderwerpen aan de orde mogen stellen. De Schrift doet het zelf. Maar in concrete toepassingen zullen we voorzichtig zijn. We hebben in de kerken ook niet de wijsheid in pacht. We hebben wel het Woord. En in dat Woord is wijsheid. Wijsheid voor de gehele wereld, voor alle volken, voor elke overheid. Wie die wijsheid terzijde schuift, moet daarvoor een prijs betalen. Hoe dan ook. Er is dus alle ruimte en reden voor een christelijke politiek al zal daar ook gevarieerdheid in zijn. Want de Bijbel is geen politiek handboek.
J. Jonkman
(ds. J. Jonkman is predikant te Drachten.)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 december 2005
De Wekker | 16 Pagina's