INSTITUERING HENDRIK IDO AMBACHT.
Het was een bijzondere dienst waarin ds. Aangeenbrug voorging in H.I. Ambacht op donderdagavond 2 mei j.1. Op deze avond vond de instituering plaats van H.I. Ambacht tot zelfstandige gemeente.
Ouderling Visser opende deze dienst door te laten zingen Psahn 87 : 1 en las voor 2 Tim. 2:1—19, waarna ds. Aangeenbrug voorging in gebed.
Ds. Aangeenbrug bepaalde zijn gehoor bij 2 Tim. 2:19: Evenwel het vaste fundament Gods staat, hebbende dit zegel: e Heere kent degenen die de Zijnen zijn, en een iegelijk die de Naam van Christus noemt, sta af van ongerechtigheid".
Zijne Eerwaarde stond achtereenvolgens stil bij een drietal hoofdgedachten, die in de predikatie nader werden verklaard en waarin de zuivere grondslagen der leer werden uiteengezet.
Het vaste fundament wat van eeuwigheid vast staat en waarop het Godsgebouw in de tijd zekerlijk zal worden opgetrokken. Dit gebouw is al grotendeels voltooid, er zijn aUeen nog wat onafgebouwde plaatsen, waar nog stenen zullen worden ingevoegd die in de tijd pasklaar gemaakt zullen worden door de bearbeiding van Gods Geest; deze levende stenen zijn van eeuwigheid reeds uitverkoren om tot dat gebouw te worden toegebracht.
Vervolgens stond ds. Aangeenbrug stil bij: „de Heere kent degenen die de Zijnen zijn; daarin Ugt de troost van Gods volk en de zekerheid dat ondanks de ontrouw van Zijn volk de Heere getrouw tihjft en Hij het werk Zijner handen zekerhjk voleinden zd. Tenslotte wordt erop gewezen dat de apostel vermaant af te staan van ongerechtigheid" een iegehjk die de Naam van Christus noemt. Deze aanwijzing in de behandelde tekst spreekt duidelijk voor zichzelf en een iegelijk hebbe daarin zichzelf te onderzoeken.
Na de toepassing gaat ds. Aangeenbrug over tot het bevestigen van de ouderling en de diakenen. Hij spreekt de bevestigden toe en zegt te hopen dat ze nog dienstbaar mogen zijn tot uitbreiding van Gods Kerk in de donkerheid der tijden waarin wij leven en dat ze daarvan ook voor hun eigen ziel de vruchten zouden mogen wegdragen. Hij schetst de verantwoordehjkheid die de raad der kerk op zich gelegd krijgt nu de gemeente zelfstandig is geworden en wenst ze ook daarin Gods onmisbaren Zegen toe. Dan wordt de gemeente toegesproken en vermaand in Uefde en eensgezindheid met elkaar op te trekken en de ambtsdragers te dragen en te verdragen in hun gebreken. Nadat de kerkeraad staande is toegezongen Ps. 133 : 3 besluit ds. Aangeenbrug deze bijzondere dienst met dankgebed.
Na het uitspreken van de zegen spreekt ouderling Visser ds. Aangeenbrug toe en bedankt hem dat hij m deze dienst heeft wallen voorgaan; bedankt tevens de kerkeraad van Alblasserdam die voltallig aanwezig was, voor de steun en bijstand in de achter Uggende 15 jaren en spreekt tenslotte de gemeente toe, wekt op tot eendrachtiglijk optrekken en onderHnge Uefde, en wijst nadrukkelijk op hetgeen nodig is voor ieder mens op weg en reis naar een allesbeslissende eeuwigheid. Tenslotte wordt nog gezongen Ps. 122:3 waarna de gemeente de plaats van samenkomst verlaat.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 7 juni 1968
De Wachter Sions | 4 Pagina's