Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEVOELSMENS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEVOELSMENS

Hervormd-gereformeerde theologen [3, ds. J.T. Doornenbal]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is dit jaar veertig jaar geleden dat ds. Doornenbal over het lijden heen gedragen is door Gods engelen. Na een slopend ziek-zijn mocht hij eindelijk als moede pelgrim Thuiskomen om God te loven. Hij was een geliefd en onvergetelijk dienaar van het Woord.

Ds. P. Koeman uit Barneveld is emeritus predikant. In 1975 volgde hij ds. J.T. Doornenbal op als predikant in Oene.

De predikant werd op 29 september 1909 geboren op de oude en mooie boerderij ‘Kerke(n)goed’ aan de Molenweg te Doorn als eerste in het gezin van vader H. Doornenbal en moeder T. de Greef. Hij kreeg de familienamen Jacobus Teunis en bleek een bijzonder mensenkind te zijn. Bijzonder in de diepe zin van het woord zou hij levenslang blijven.

DE ARMEN

Al vroeg kwam deze knaap in aanraking met godvrezende mensen en met het gezelschapsleven in de streek waar hij woonde en kerkte. Dat heeft een stempel op zijn leven en op zijn latere pastorale activiteiten gezet. Hij bleek zowel op de lagere als de middelbare school een heel goede leerling te zijn. Daarna in Utrecht was hij een begaafde student. Wilde hij aanvankelijk geen theologie studeren en had hij vooral literatuur en taalwetenschap in zijn hart, het is er toch van gekomen. Dit kwam mede door zijn moeder, met wie hij zich geestelijk zeer verbonden wist. Tijdens zijn studie heeft hij bewust gekozen om dienaar van het Evangelie te zijn en dat conform de belijdenis van de kerk der eeuwen. Hoewel hij in de gemeenten nooit een partijman is geweest, mag je hem toch wel typeren als ‘een partijganger van de armen’, zowel letterlijk als geestelijk. Juist hen droeg hij een warm hart toe en hij was hen zijn leven lang van dienst. Niet voor niets was de tekst voor de eerste preek Jesaja 42:3a.

BEROEPEN

Hij stelde zich aanvankelijk niet beroepbaar, omdat hij graag nog verder wilde studeren. Toch kreeg hij beroepen en koos hij voor de gemeente te Woubrugge. ‘Ik wilde graag op de kansel van Alexander Comrie staan’, liet hij zich later ontvallen.

Daarna (in 1939) kwam de roeping naar Kesteren, waar hij als pastor de moeilijke oorlogsperiode meemaakte en de gemeente ook in de verstrooiing trouw bijstond.

In 1946 leidde de weg naar Oene. Oene heeft voor hem een bijzondere betekenis gehad en hij voor Oene. De predikant heeft daar met grote inzet tot 1973 zijn dienst verricht en bleef er na zijn emeritaat wonen. Daar is hij op 16 april 1975 afgereisd naar het land van Immanuel. Zijn werk is in en voor de kerk niet ongezegend gebleven.


Jacobus Teunis Doornenbal werd op 29 september 1909 in Doorn geboren. Hij studeerde theologie in Utrecht en was achtereenvolgens predikant in Woubrugge (1936), Kesteren (1939) en Oene (1946-1973). Hij is nooit getrouwd. De predikant overleed veertig jaar geleden, op 16 april 1975.


BETEKENIS

Om zijn betekenis als dienaar van het Evangelie en pastor toe te lichten – en dat kan niet uitputtend zijn gezien zijn persoonlijkheid, veelzijdigheid en tegenstrijdigheid – wil ik het volgende opmerken.

Allereerst was ds. Doornenbal een man die de HEERE van jongs af vreesde. Daar liep hij niet mee te koop, integendeel. Tot zijn laatste snik was er de verwondering dat God ook hem van eeuwigheid heeft liefgehad.

Ondanks alle persoonlijke strijd mocht hij belijden dat God hem geroepen had tot Zijn dienst en hem daartoe in staat stelde. In afhankelijkheid en aanhankelijkheid heeft hij deze dienst met veel inzet verricht. Steeds werd hij ondanks zijn eigen aarzelen en moeiten er doorheen gedragen. ‘Alles uit genade is, ook voor mij verdiend en mogelijk gemaakt door Christus.’

Hij hield daarbij ook anderen in alle bescheidenheid voor dat je ‘voor de dienst van de verzoening apart gezet moest worden en van God geleerd’. Daardoor alleen kon je tot eer van je Meester en tot geestelijk welzijn van Zijn gemeenten bezig zijn.

VERKONDIGING

Vervolgens is er zijn betekenis als verkondiger van het Evangelie. Sommigen hebben wel gesteld dat hij meer op de beleving dan op de formulering van het Woord en de leer gericht was. De exegese zou eronder geleden hebben. Ik zou dat laatste niet durven stellen. Wie de preken die nog bewaard zijn, zorgvuldig leest of hoort, onderkent dat ds. Doornenbal wel terdege de tekst en de context bestudeerd heeft. Als er één echter wist van ‘stukwerk’ in de verkondiging dan onze ontslapen broeder. Vanuit eigen beleving kon hij in de prediking dicht bij de harten van zijn hoorders komen. Hij tekende levensecht hun geestelijk gangen en beleving inzake het heil des Heeren. Zij voelden zich in hun geloofsworsteling door hem begrepen.

Met de gemeenten werd hij zelf steeds teruggeworpen op het Woord van de belovende God en het Middelaarswerk van Jezus Christus. Wanneer hij in de verkondiging door de Geest werd uitgetild boven alles en Christus in al Zijn heerlijkheid mocht aanwijzen en aanprijzen, zat er ‘geen dak meer op de kerk’.

Juist wie arm en verlegen was gemaakt om God en om Zijn genade te ontvangen, kon onze collega op de hem eigen wijze van Hogerhand troosten en bemoedigen. Je werd meegenomen naar de volheid van genade en waarheid in de Heere Jezus.

NATUURMENS

Ds. Doornenbal was een gevoelsmens én een natuurmens op een heel eigen en doorleefde wijze. Hij was literair begaafd en wist taferelen te schilderen, zodat je het meebeleefde. Hij bleek diep onder de indruk van Gods scheppende kracht en Zijn wijsheid te zijn gekomen. Hij wilde ondanks alle gebrokenheid, bij het horen zuchten van de schepselen – en hij was er één van – toch aandacht blijven vragen voor het kunstwerk van de Schepper.

Hij geloofde stellig dat dwars door alle oordelen heen de schepping wordt bewaard en gaaf in alle glorie tevoorschijn zal komen in de Toekomst.

PASTORAAT

In het pastoraat bleek evenzeer zijn begaafdheid. Hij had een scherpe opmerkingsgave gekregen en kon uitstekend luisteren. Distantie en nabijheid gingen bij hem hand in hand. Tevens had hij een diep psychologisch inzicht. Ondanks dat hij goed wist te analyseren en scherp en treffend kon corrigeren, bleef en bleek zijn bewogenheid met zijn naasten. Hij zocht voor klein en groot werkelijk het beste. Hij hielp en stimuleerde om ook jongeren te laten studeren en schatte hun mogelijkheden voor allerlei werkzaamheden goed in. Wat was hij blij wanneer klein en groot hun hart verloren aan de Heiland en Zijn dienst.

Bij alle verscheidenheid en veelkleurigheid die de gemeenten die hij mocht dienen, kenmerkten, wilde hij de eenheid bewaren en de gemeente opbouwen. Hij was huiverig voor polarisatie en gemeenteafbraak en wars van afscheiding. Daarbij was hij op zijn eigen manier toch ook oecumenisch ingesteld, zij het met de nodige afbakeningen.

LITERATUUR

Deze dienaar was een man die van cultuur en literatuur hield. Hij had contacten met, begrip voor en kennis van auteurs, denkers, dichters en kunstenaars uit alle tijden en kringen. Voorbeelden van mannen en vrouwen uit de geschiedenis en samenleving, soms uit ongedachte hoeken, stimuleerden hem.

Hij adviseerde collega’s en studenten om zich breed te oriënteren. Voor ds. Doornenbal was veelzeggend dat straks in het nieuwe Jeruzalem ook de eer en de heerlijkheid van de volken zal worden ingebracht (Openb.21). Daar keek hij met heimwee naar uit.

DIENST

Er valt van deze begaafde en eenzaam gebleven broeder, over wiens leven een mystieke gloed en schaduw ligt, nog veel meer te verhalen. Duidelijk is in ieder geval dat hij met tranen heeft mogen dienen voor de oogst. Zijn dienst zit er niet op, maar gaat volmaakt en van zorg ontslagen door. Want de beloofde werkelijkheid is en wordt: ‘en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen en zullen Zijn aangezicht zien en Zijn Naam zal op hun voorhoofd zijn’ (Openb.22:3c,4).

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 november 2015

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

GEVOELSMENS

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 november 2015

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's