Gezegend mens in de stad
DS. C.A. KOREVAAR 65 JAAR PREDIKANT
Vijf januari jl. was een gedenkwaardige dag voor ds. C.A. Korevaar. Die dag was het 65 jaar geleden dat hij werd bevestigd als (hervormd) predikant in Puttershoek. Op 1 juli 1945 werd hij verbonden aan de gemeente van Gouda, om vervolgens op 15 mei 1949 intrede te doen in Rotterdam. Hij heeft deze stad ondanks beroepen uit andere gemeenten – nooit meer verlaten. Nadat hij op 1 mei 1981 met emeritaat is gegaan, is hij – samen met zijn vrouw – in Rotterdam blijven wonen. Zij wonen nu in een serviceflat in Hillegersberg. Het is u een unicum als een predikant het vijfenzestigjarig predikantsschap viert. Ds. Korevaar is zich dat zeer bewust. Voor zijn beleving is het een dubbele genade dat hij op negenentachtig jarige leeftijd – ondanks de beperkingen die zich voordoen - een redelijke gezondheid bezit en helder van geest is. Mevrouw Korevaar is bij het gesprek aanwezig, zij vult haar man aan waar zij dat nodig vindt en stimuleert hem op bepaalde momenten om door te gaan.
Hemelvaartsmeditatie
Het gesprek begint met een jeugdherinnering van mij. Ik was ongeveer zeventien jaar en lid van de jeugdvereniging in Papendrecht. Ieder jaar met Hemelvaartsdag gingen we naar de ‘Bondsdag’ van de HGJB, die werd gehouden in de Doelen. De dag begon altijd met een ‘hemelvaartsmeditatie’. Dat jaar sprak ds. Korevaar. Achter de katheder verscheen een wat kleine, slanke man. Op en top een heer. Of je wilde of niet, maar je werd geboeid door de wat hoge stem, die schilderde met woorden. ‘En Zijn handen opheffende, zegende Hij hen’, Lukas 24:50. Dan maakt hij het zegenend gebaar en geeft als uitleg: ‘Eerst vielen alleen de discipelen onder die zegenende handen. Maar Hij hoe meer Jezus Zich van de aarde verwijderde, des te groter de oppervlakte die werd bestreken door die zegenende handen.Ten slotte viel de gehele aarde er onder’. Wat hij precies zei, weet ik niet meer, maar de strekking was dat wij sinds Hemelvaart ‘gezegende mensen’ zijn. Dat raakte me zo diep dat ik het nooit meer vergeten ben. Ik denk dat ik mij toen voor het eerst een gezegend mens heb gevoeld. Daarna heb ik ds. Korevaar nog regelmatig horen preken. Zijn preken waren altijd bestudeerd, boeiend, blijmoedig en sprankelend. Nu preekt hij niet meer, maar hij heeft afgelopen dagen tijdens een kerstwijding voor de bewoners van de serviceflat wel een korte meditatie mogen houden. ‘Waarover?’ vraag ik. ‘Alzo lief heeft God de wereld gehad’, Johannes 3:16. ‘Dat is de kern van het Kerstevangelie. Ik heb er in al die jaren wel tien keer over gepreekt. Maar ik heb toch geprobeerd het opnieuw te verwoorden. Er wonen in onze serviceflat mensen met allerlei geestelijke achtergronden. Hoe bereik ik hen met het evangelie? Dat is mijn zorg’.
Afbrokkeling
Nu het onderwerp preken ter sprake komt, vraag ik: ‘U hebt de afbrokkeling van de gemeente in het oude Noorden aan het lijf ondervonden. Hoe komt het dat u altijd zo blijmoedig bent blijven preken?’ Het is een poosje stil. Dan antwoordt hij: ‘De dragende grond onder mijn werk is Gods trouw. Ik heb de gemeente wat betreft omvang zien slinken, ik heb de sluiting van twee kerken meegemaakt, ik heb predikantsplaatsen zien opheffen. Maar de gemeente is gebleven! Er bleef ‘een rest’ over. Daaruit blijkt dat Here ons niet in de steek heeft gelaten! Dankzij Zijn trouw is er ook nú een gemeente, die verjongt en een bescheiden groei vertoont. Daarnaast heeft de trouw van hen die wél bleven, mij diep ontroerd. Als zij bleven, mocht ik hen dan in de steek laten? Daarom heb ik nooit een beroep kúnnen aannemen’. Het gesprek krijgt een vertrouwelijk karakter wanneer ik vraag: ‘U bent dankzij Gods trouw en de trouw van de mensen blijmoedig gebleven. Bent u nooit innerlijk verdrietig geweest over wat u meemaakte? ’ Hij geeft als antwoord: ‘Toen in 1972 de Koninginnekerk werd gesloten, heb ik, wat de mensen noemden, ‘een felle preek’ gehouden over Psalm 74:9a. Toen de Noorderkerk werd gesloten en de kanselbijbel eruit werd gedragen, heb ik gehuild’. De sfeer is zo vertrouwelijk dat ik voorzichtig durf in te gaan op wat ik in zijn ogen meen te lezen.
‘Klopt het dat u zich, toen u huilde in de Noorderkerk, dichterbij de Here wist dan bij die felle preek die u hield?’ Er valt een stilte en dan met een glimlach: ‘Ja zo is. Wonderlijk, dat je je in je verdriet zo dicht bij de Here kunt weten. Tranen van droefheid zijn dan vermengd met tranen van vreugde en dankbaarheid. Omdat de Here zo goed en zo trouw is’.
Prachtige schelp
Ik kom terug op zijn sprankelende manier van preken en vraag: ‘Wat is preken volgens u?’ Hij antwoordt met een beeld: ‘Als prediker ben je een jongetje dat langs het strand lopend een prachtige schelp vindt. Je laat die aan je ouders zien: ‘Kijk eens wat een prachtige schelp!’ Bij de voorbereiding van de preek ontdekte ik prachtige dingen over Gods genade voor zondaren, over Zijn trouw aan de gemeente, over Zijn zorg voor de schepping. En op zondag mocht ik ‘die prachtige schelp’ aan de gemeente tonen en haar uitnodigen deze genadige God lief te hebben.
Dit beeld verrast mij. Vooral omdat het zo ontspannen is. Wanneer ik naar huis fiets, begrijp ik beter hoe je – ondanks alles – blijmoedig kunt blijven preken. Dat heeft primair met Gods trouw te maken, maar óók met zekere ontspannenheid. Het gesprek zet me aan het denken: ‘Wanneer je ouders bij het zien van die mooie schelp hun hoofd omdraaien, hoe houd je het dán vol om mooie schelpen te blijven zoeken?’ Maar nú moet ik oppassen en op de weg letten, want het sneeuwt en het is glibberig.
Bijgaand vraaggesprek had ds. De Graaff met de jubilerende ds. Korevaar voor de Nieuwe Rotterdamse Kerkbode en plaatsen we ook in de Waarheidsvriend.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 2006
De Waarheidsvriend | 14 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 2006
De Waarheidsvriend | 14 Pagina's