Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Voor proponenten en predikanten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor proponenten en predikanten

Over de binding aan de belijdenis

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

OVER DE BINDING AAN DE BELIJDENIS

De wijze waarop de kerk zich aan haar eigen belijdenis wil binden, komt onder meer tot uitdrukking in de zogenoemde proponentsbelofte of - formule, datgene wat de aanstaande predikanten dienen te ondertekenen, wanneer zij vragen om toegelaten te worden tot de evangeliebediening. Een proponent is hij die bevoegd is om te staan naar het ambt van predikant (art. XV, lid 5 van de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland). Anders gezegd, hij is beroepbaar. Juist nu de Hervormde Kerk zich voortgezet heeft in het bredere verband van de Protestantse Kerk, dient de vraag zich aan waaraan proponenten in de toekomst gebonden zijn. En: wat betekent de kerkorde van de Protestantse Kerk voor hen die voor 1 mei de proponentsbelofte hebben afgelegd. Wij proberen hierover enige opmerkingen te maken en doen dat ook in historisch perspectief.

Negentiende eeuw

Met name in de negentiende eeuw is er veel strijd over de proponentsformule gevoerd. Volgens art. 27 van het Reglement op het examen ter toelating tot de Evangeliebediening in de Nederlandse Hervormde Kerk, zoals dit in 1854 was vastgesteld, moest men verklaren 'Gods heilig Woord, in de schriften des O. en N. Verbonds vervat', van ganser aan te nemen en daarin oprecht te geloven. Tevens moest de kandidaat verklaren dat 'hij des zins en willens was den geest en de hoofdzaak der leer, welke in de aangenomen Formulieren van eenigheid begrepen is getrouwelijk te handhaven, en mitsdien den gantschen raad Gods, inzonderheid zijne genade in Jezus Christus als den éénigen grond der zaligheid, ernstig en van harte, naar de gaven hem geschonken, aan de gemeente zal verkondigen'.

Onder druk van de moderne richting werd in 1883 een veel minder belijdende formule ingevoerd: 'Wij, tot de Evangeliebediening in de Nederlandsche Hervormde Kerk toegelaten, beloven dat wij daarin overeenkomstig onze roeping met ijver en trouw zullen werkzaam zijn, en de belangen van het Godsrijk en in overeenstemming hiermede, die van de Nederlandsche Hervormde Kerk, met opvolging harer verordeningen, naar vermogen zullen behartigen'.

Toen de orthodoxen hierop in 1884 ter synode wilden terugkomen, schreven de Leidse kerkelijke hoogleraren dat wanneer de aanstaande predikanten aan de formulieren van enigheid gebonden zouden zijn, heel de academische opleiding geen zin had. Ter synode betoogde E. César Segers dat de Hervormde Kerk in de formule van 1883 zeer ver was gegaan in het loslaten van de confessionele gebondenheid, dat de uiterste grens was bereikt en dat verder gaan het gereformeerd, het protestants, het christelijk karakter van de kerk verloochend zou worden.

De moderne formule bleef gehandhaafd, al deed de synode in 1888 aan de orthodoxen een concessie, door aan de proponentsformule toe te voegen dat men moest beloven 'werkzaam te zullen zijn om, overeenkomstig de beginselen en het karakter van de Hervormde Kerk hier te lande, het Evangelie van Jezus Christus te verkondigen'.

De voormannen van de Gereformeerde Bond hebben als proponent ooit ja moeten zeggen op deze proponentsformule, waaruit de belijdenis geheel was verwijderd. Dr. W. Verboom schrijft in zijn brochure Om het verbond: 'We moeten de gewetensstrijd die men hiermee had niet onderschatten. Waarom gingen ze dan niet weg? Hun diepste drijfveer was: omdat zij dat niet dutfden. Ze waren bang dat ze een eigen weg zouden gaan, die dood zou lopen'. Zij waren bang dat ze zondigden tegen de trouw van God en tegen de leiding van God, omdat de Heere hen in die kerk had geplaatst. 'Zij durfden de volgorde van Gods handelen en menselijk handelen niet om te keren. Zij bleven waar ze waren vanwege het verbond van God. Zij zeiden: als God deze kerk niet heeft verlaten, als het Woord wordt verkondigd, waardoor het geloof gewerkt wordt, dan mogen we niet weg gaan'.

Hervormde kerkorde 1951

In de hervormde kerkorde van 1951 lezen we dat de kandidaat voor een provinciale commissie colloquium moet doen. Dat is 'een gesprek over het ambt van de dienaar van het Woord in het geheel van het leven en werken der kerk'. Na dit gesprek dient - nadat art. X van de kerkorde is voorgelezen - de proponentsbelofte afgelegd te worden, die het volgende inhoudt:

a. Christus Jezus te verkondigen, naar het Heilig Evangelie, daarmee blijvende in de weg van het belijden der kerk;

b. bereid te zijn ijverig en getrouw in de Nederlandse Hervormde Kerk te arbeiden, als openbaring van de éne heilige algemene christelijke kerk; c. zich te onderwerpen aan haar regels, door de kerk gesteld voor haar leven en werken.

Hiermee wil aangetoond zijn dat, anders dan de ouderling of de diaken, de predikant dienaar van de kerk is. Zijn positie in een plaatselijke gemeente is dan ook een aparte. Ook wordt van de proponent een simonieverklaring gevraagd, waarin de kandidaat verklaart dat hij nooit gebruik heeft gemaakt óf zal maken van giften of van enige overeenkomst om het ambt te verkrijgen.

Protestantse kerkorde 2004

Waar de proponent belooft zich te houden aan het belijden van de kerk, treedt er een nieuwe situatie op, waar de Hervormde Kerk zich voortzet in de Protestantse Kerk in Nederland. Het is bekend dat de confessionele grondslag hierbij verbreed is met de Augsburgse Confessie en de Catechismus van Luther. Waar hervormde gemeenten zich weten te staan op het gehele belijden van de kerk en dat niet zonder meer voor hun rekening kunnen nemen, geldt dit echter op gelijke wijze voor hervormde proponenten.

Daarom is in de kerkorde van de Protestantse Kerk de bepaling opgenomen dat 'de hervormde gemeenten en de gereformeerde kerken zich in het bijzonder verbonden weten met de belijdenisgeschriften van de gereformeerde traditie'. Deze bepaling houdt in dat waar het lutherse belijden met het gereformeerde conflicteert - zoals in de visie op de sacramenten - wij slechts gebonden zijn aan het gereformeerde. In de door de synode in mei 2003 uitgegeven Verklaring Verbonden met het gereformeerd belijden vinden we de officiële uideg van deze bijzondere verbondenheid, namelijk het recht om in de kerk te leven vanuit een strikte binding aan de gereformeerde belijdenisgeschriften en om vanuit deze visie de kerk aan te spreken op haar belijden.

Tijdens het colloquium (ord. 13-19) kunnen hervormde proponenten deze bijzondere verbondenheid met het ge-

Tijdens de jaarlijkse studieweek vanwege het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond werd in 2003 gevraagd naar de proponentsbelofte, zoals die na 1 mei 2004 zou functioneren. Het hoofdbestuur zegde toe hieraan aandacht te geven. Nu wij volgende week op Hydepark opnieuw met de studenten bijeen hopen te komen, is een notitie opgesteld, die voor hen beschikbaar is. Vanwege het belang van dit onderwerp schrijveïi wij er op deze plaats ook over, waarbij we tegelijk aandacht vragen voor de situatie van hervormde predikanten die voor 1 mei 2004 deze belofte deden.

reformeerde belijden uitdrukkelijk uitspreken. Dit is vastgelegd in ord. 13- 19-4:

Aanvaardt u de roeping tot de openbare prediking van het evangelie, de bediening van de sacramenten en de herderlijke zorg en bent u bereid in al het ambtelijke werk te getuigen van het heil in Jezus Christus? Belooft u daarbij te blijven in de iveg van het belijden van de kerk in gemeenschap met de belijdenis van het voorgeslacht, daarbij in het bijzonder verbonden met de belijdenisgeschriften van de gereformeerde traditie? Belooft u zich te houden aan de regels, gesteld in de orde der kerk?

In gemeenschap

Op dezelfde wijze als in de situatie na 1951 zal de proponentsformule functioneren. De kerk vraagt van al haar ambtsdragers en leden dat zij belijden 'in gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift als enige bron en norm van de kerkelijke verkondiging en dienst' (art. I-3), Daaraan willen we de kerk blijven herinneren. Helaas vraagt de kerk van haar toekomstige dienaren van het Woord niet dat zij behalve in gehoorzaamheid aan de Heilige Schrift zullen arbeiden in overeenstemming met de gereformeerde belijdenis. Bewust kiest de kerk voor het woord gemeenschap, dat, zo blijkt ook in de kerkelijke praktijk, veel meer ruimte biedt.

Waar de Protestantse Kerk haar relatie tot de belijdenisgeschriften ruimer formuleert dan gereformeerde belijders - vanwege hun verstaan van de Schriften en hun verbondenheid met de gereformeerde religie - begeren, ontzegt de kerk hun evenwel het recht niet om zelf binnen die kerk te leven vanuit een strikte binding aan de gereformeerde belijdenisgeschriften én om vanuit deze visie de kerk aan te spreken op haar belijden. Daarom is het proponenten in de toekomst - meer dan in de jaren voor 1951 - op basis van wat zij beloven mogelijk voluit gereformeerd te belijden, te preken, te arbeiden.

Wij wijzen er hierbij ook nog op dat deze bijzondere verbondenheid aan de belijdenisgeschriften uit de gereformeerde traditie geen beperking met zich meebrengt ten aanzien van de beroepbaarheid. 'Elke proponent of predikant van de Protestantse Kerk in Nederland is in elke gemeente van de kerk beroepbaar'.

Predikanten

Wat geldt er voor predikanten die voor 1 mei hun belofte aflegden, op basis van de hervormde kerkorde? Wel, art 285 van de bijzondere overgangsbepalingen bij de kerkorde zegt dat 'degene die voor 1 mei 2004 de proponentsbelofte als bedoeld in ord. 7-18-3 HKO heeft afgelegd of het ondertekeningsformulier als bedoeld in art. 26-2 GKO heeft ondertekend, kan uitspreken zich bij het blijven in de weg van het belijden van de kerk in het bijzonder verbonden te weten met de belijdenisgeschriften van de gereformeerde traditie'.

Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond vindt het van belang dit alle predikanten onder de aandacht te brengen. Waar gemeenten zich nadrukkelijk bonden aan de belijdenisgeschriften uit de gereformeerde traditie, is het ook voor predikanten zaak om binnen het geheel van de kerk duidelijk te maken op welke wijze zij haar willen blijven dienen. Hiernaast vindt u daarom een door ds. H. van Ginkel opgesteld voorbeeld afgedrukt van een brief die dit naar de synode aangeeft. Die gerichtheid op geheel de kerk doet niets af aan de grondslag waarop wij blijven staan, en waarvan wij, in gebondenheid met ons voorgeslacht, ons niet laten weghalen. Is het nodig dit zo nadrukkelijk te benoemen? Wij menen van wel, omdat in onze belijdenis de kernpunten van de gereformeerde religie zijn verwoord, datgene wat onze vaderen op kruispunten in de kerkgeschiedenis hebben beleden, soms het leven latende vanwege dit getuigenis.

Wij willen aangeven dat we willen leven uit wat hier door de kerk beleden wordt, dat ons geloof gevoed wordt door de verbondenheid met de Drieenige God, die in deze belijdenis verheerlijkt wordt. Het gaat ons blijvend om het geestelijke leven dat hier doorklinkt.

We hopen van harte dat mede door de dienst van de dienaren van het Woord onze kerk steeds opnieuw leert hieruit te leven en te blijven leven. Namens het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond,

Ds. G. D. Kamphuis p. J. Vergunst, algemeen secretaris

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 augustus 2004

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Voor proponenten en predikanten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 augustus 2004

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's