Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wat betekent Huldrych Zwingli voor ons kerkelijk en maatschappelijk leven?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wat betekent Huldrych Zwingli voor ons kerkelijk en maatschappelijk leven?

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie over Zwingli up to date geïnformeerd wil zijn, doet er goed aan om twee boeken van G. W. Locher te raadplegen. Zijn Die Zwinglische Reformation im Rahmen der europäischen Kirchengeschichte en/of Zwingli's Thought. Locher was ten opzichte van Zwingli even erudiet als W. J. Kooiman wat betreft Luther.

Zwingli als reformator van de theologische opleiding
Terwijl de meeste mensen in Nederland minder van Zwingli dan van Luther en Calvijn weten, moet toch gezegd worden dat Zwingli als reformator op de Nederlanden een heel speciale invloed heeft uitgeoefend.
Hij is de man van de theologische opleiding, die veel eerder dan Calvijn in Genève, in Zürich een Profetie (Prophezei) heeft opgericht. Alle theologen in en om de stad werden in 1525 uitgenodigd om op vrijdagmorgen 's winters acht uur en 's zomers zeven uur in het koor van de Grossmünster, de centrale kerk van Zürich, bijeen te komen. Later kwam er een middagbijeenkomst in een andere kerk bij, waar vooral het Nieuwe Testament werd behandeld. Op de morgens werd volgens ooggetuigen en medewerkers het hele Oude Testament doorgenomen, gecommentarieerd en vertaald.
Dit voorbeeld waaide over naar Zuid-Duitsland, Ostfriesland, de Nederlanden en Engeland. En net als in Zürich hield ook in de Nederlanden en in Ostfriesland de Prophezei een theologische opleiding in en een vertaling van de bijbeltekst. Zodoende ontstond, niet tot ieders genoegen overigens, in 1556 een Nederlandse vertaling van de zogenaamde Zürcher Bibel. En ook een hele reeks commentaren van Bijbelboeken, waarvan bij mijn weten helaas geen spoor meer te vinden is.

Prophezei als conventikel
Naast het opleidingsinstituut betekende Prophezei voor Zwingli nog meer. In Ostfriesland vinden we in de omgeving van Leer in de zestiende eeuw de Prophezei in de zin van een conventikel. Gods volk kwam samen in dit conventikel en besprak de heilgeheimen van God vanuit Zijn Woord. Vandaar de eendere benaming voor theologische opleiding en conventikel. Het is kennelijk de bedoeling van Zwingli en de zijnen geweest, dat het profetische Woord naar zijn betekenis in Hebreeuws en Grieks onderzocht werd door de theologen en aankomende theologen, en door Gods volk werd besproken overeenkomstig de strekking en toepassing van Gods Geest. De eenheid van deze twee zaken maakt duidelijk dat er van verschil tussen voorgangers en hoorders geen sprake was, en dat de top en het grondvlak van de kerk door Zwingli in overeenstemming met elkaar werden gezien. Dit heeft doorgewerkt in de Nederlanden, zoals gezegd in de vorm van conventikels èn door het stichten van theologische opleidingen naast de bestaande universiteiten en hogescholen.

Gods Woord
Achterliggende gedachte is dat Gods Woord voor zichzelf spreekt. Het Schriftprincipe is voor Zwingli tegelijk Geestesprincipe en Christusprincipe. Zelf zegt hij er in 1527 van: De heb de kracht en de inhoud van het Evangelie geleerd door het lezen van Johannes en van de verhandelingen van Augustinus zo goed als uit zorgvuldig onderzoek van de Brieven van Paulus in de Griekse tekst, die ik met eigen hand heb overgeschreven. Dit en ook de uitgegeven preek uit 1522, die als titel draagt: Over de helderheid en zekerheid of onbedrieglijkheid van Gods Woord, laat zien wat de Bijbel voor Zwingli betekende. Hij begint zijn preek en zegt: Het Woord van God is zo zeker en sterk, dat alles terstond zo gebeurt zoals God het wil, wanneer Hij Zijn Woord spreekt. Zwingli was een determinist. Alles ligt vast bij en in God. Niet alleen de voorbeschikking bevat de namen van wie van eeuwigheid verkoren zijn om zalig te worden, maar ook de voorzienigheid bevat alles reeds wat van het begin tot het eind van de wereld gebeuren zal. Hij zegt in deze preek: Het Woord van God is zo levendig en krachtig dat alles, ook de redeloze dingen, zich direct naar dat Woord schikken. Alles, het redelijke en het redeloze, wordt door Hem gevormd, ons toegezonden en gedwongen, zoals Hij het Zich voorgenomen heeft. Door zijn determinisme kan Zwingli regelrechte lijnen trekken vanuit de Bijbel naar het dagelijkse leven. Tegelijk vormt de gedachte dat alles reeds tevoren vaststaat, ook een zwakte in zijn theologie.

De politiek
Die zwakte bleek vooral uit zijn politieke overtuiging die rechtstreeks met zijn theologie verbonden was. Zwingli was de bibliocratie toegedaan: de Schriften moesten voor zichzelf spreken en alles moest onder de heerschappij van de Bijbel komen. Op zichzelf is dat een goed principe. Moeilijkheden ontstaan er pas, wanneer zo'n principe in de praktijk moet worden toegepast. Bij Zwingli lag het zwakke punt in zijn visie op de verhouding tussen rooms-katholieken en protestanten, waaruit bleek hoezeer de staat bij hem aan de kerk vastzat en welke geweldige invloed Zwingli op de gang van zaken in Zürich en elders had, vooral op het stadhuis. Er was bij hem geen sprake van ook maar de minste scheiding tussen kerk en staat. Zwitserland bestond en bestaat uit een Eidgenossenschaft, een verbond van Zwitserse steden en landen, die elkaar onder ede trouw beloven. Vader van dit Eedgenootschap was Nicolaus, of Klaus van Flueli (gestorven 1487, drie jaren na Zwingli's geboorte) die de kantons gedurig waarschuwde om met elkaar een eenheid te blijven vormen. Anders zouden ze aan het hebberige Habsburgse Huis ten prooi vallen!
Zwingli nu heeft dit gebod van eenheid overtreden. Op zijn aandringen verklaarde Zürich tot tweemaal toe omwille van het Evangelie en de vrede (!) de oorlog aan de rooms-katholieke kantons. De tweede oorlog liep af met een totale nederlaag voor Zwingli en de zijnen. Hij sneuvelde 11 oktober 1531 bij Kappel. Zijn opvolger, Heinrich Bullinger sr., heeft er veel voor gedaan om de plaats van de kerk ten opzichte van de staat en omgekeerd te verzelfstandigen.

Wet en Evangelie
Gods Woord bestaat uit Wet en Evangelie. Als iemand daarvan doordrongen was, dan was het Zwingli. Jezus Christus heet in zijn stellingen van 1523 (Schlussreden) de ware Zoon van God Die ons met God heeft verzoend, en tegelijk de Gids en Leider, door God aan alle generaties van de mensheid gegeven. Hij is de eeuwige Redding en het Hoofd van al Zijn gelovigen én Hij is Degene Die ons de wil van Zijn hemelse Vader openbaart. Zwingli geeft er deze uitleg (Usslegen) bij: Met dit punt heb ik willen aantonen dat Christus niet alleen gekomen is om ons te verlossen, maar ook om te leren de echte liefde van God en het werk dat God van ons eist. Het lijdt geen twijfel, of Zwingli belijdt dat Christus onze enige en volkomen Gerechtigheid bij God is. Maar het lijdt evenmin twijfel dat deze gerechtigheid in de praktijk van het christenleven moet blijken. Zelf schrijft hij ergens: Wat is de christelijke religie anders dan een vast vertrouwen op God door Jezus Christus en een onberispelijk leven, uitgedrukt naar het voorbeeld van Christus, zover Hij dit Zelf geeft?
Dit praktische komt ook tot uiting in zijn zorg voor de mensen, met name voor de leden van zijn gezin.

Ziekenverzorger en opvoeder
De Duitse ridder Ulrich von Hutten vroeg als dodelijk zieke man om gastvrijheid bij Erasmus in Bazel. Deze kwam zelf niet eens aan de deur en liet door middel van een huisknecht Ulrich von Hutten weten dat hij niet welkom was. Hutten reisde door naar Zurich en werd door Zwingli in zijn eigen huis opgenomen. Zwingli sloot zich met zijn gast in een bepaald gedeelte van het huis op, opdat de andere gezinsleden niet door diens ziekte werden besmet, en verzorgde hem tot het laatst. Vier jaren tevoren had Zwingli zelf aan de pest geleden en was ervan genezen. We danken aan die moeilijke tijd in Zwingli's leven diens beroemde pestlied.
Zwingli was gehuwd met Anna Reinhart, weduwe van Jonkheer Hans Meyer von Knonau en moeder van twee dochters en een zoon. Gerold Meyer von Knonau, die leerling bij Zwingli geweest was. Deze jongeman ging op zijn veertiende het huis uit en de wereld in. Het was te doen gebruikelijk om hem dan een Badenschenke mee te geven, die dit keer bestond uit een boekje over opvoeding. Sommigen zien er een van de eerste handboekjes voor pedagogiek of educatie uit de Nieuwe Tijd in. De ietwat wijdlopige titel luidde: Hoe men de jeugd in goede zeden en christelijke tucht opvoeden en onderrichten moet. Het gaat om de relatie van een jongeman tot God, tot zichzelf en tot zijn naaste. Fundament is het geloof in God en Zijn voorzienigheid, de kennis der zonde, de verlossing door Christus' offer en de wedergeboorte. Het uitdragen van Gods schenkende goedheid is het doel van alle vorming.
Het tweede deel gaat over wat een jonge christen moet weten: de drie oude talen, namelijk Hebreeuws, Grieks en Latijn; welsprekendheid, zelfbeheersing, tevredenheid, liefde; de vrije kunsten en de ridderlijke kunsten, en het dagelijks werk.
Het derde deel gaat over hoe wij anderen toebehoren, omdat Christus de onze geworden is. Gods eer en het welzijn van het vaderland komen in een onlosmakelijke eenheid aan de orde, maar ook de waarschuwing tegen eerzucht, onbeheerstheid en onkritische activiteit in het openbaar. Ter sprake komen het gezin, openlijke feesten, spelen waar men wel en die waar men niet aan deelnemen mag, en lichamelijke oefening.
Het hele boekje is op een vrolijke toon geschreven.

Humanist
Dit brengt mij bij het laatste. Zwingli heeft als Reformator mede door zijn humanisme invloed uitgeoefend. Dit betekent dat Reformatie en Humanisme bij Zwingli niet strijden. Met name aan zijn steeds koelere verhouding tot Erasmus zien we wat dit inhoudt. Op een ogenblik schrijft Zwingli aan Erasmus, dat hij hem als uitgever van het Griekse Nieuwe Testament bewondert. Hij noemt hem een hoogst verdienstelijk man in wetenschap en in de 'geheime betekenis van de heilige Schrift'. Op dit punt las G. W. Locher twijfel bij Zwingli in diens huldigende brief aan Erasmus. Zwingli bewonderde immers diens allegorische uitleg van de Bijbel niet!
Wat zegt dit? Dat het humanisme voor Zwingli een methode is geweest, niet een inhoudelijke zaak, geen deel van zijn geloofsovertuiging. Het was een taal waarvan hij zich graag en vaak bediende. De inhoud van zijn geloof was anders, was Christus geheel, de Geest geheel, de Schrift alleen. God alleen. Maar het geheim van Zwingli was dat hij om dit geloof onder woorden te brengen, zich bediende van de taal waarmee hij volwassen geworden was. Het is de taal van het Humanisme uit de vijftiende en zestiende eeuw. We noemen dat ook wel het Bijbels Humanisme. En ook langs die lijn heeft Zwingli, zeker in de Nederlanden en daarbuiten, op kerk en maatschappij invloed uitgeoefend.

C. A. Tukker, Spijk (Gr.)

[Tekst afbeelding: Huldrych Zwingli (1484-1531)]

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1999

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Wat betekent Huldrych Zwingli voor ons kerkelijk en maatschappelijk leven?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1999

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's