Gesprek met ds. T. Poot over ’Dood is Dood’
In 'Hervormd Nederland' van 14 oktober stond een interview van de heer C. Timmer met ds. T. Poot waarin vooral gesproken werd over de geruchtmakende uitlatingen van ds. Krop 'Dood is dood'. Een gedeelte van het interview laten we hieronder volgen:
Er wordt tegenwoordig over polarisatie, over verscherping van de tegenstellingen in de hervormde kerk gesproken. Wat ziet u nu voor polarisatieverschijnselen in de kerk?
Ik zie er twee. Het eerste polarisatieverschijnsel zit hierin, dat er aan de ene kant een groep mensen in de kerk is die het gelovig-zijn, het christen-zijn helemaal toespitst op het geëngageerd bezig zijn in de wereld: met politieke, sociale, economische vraagstukken.
Aan de andere kant is er een groep die zegt: het komt in de eerste plaats aan op de bekering van het hart, op de persoonlijke houding van de mens tot God. En dan zal dat andere daar wel vanzelf uit volgen.
Deze eerste polarisatie kan een valse zijn. Ik ben zelf van mening, en dat is mede te danken aan mijn verblijf op Kerk en Wereld, aan de jaren die ik daar heb meegedacht, dat de vertolking van het Evangelie die beide aspecten, dus van bekering èn het bezig zijn in de wereld, tot hun recht moet laten komen.
De tweede polarisatie, en die is veel ernstiger, zie ik tussen mensen in de kerk die, mèt alle vragen die de wereld aan je stelt, toch willen blijven theologiseren en preken vanuit de gehoorzaamheid aan de openbaring van God, en daartegenover stromingen die aan het moderne bewustzijn, aan het moderne levensgevoel een heel sterke plaats geven in het formuleren van wat het Evangelie nu eigenlijk inhoudt. Daarom wordt over dat laatste wel gezegd: de vrijzinnigheid begint daar waar aan de mens en zijn denken een constituerende plaats wordt gegeven.
De tweede polarisatie is een echte tegenstelling, die te vergelijken is met het openbare godsdienstgesprek dat tussen ds. Krop en mij is gevoerd in de Groninger Emanuëlkerk. Dat gesprek ging over de dood-is-dood-gedachte van ds. Krop.
Aan het slot van die openbare bijeenkomst vroeg iemand: 'Ds. Krop, u zegt dood is dood. Jezus is gestorven en begraven. In uw gedachtengang is Jezus dan óók dood.'
Toen stond ds. Krop op en zei: 'Jezus leeft zolang en voor zover ik in Hem geloof en Zijn Naam in deze wereld wordt genoemd. Als ik Zijn Naam niet meer noem, of als wij Zijn Naam niet meer noemen, dan is Jezus dood'.
Ds. Poot vervolgt: 'Toen ben ik opgestaan en ik heb gezegd: 'Ik dacht dat hier een fundamenteel en voor mijn gevoel onoverbrugbaar verschil ligt want voor mij is het zo, dat de geloofswerkelijkheid, de werkelijkheid van God, onafhankelijk is van mijn geloven daarin. En dat ik in mijn geloof die op mij afkomende, mij oordelende èn bevrijdende, mij richtende èn vrijsprekende werkelijkheid aangrijp en dat ik door het geloof daar ook toegang in heb. Dat ik die werkelijkheid versta in het geloof.
Ik heb er nog aan toegevoegd, dat volgens mijn mening hier een fundamentele polarisatie aan de gang is, waarbij je alleen nog maar kunt zeggen: bekeer u. Ik wil dus wel doorpraten, maar een midden-standpunt is hier niet te vinden'.
Maar wat ds. Krop met zijn dood-is-dood-gedachte heeft aangevoerd, is toch geen landelijke denkwijze. Het is toch maar een 'Groninger kwestie'?
Ds. Poot: 'Ik zie het wèl als een landelijk verschijnsel. Laat ik eerst zeggen dat ik persoonlijk niets tegen ds. Krop heb; maar ik heb tegen hem gezegd: 'ik ben het volstrekt niet met je eens, ik zie het als mijn taak jouw opvattingen te bestrijden hoe ik maar kan en waar ik maar kan. Maar in één ding kan ik je prijzen, dat je openlijk de moed hebt gehad voor deze gedachten uit te komen, want er zijn veel mensen die zo denken.
Wanneer u nu vraagt of dit alleen een 'Groninger kwestie' is, zeg ik nee. Dergelijke gedachten trekken op het moment door het geloofsdenken in de kerk heen. En wat gebeurt er in feite? Men is bezig een Evangelie naar de moderne mens te creëren! Daar zit mijn diepste bezwaar tegen de denkwijze van Krop, dat God afhankelijk wordt gesteld van het denken en geloven van de mens.'
En wat heb u er aan gedaan?
'Ik vind het een heel verdrietige zaak. Ik til er zwaar aan. In het Groninger Kerkblad heb ik in een ingezonden stuk mij gedistantieerd en geschreven dat ik mij schuldig ten opzichte van de gemeente zou voelen als ik niet openlijk mijn protest zou laten horen. Ik heb een kerkeraadsgesprek over deze zaak aangevraagd. Dat is een openbaar godsdienstgesprek geworden. Maar daarmee is de zaak nog niet af.'
Wat stelt u tegenover de gedachte van ds. Krop?
Ds. Poot: 'Dat ik mèt de Kerk Jezus Christus belijd als een redder in de totaliteit van het mensenleven, en dat ik de dood-is-dood-gedachte zie als een verloochening van de belijdenis over de opstanding van Christus. Ik vind het een verloochening van wat de Heilige Schrift ons over de toekomst leert. De kern van de zaak is: wat dunkt u van de Christus? En dan zeg ik: mijn blijdschap en troost is dat ik Jezus Christus mag belijden als een Heer die in leven en sterven voor mij alles betekent'.
Ontstaan deze gedachten niet omdat God voor velen onbereikbaar is. God antwoordt niet, zeggen velen. Vindt u dat geen wezenlijk probleem?
'Ja, maar dan moet men wel bedenken dat door alle eeuwen heen de mensen hebben geworsteld met de verborgenheid van God. Dat kun je in de psalmen vinden, dat kom je overal in de bijbel tegen. En in de tweede plaats moet je je afvragen, met alle voorzichtigheid, dat als het contact tussen God en de mensen verbroken is, of daar niet een stuk schuld aan de kant van de mens ligt. Dat wij de heilige Geest hebben bedroefd en uitgeblust'.
Maar er zijn toch ook mensen die zeggen, ik bid steeds, en het lijkt alsof het tegen een stalen hemel gebeurt. Ik krijg geen antwoord.
'Ja, maar het is de vraag of we het bidden dan goed formuleren... Ik ben met m'n catechisanten bezig over het gebed. Tegenover de opvatting dat bidden praten is met God en God dan antwoord moet geven, stel ik of het niet juist andersom is. Moet je niet zeggen dat God tegen ons gesproken heeft en nog spreekt en dat wij in ons bidden antwoorden. Hoort bidden niet veel meer bij antwoorden...'
'God is een vader, dat leert de kerk, en een vader bemoeit zich met zijn kinderen. En God laat ons in de kou staan', zeggen vele mensen ...
'Is dat zo? Of hebben die mensen dan bij voorbaat al uitgemaakt wat God zou moeten doen. En omdat dat verlanglijstje niet klopt komt men tot de conclusie: God antwoordt mij niet.'
Mensen komen soms tot radeloosheid omdat God voor hen afwezig is. Het is een van de belangrijkste aspecten van de huidige geloofscrisis, dacht ik, dat veel mensen God niet kunnen vinden. In de bijbel staat dat Henoch met God wandelde, er zijn voorbeelden dat God met de mensen sprak, hen opdrachten, bemoediging gaf. Ziet u dat nu ook nog?
'Ja, God openbaart zich aan ons, spreekt tot ons door Zijn Woord. Ik kan op geen enkele andere plaats God vinden en Gods stem horen dan in de bijbel. Mijn persoonlijke ervaring is, dat je in de houding van het leerling-zijn van de Heilige Schrift inderdaad die stem van God hoort'.
Maar in dat Woord lezen we dat er vroeger een werkelijke dialoog, een gesprek was tussen God en mensen. Dat wordt nu gemist...
'Ligt dat niet op hetzelfde vlak van: toen Jezus op aarde was sprak Hij met de mensen. Hij was zichtbaar voor hen? Nu is Jezus niet meer op aarde, maar het is toch zo dat door het werk van de heilige Geest de realiteit van Jezus Christus en van Zijn werken, bevonden wordt.
Kijk, dat vind ik nou één van de aspecten van de gereformeerde bond, die voortdurend op het bevindelijke van de geloofskennis de nadruk legt... Het lijkt wel alsof ik het allemaal gemakkelijk vind. Dat is niet zo, maar persoonlijk is God voor mij een realiteit. En een bevindelijke realiteit is voor mij, dat ik God ontmoet in het luisteren naar Zijn Woord: als ik de bijbel lees met mijn gezin, als ik studeer, als ik preek, dan ervaar ik concreet de werkelijkheid van God in mijn leven...'
Wat zegt u nu vanuit uw pastoraat tegen de mensen die enorm met deze problemen worstelen?
'Dan is toch altijd het eerste wat ik zeg: bent u, wilt u werkelijk leerling zijn van de Heilige Schrift. Want ik dacht dat een van de meest wezenlijke houdingen van de kerk, van de christenen moet zijn de houding van Maria die aan de voeten van' Jezus zit... En Zijn Woord hoort...
Het valt mij namelijk op dat als je de mensen daarover spreekt, dat je dan merkt dat de mensen vaak zo weinig van de Heilige Schrift weten, vaak zo heel weinig contact met de Heilige Schrift hebben. En dan merk je dat ze op hun eigen toer met die vragen bezig zijn. Maar dan kom je er niet uit. Je komt alleen verder als je werkelijk leerling wilt worden...
Wat ik eigenlijk bedoel, dat staat in de profeet Habakuk, die op een moment zegt dat hij op zijn wachtpost is gaan zitten, en dat hij uitziet naar God'.
Is dat niet in-actief?
'Nee, volstrekt niet... Wachten op God is misschien wel de grootste activiteit die een christen kan opbrengen. Dat geeft pas werkelijke spanningen... Dan denk ik aan de psalmregels:
'Mijn ziel verwacht den Heer, en ik hoop op Zijn Woord:
Mijn ziel verwacht den Heer, meer dan wachters op de morgen!...
Dat is niet in-actief, dat is een enorm intense geloofsbezigheid...',
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1971
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 oktober 1971
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's