Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Staat en Maatschappij.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Staat en Maatschappij.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het debat afgebroken.

De Raad der gemeente Rotterdam heeft buiten verwachting de beraadslagingen over het prae-advies van B. en W. in zake de optochten en het spelen op Zondag nog niet tot een einde gebracht. Midden in het debat bleef men de vorige week steken. Op Donderdag 6 Juni komt de zaak opnieuw aan de orde.

Reeds hebben verscheidene sprekers het woord gevoerd en, zooals het te verwachten was, schaarden zich alle Raadsleden, die van links het woord voerden, aan de zijde van de minderheid uit het Dagelijksch Bestuur, d. w. z. aan den kant van dat deel van het college, dat het voor de optochten en voor het spelen op Zondag blijft opnemen.

Helaas dat ook twee leden van rechts, een Christelijk-Historische en een Roomsch-Katholiek, bezwaar maakten om de conclusies van de meerderheid van B. en W. te steunen.

Vooral komen ons de argumenten van het Christelijk-Historische lid den heer van Vessem — om geen ander woord te gebruiken — wel eenigszins vreemd voor. Bijzonderlijk is dit het geval met het argument (blijkens het verslag in de N. R. Ct.), dat hij zich het verzenden van de adressen der Kerkeraden (men zal zich herinneren dat het de Kerkeraad van de N. H. G. te Charlois was die het adres indiende) wel kan begrijpen, doch dat het standpunt van de Raadsleden een geheel ander dient te zijn. Spreker vraagt dan of in verband met deze adressen de Kerkeraden wel al het mogelijke doen, om het kerkbezoek der jeugd te bevorderen !

Hoe het Christelijk-Historisch Raadslid denkt over het verbod van het houden van optochten met muziek op den Dag des Hoeren — daarover staat in het verslag woordelijk dit te lezen: „Wat de optochten met muziek betreft, is spreker van meening, dat het godsdienstig deel der burgerij daaraan minder aanstoot, zou nemen, wanneer deze geschiedden vóór 9 uur 's morgens."

Wij hopen — en die verwachting is niet zonder grond — dat niet alle Ohristelijk-Historischen in den Raad deze liberale be­schouwing, want anders kan de meening van den heer van Vessem toch niet worden gekwalificeerd, zullen deelen.

Het is anders wel treurig zulke woorden uit den mond van een man, die het Christelijk-Nationale beginsel is toegedaan, te moeten hooren. We zouden haast zeggen, dat zijn Roomsch-Katholiek medelid hem ten voorbeeld kon strekken, die dan nog verklaarde, dat hij te vinden zou zijn voor het verbod van optochten op den Zondagmorgen. .

Gelukkig dat door twee anti-revolutionaire Raadsleden een geheel andere toon werd aangeslagen en met kracht de aanneming van de conclusie van de meerderheid van het college van B. en W. werd aanbevolen.

Dat de burgemeester een klemmend betoog hield om met het houden van optochten en met het spelen op Zondag op den ouden voet voort te gaan, was te begrijpen. Naar echt vrijzinnigen trant verdedigde de spreker de conclusie der minderheid, er zich op beroepende dat de Overheid zich heeft te onthouden over de wijze van het doorbrengen van den Zondag. „Met alle respect voor de meerderheid van het college van B. en W. — zoo zeide de burgemeester — is hij van meening, dat men geen onbeholpener wijze van bevorderen van kerkbezoek kan uitdenken dan de maatregel die de meerderheid voorstelt (alsof het daarom de meerderheid van het college te doen was) Men heeft toch niet de zekerheid, dat het verbod van voetbalspel op Zondagmorgen tot meer kerkbezoek zal leiden. Is het niet af te keuren, dat de Overheid op Zondag een maatregel van gezondheid wil verbieden, die ze door de week bevordert? "

Bij dit korte woord uit de rede van den burgemeester laten we. het. Intusschen is het nog van belang er even de aandacht op te vestigen-dat het hoofd der gemeente verklaarde, dat hij zich, zoo de Raad zich met de conclusie der meerderheid uit het college van B. en W. vereenigt, hij zich aan de uitnoodiging zal onderwerpen.

Hopen we dat de volgende week die uitnoodiging aan den burgemeester worde gedaan.

De Bijbel in de kazerne.

Ér doet in de Pers een verblijdend bericht de rondte, dat ook wij met groote belangstelling en instemming hebben gelezen.

De Nationale Christen-Onderofficieren-Vereeniging heeft zich tot verschillende militaire autoriteiten gewend, om die militairen, die des morgens voor den aanvang der oefeningen met elkander een gedeelte .der Schrift willen, lezen, daartoe in de gelegenheid te stellen.

Reeds uit enkele garnizoenen komt de mededeeling, dat de Korpscommandanten tegen dit gemeenschappelijk lezen van Gods Woord geen bezwaar hebben. En zoo ziet men dan hier en daar een groep militairen dagelijks samenkomen om, gelijk men dit in de ouderlijke woning placht te doen, een hoofdstuk uit de Schrift te lezen.

Een goed voorbeeld, dat in elk garnizoen navolging moge vinden.

Laat de Overheid haar steun aan de militairen niet onthouden, en schamen onze militairen zich hunner belijdenis niet.

De Bijbel in de kazerne.

Wie had kunnen denken, dat het daartoe nog.eens komen zou?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 mei 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's

Staat en Maatschappij.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 mei 1912

De Waarheidsvriend | 4 Pagina's