De wedergeboorte - pagina 119

D e auteur der wedergeboorte:

de Heilige

Geest

113

en zij is de ganse dag zijn betrachting^^*). De innerlijke verandering, die de Heilige Geest in hem gewerkt heeft, heeft tengevolge, dat zijn leven een andere koers en richting volgt. Het verlangen van zijn hart gaat nu uit naar God en het heil, dat Hij in Christus uit genade geeft. Er leeft in zijn gereinigd gemoed een oprechte begeerte om te doen, wat zijn God en Heiland welbehagelijk is, om zich zelf tot een levend dankoffer aan Christus te offeren^-"'). Hij stelt zijn leden niet langer als wapenen der ongerechtigheid ten dienste van de zonde, maar hij stelt zijn leden als wapenen der gerechtigheid ten dienste van God '^^). D e apostel Johannes gaat zelfs zover, dat hij zegt: ,,Een ieder, die uit God geboren is, doet geen zonde; want het zaad (Gods) blijft in hem en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren". En op een andere plaats verklaart hij: ,,Wij weten, dat een ieder, die uit God geboren is, niet zondigt; want Hij, die uit God geboren is, bewaart hem, en de boze heeft geen vat op hem" ^'''). En hiermee komt ten volle overeen, wat wij Paulus horen verklaren in het hoofdstuk, waarin hij over het leven zijns vleses het zwaarste en meest onbarmhartige oordeel velt: „Indien ik nu datgene doe, wat ik niet wens, dan bewerk ik het niet meer, maar de zonde, die in mij w o o n t . . . Derhalve ben ik zelf met mijn verstand dienstbaar aan de wet Gods, maar met mijn vlees aan de wet der zonde" •^-^).

De wedergeboorte wordt in de Heilige Schrift menigmaal beschreven als een verhchting van het verstand. Van de natuurlijke, onbekeerde mens geldt het, dat hij verduisterd is in het verstand en vervreemd van de kennis Gods. Hij is „opgeblazen door zijn vleselijk verstand" ^^^). Bij hem is zowel het verstand als het geweten besmet"^*"). D e kaars zijns lichaams is donker en het licht, dat in hem is, is duisternis •^•*^). De god dezer eeuw heeft de overleggingen der ongelovigen met blindheid geslagen, zodat zij het schijnsel niet ontwaren van het Evangelie der heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is ^^^). Z o waren ook de wedergeborenen eertijds duisternis, maar nu zijn zij licht in de Here om te wandelen als kinderen des lichts ^^^). Als onbesproken kinderen Gods temidden van een ontaard en verkeerd geslacht schijnen zij ,,als hchtende sterren in de wereld, het woord 124) ^•23) 120) 12T) 125) 120) 130) 131) 132) 133)

Psalm 119 : 97. Heidelb. Catechismus, vr. 32. Romeinen 6 : 13. 1 Johannes 3 : 9; 5 : 18. Romeinen 7 : 20, 26. Coloss. 2 : 18. Titus 1 : 15. Lukas 11 : 33—36. 2 Corinth. 4 : 4. Ef. 5 : 8.

Wedergeboorte

8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen