De wedergeboorte - pagina 58
52
D e historische
grond: het verlossingswerk
van God de
Zoon
ulieden een teken geven: zie een maagd zal zwanger worden en zij zal een Zoon baren, en zijn naam Immanuël heten" *). W a n n e e r Kohlbrügge bij de menswording van de Zoon van God zo zware nadruk legt op het geloof der Bijbelheihgen en op het geloof van Maria, is het zeker niet zijn bedoeling om dat geloof tot de verdienende oorzaak daarvan te proclameren. Integendeel, hij verliest daarbij geen ogenblik de schriftuurlijke waarheid uit het oog, dat het geloof nooit uit de mens is, maar gave van Gods vrije genade. Het is niet uit Abraham en David en Maria zelf voortgekomen, maar in die allen alleen gewerkt en in stand gehouden door de Heilige Geest. En geheel in overeenstemming met zijn gehele theologie, waarop wij later terugkomen, wordt hij in dit verband niet moede te verzekeren, dat al de vaderen van Christus naar het vlees evenals Maria in zich zelf zondaren en niets anders dan zondaren zijn geweest. Hij wil ook bij Maria niets weten van enige qualitatieve heihgheid, welke in haar eigen persoon haar zetel zou hebben en waarin haar geloof zou rusten. D e Roomse theorieën van een ,,heilige maagd", die onbevlekt ontvangen is en mede daardoor in staat was een heilig kind ter wereld te brengen, worden door hem met ware afschuw verworpen. Maria is volgens hem, evenals alle andere gelovigen vlees, alleen maar vlees, en niet anders dan vlees, en ,,vlees" betekent bij Kohlbrügge altijd het zondige vlees, zoals het voorkomt in Romeinen 7. Uitdrukkelijk verklaart hij dan ook, dat er in Maria niet bepaalde delen geheiligd zijn geweest^"). Daarnaast echter houdt hij vol, dat God haar in haar onderwerping aan zijn W o o r d en haar Amen zeggen op dat W o o r d als onbevlekt heeft aangezien. ,,Schoon vlees, schoon in zonde — onbevlekt w^as zij dan nog, en zo onbevlekt ontving zij het woord en gezet en gehouden in die onbevlektheid en ondersteund door Heiligen Geestes opgekomen zijn over haar, en door des Allerhoogsten macht, heeft zij zo onbevlekt doorgedragen en gebaard Hem, die de Hemelen niet omvatten en dan nog van de eerste ontvangenis af, was wat wij waren, voor ons: volstrekte onzondigheid. W a t is ,,volstrekt"? God alleen, en wat Hij volstrekt verklaart. W i e durft zeggen, dat er aan Maria enige zonde was, als zij midden in haar zonde, midden in vleeszijn, zich onderwerpt aan Gods W o o r d , daar God hem, die Gode Amen zegt, dat Amen zo aanrekent, dat niemand er meer een vinger op zetten kan?"'"') 94) Jesaja 7 : 10—14. ö3) „Nicht alsof etwa Theile in der Maria geheiligt gewesen waren; denn die Frucht lebt in dem Blute und wird ernahrt durch den ganzen Leib der Mutter". — Betraehtung über das erste Capitel des Evangeliums noch Matthaus, pag. 117. ^) Zo spreekt Kohlbrügge in een brief aan Ds Le Roy; bij Van Lonkhuijzen, a. w., pag. 425, 426.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1952
Vrijmakingsbrochures | 346 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1952
Vrijmakingsbrochures | 346 Pagina's