Bedelaar op de kansel
De christelijke gereformeerde ds. H. van Leeuwen was thuis soms wat verstrooid, maar op de kansel was hij echt dienaar van het Goddelijk Woord. Ds. B. van der Heiden: „Dan straalde hij het gezag van het ambt uit.
In zijn appartement in Alblasserdam, vier hoog, met uitzicht op het scheepvaartverkeer op de Noord, haalt ds. B. van der Heiden herinneringen op aan zijn schoonvader, de christelijke gereformeerde ds. H. van Leeuwen. „Hij heeft heel veel voor mij betekend.”
Hendrik van Leeuwen werd op 10 mei 1906 in Den Haag geboren. Over zijn bekering is weinig bekend, want hij sprak daar niet zo veel over. „Uit alles bleek dat mijn schoonvader van jongs af aan de Heere heeft mogen vrezen en als een Timotheüs is geleid en door de Heere is onderwezen. Hij kwam uit een godzalig geslacht, waarin de Heere veel van Zijn kinderen had. Hij was nog heel jong toen hij leider van de zondagsschool werd en ging toen al op huisbezoek bij de kinderen thuis. De dienst van de Heere was zijn leven.”
Van Leeuwen werd geroepen tot het predikambt, maar achtte zich daarvoor onbekwaam. „Na jaren van strijd mocht hij het voor de Heere verliezen en meldde hij zich bij het curatorium.” Hij werd aangenomen en toegelaten tot de studie op de Theologische School in Apeldoorn.
„Mijn schoonvader was met hart en ziel christelijk gereformeerd, maar preekte ook in gemeenten buiten zijn eigen kerkverband. Voor de SGP bij voorbeeld, hoewel hij zich niet zo met politiek bezighield. Als ik dan vroeg: ‘Pa, waar gaat u over preken?’, zei hij nogal eens: ‘Ik denk over: Kiest u heden wie gij dienen zult.’ Hij was ook nauw verbonden aan het werk van de Gereformeerde Bijbelstichting, want het Woord van God was hem alles waard. Hij mocht als nestor van het bestuur de eerste steen leggen van het nieuwe gebouw in Leerdam.”
Bruisend gezin
In 1962 kreeg Van der Heiden verkering met de enige dochter van ds. Van Leeuwen, Laura. „Zelf kwam ik uit een gezin van vier kinderen, dat behoorde tot de Gereformeerde Gemeenten in Nederland. Zij was christelijk gereformeerd, maar dat heeft nooit tussen ons in gestaan. We waren één als het ging over de Heere en Zijn dienst.”
Het predikantsgezin van ds. Van Leeuwen was een bruisend gezin, zegt ds. Van der Heiden. Ze hadden negen kinderen, acht jongens en één meisje. „Vader Van Leeuwen had grote eerbied voor het ambt en alles wat daarmee te maken had. Liefde voor Zijn dienstknechten, Zijn kinderen, voor de Kerk, voor het Woord. Deze zaken trokken mij, omdat de Heere ook in mijn leven veel liefde en hoogachting had gegeven voor mensen die de Heere vreesden, en voor alles wat met de dienst van de Heere te maken had. Bij hem heb ik gezien hoe goed het is om de Heere te vrezen. Hij had lage gedachten over zichzelf, maar hoge gedachten van de Heere”.
Op zondagavond kwamen er geregeld kinderen van God in de pastorie. „Daar hoorden we hoe de Heere werkt in het hart van Zijn kinderen. Dat legde beslag en liet een blijvende indruk na. Ook mijn schoonmoeder kwam uit een godzalig geslacht. Verschillende van haar zussen en broers mochten de Heere vrezen en er waren erbij die wisten waar hun schuld gebleven was. Ook op verjaardagen werd er vaak gesproken over het werk van de Heere in het hart.”
„Ds. Van Leeuwen bevestigde ons huwelijk. De preek die wij meekregen op onze huwelijksdag was onvergetelijk. Ik was onderwijzer en hij koos als tekst Psalm 32:8: ‘Ik zal u onderwijzen in de weg die gij gaan zult, Ik zal raad geven, Mijn oog zal op u zijn.’ Deze preek is in ons leven van bijzondere betekenis geweest.”
Christusprediker
Hoe eenvoudig en gewoon zijn schoonvader ook was in huiselijke kring, op de preekstoel was hij een deftige, ouderwetse prediker, echt een dienaar des Woords, zegt ds. Van der Heiden. „Hij sprak deftige taal, zoals dat toen meer gebruikelijk was. Als hij de Twaalf Artikelen van het geloof las, zei hij, met grote nadruk: ‘Ik geloof in God dén Vader, dén Almachtige.’ Hij was leerling van professor Wisse. Die deed dat ook.”
Ds. Van Leeuwen hield niet van verhaaltjes op de preekstoel. „Het Woord moest centraal staan. Mijn schoonvader was een Schriftuurlijk-bevindelijk prediker, een Christusprediker. Hij preekte een rijke Christus en een arme zondaar en hoe die twee bij elkaar komen. Zijn preken waren liefdevol en gunnend. Geen grote stukken, maar wel hoe de Heere werkt in het leven van Zijn kinderen, hoe Hij trekt uit de macht van de zonde en duisternis en brengt tot Zijn wonderbaar Licht, hoe de mens aan zichzelf wordt ontdekt en moet leren alle gronden te verliezen, om in die weg plaats te maken voor Christus. Ik hoor hem nog zeggen: ‘Geliefden, verwacht u het nog altijd van uw beweegoffertjes in plaats van het offer van Christus?’
Hij had veel oog voor het beginnende werk van het geestelijke leven, maar ook voor de wijze waarop de zondaar tot Christus komt en in Zijn gemeenschap mag delen. Dat was de vaste lijn in Zijn prediking. De Heere heeft zijn prediking willen gebruiken en Hij heeft veel zegen op zijn arbeid mogen hebben.”
Prekenbandjes
Hoe belangrijk de dienst en de dag van de Heere voor ds. Van Leeuwen waren, bleek aan het einde van zijn leven. „Hij begon wat in de war te raken en wist soms niet meer zo goed welke dag het was. Maar hij wist heel precies wanneer het zondag was. Dan stond hij vroeg op en maakte hij zich klaar voor de kerkdienst. Dat was voor ons als kinderen heel bijzonder. Toen hij ziek werd en niet meer naar de kerk kon, moesten er soms tot diep in de nacht prekenbandjes gedraaid worden. Hij vroeg toen veel naar een preek van ds. J. Mijnders. Die had hij gehoord tijdens een vakantie in het Zwitserse Reichenbach, waar ds. Mijnders preekte over Psalm 73. Die preek had mijn schoonvader zo aangegrepen, dat hij er naderhand een bandje van opvroeg. Vele keren zei hij tegen moeder: ‘Marie, zet nog maar eens een preek op. Neem die van Mijnders maar.’ En dan luisterde hij met innerlijk vermaak, alsof hij die preek nog nooit eerder had gehoord.”
Toen Van der Heiden benoemd werd als hoofd van de school in Waardenburg, ging hij over naar de Gereformeerde Gemeenten. In 1979 werd hij toegelaten tot de opleiding aan de Theologische School in Rotterdam. Vier jaar later werd hij in Woerden bevestigd tot predikant. „Het was een bijzonder ogenblik toen hij mij in de intrededienst mocht toespreken. Een oude dienaar van het Goddelijk Woord sprak mij vaderlijk toe. Onvergetelijk.”
Deur
Aan het einde van zijn leven werd het preken voor ds. Van Leeuwen moeilijker. Zijn gedachten gingen achteruit. „Het was een hele strijd voor hem om niet meer te kunnen preken. Maar toen het op een oudejaarsavond in Culemborg niet goed ging, zei hij, toen hij van de preekstoel afkwam: ‘Dit was de laatste keer.’ Opmerkelijk is dat zijn eerste preek, toen hij zijn dienstwerk begon, ging over de woorden ging: ‘Ik heb u een geopende deur gegeven.’ Zijn laatste preek in Culemborg was uit de gelijkenis van de wijze en dwaze maagden: ‘En de deur werd gesloten.’ De Heere had in 1940 Zelf de deur geopend en op die oudejaarsavond Zelf ook weer gesloten.”
Ds. Van Leeuwen overleed op 5 mei 1988, in de leeftijd van 82 jaar. De begrafenis in Driebergen werd geleid door de plaatselijke predikant, ds. P. van Zonneveld. Schoonzoon ds. B. van der Heiden sprak namens de familie, over de woorden: „En de bedelaar stierf.”
Ds. Van der Heiden: „Zijn lichaam rust daar tot de dag van de opstanding. Zijn ziel mag in de hemel zijn Koning al eeuwig groot maken en verheerlijken.”
Ds. B. van der Heiden (1945)
Predikant van de Gereformeerde Gemeenten: Woerden (1983), Hardinxveld-Giessendam (1988), Kampen (1996), Alblasserdam (2000)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 november 2015
Terdege | 100 Pagina's