Een krijtje in Gods hand
Een vakantie in Schotland bracht een wendingin het leven van Jan van Doleweerd. God riephem voor het zendingswerk. Hij diende eerst inAfrika, daarna in Latijns Amerika en Europa. Inhet voorjaar van 2013 reist hij af naar Indonesië.„Als zendingswerker zie je soms van zeer nabijwat Gods genade in Christus vermag.
Onlangs bezocht hij Ecuador, het land waar hij voor de zending van de Gereformeerde Gemeenten (ZGG) pionierswerk verrichtte. Het was een goed bezoek, maar bijzondere emoties riep het niet meer op. Door zijn taak als missioloog en toeruster bij de ZGG ging Jan van Doleweerd de hele wereld als zijn parochie zien. Algemene belangstelling voor het zendingswerk kreeg hij van thuis mee. „Mijn vader maakte deel uit van een plaatselijke zendingscommissie van de MBuma-Zending. Die vergaderde regelmatig bij ons aan huis. Als gezin bezochten we trouw de MBuma-zendingsdagen. Toch stond de werkelijke betekenis van zending ver bij me vandaan.”
Dat veranderde door een reis naar Schotland in 1986, samen met een vriend. „Het weekend brachten we door in Dingwall, waar op zondag in de Free Presbyterian Church het avondmaal werd bediend. De voorganger die de nabetrachtingsdienst verzorgde, preekte uit Openbaring 22, over de haastige komst van Gods Koninkrijk. Ik werkte als onderwijsadviseur bij de BGS, studeerde sociale pedagogiek en zat vol persoonlijke idealen. Door die preek liet de Heere me zien dat het op deze aarde niet gaat om mijn leven, maar om de komst van Christus’ Koninkrijk. Mijn eigen toekomstperspectief ging daardoor op z’n kop. Vanaf dat moment was er een innerlijke betrokkenheid op zending die niet meer weg is geweest.”
Nigeria
Een oproep van de ZGG voor een leerkracht, om kinderen van zendingswerkers in Nigeria les te geven, liet Van Doleweerd niet los. „Ik was toen nog ongetrouwd. Toch was ik ervan overtuigd dat ik moest gaan. Mijn verloofde beleefde dat niet anders. We moesten onze eigen idealen ondergeschikt maken aan het doel van de zending. Wilma is wel een keer op bezoek geweest. Onze trouwdag hebben we besproken op de heuvel van het Miango Guesthouse in Jos.”
Gedurende de twee jaren in Nigeria, van 1989 tot 1991, groeide bij Van Doleweerd het verlangen zelf het Evangelie uit te dragen op het zendingsveld. Terug in Nederland trad hij in het huwelijk met Wilma en begon hij de studie aan de Theologische Opleiding Johannes Calvijn van de Gereformeerde Bond. „Niet wetend hoe de Heere onze weg zou leiden.”
In 1994 las hij de advertentie voor een evangelist in Guayaquil, een miljoenenstad in Ecuador. „Als het aan ons had gelegen, hadden we nog een paar jaar gewacht, maar we kregen de overtuiging dat het nu de tijd was om ons aan te melden. In 1995 zijn we vertrokken, met drie jonge kinderen. Tien jaar lang zijn we op verschillende plaatsen werkzaam geweest: in evangelisatiewerk, gemeentestichting en theologische toerusting.” Van heimwee of een cultuurschok had het echtpaar geen last. „Al ging het ingroeien ook bij ons niet vanzelf. Je moet de taal leren, andere gewoonten gaan begrijpen, ontwikkelingen leren duiden. Het belangrijkst is dat je van je nieuwe omgeving en de mensen daar gaat houden.”
Overgang
Bij de repatriëring, in 2005, had Van Doleweerd het gevoel dat de opgelegde last voor Ecuador hem van de schouders werd genomen. „Die opdracht had zijn drang verloren. De vraag is dan hoe de weg verder zal gaan. Een roeping tot het predikantschap heb ik nooit ontvangen, maar zending was in ons leven geen gepasseerd station.” Net als veel andere zendingswerkers vond hij de terugkeer naar het vaderland ingrijpender dan de ‘emigratie’ naar Latijns Amerika. „Het is als met een plant die je twee keer verpot. Wanneer je die terug zet in zijn oude grond, is het niet vanzelfsprekend dat hij daarin weer tiert. Omdat ik een taak kreeg bij de ZGG was de overgang voor mij eenvoudiger, maar zelfs ons kostte het moeite om onze weg weer te vinden.”
Het gevoel van desoriëntatie wordt volgens de stafmedewerker van de ZGG vooral veroorzaakt door het verschil in kerkelijke en geestelijke context. „De fronten van de christelijke gemeente liggen op het zendingsveld anders dan hier. Je leeft daar op het snijvlak van kerk en wereld. Traditie moet meestal nog worden gevormd. De ervaring die je in die situatie opdoet, is niet zo gemakkelijk inpasbaar in de thuissituatie. Een deel van de opgedane bagage moet je opbergen, omdat je er in Nederland niets mee kunt. Dat moet je een plek geven. Ook in het thuisland kun je alleen dienstbaar zijn, als je je hecht aan de mensen en de gewoonten.”
Daar komt bij dat het werk in het thuisland vaak niet goed aansluit bij de taak als zendingswerker. „Als je in Nederland van baan verandert, is de nieuwe functie vaak geschakeld aan je vorige werk. Dat is bij terugkerende zendingswerkers zelden het geval.”
Hoofdzaken
De jaren in Nigeria en Ecuador leerden Van Doleweerd zendingsgemeenten niet te idealiseren. „Overal op de wereld bestaan de kerken uit Adamskinderen. Wel is het leven der genade op zendingsvelden vaak puurder. Door de frontsituatie liggen de uitleving van de zonde en de beleving van de genade soms heel dicht bij elkaar. Mensen vallen zichtbaar terug in de zonde, maar er is Jan van Klinken freelance journalist ook openbare boete. Als zendingswerker zie je soms van zeer nabij wat Gods genade in Christus vermag. Binnen onze gereformeerde gezindte is zowel de zonde als het leven der genade minder zichtbaar. Beide houden we meestal voor elkaar verborgen. Daardoor wordt alles wat vlak. Daar heb ik nog steeds moeite mee.”
Dankzij het zendingsveld ging hij hoofd- en bijzaken beter van elkaar onderscheiden. „De hoofdzaken zijn voor mij nog belangrijker geworden. De hoofdthema’s van de gereformeerde dogmatiek - de Schriftleer, de Godsleer en de heilsleer - zijn uitermate relevant voor de wereldkerk. Onze rijke erfenis verplicht ons die uit te stallen en mee te geven aan anderen.”
De ontdekking dat de wijze van Bijbellezen en de uitleg van de Schrift in sterke mate wordt bepaald door de culturele context waarin mensen leven, prikkelde Van Doleweerd tot onderzoek, waarop hij in juni promoveerde. „In Ecuador las ik vaak samen met gemeenteleden de Bijbel. Na een aantal verzen vroeg ik hen dat wat we hadden gelezen met eigen woorden weer te geven. Daarbij viel me op dat ze het gedeelte direct op zichzelf en hun eigen situatie toepasten. Je zou ze zéér bevindelijk kunnen noemen. In onze traditie zijn we veel meer bezig met het verklaren van de tekst, waardoor we afstandelijker en theologischer lezen. Met het gevaar dat we de persoonlijke toepassing op afstand houden.”
Diepe vreugde
Zowel door zijn werk in Ecuador als door zijn promotieonderzoek kwam Van Doleweerd tot de conclusie dat voor een vruchtbaar lezen van de Bijbel drie zaken van belang zijn. In de eerste plaats zorgvuldige aandacht voor de tekst in relatie tot het verband waarin die staat. In de tweede plaats respect voor de leesgemeenschap. „Wij zijn niet de eerste lezers en uitleggers van de Bijbel, maar staan in een lange traditie.” In de derde plaats de persoonlijk toepassing van de tekst in het eigen leven. „Dat punt zou in onze kring meer aandacht mogen krijgen.”
In het voorjaar van 2013 hoopt de zendingswerker met zijn echtgenote en twee kinderen naar Bali te reizen. Van Doleweerd gaat er doceren aan de Hogeschool Johannes Calvin. De drie oudste kinderen blijven in Nederland. Ze hebben vrede met de beslissing van hun ouders. „Zending is in ons gezin altijd een gemeenschappelijk thema geweest.”
Een van zijn leermeesters, dominee C. den Boer, zei ooit tegen hem: ‘Wat is mooier dan een krijtje te mogen zijn in Gods hand, waarmee Hij niet jouw maar Zijn Naam in de wereld schrijft.’ „Dat ben ik nooit vergeten. We hebben uitgebreid gesproken over de offers die deze uitzending van ons vraagt, maar bij geen van allen was er enige reserve. Vanuit het besef dat het voor alles gaat om de komst van Gods Koninkrijk. Het is mij tot diepe vreugde dat ik deze taak heb ontvangen.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 7 november 2012
Terdege | 108 Pagina's