Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Watergeuzen en martelaren rond Brielse Dom

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Watergeuzen en martelaren rond Brielse Dom

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Brielse Dom is enorm. De kerk had nog veel groter moeten worden, in elk geval langer, en de toren veel hoger. De toren moest op 120 meter hoogte gaan reiken naar het onbereikbare. Een kredietcrisis legde aan het einde van de vijftiende eeuw de bouw stil, voorgoed. De kerk is trouwens groot genoeg.

Buiten valt in het plaveisel van de stoep voor de ingang van de Brielse Dom (gewijd aan St. Catharina, schutspatrones van zeelieden) te lezen: “Komt al tot Gods huys in - 1688”. Het herinnert eraan dat in november 1688 stadhouder Willem III met een vloot naar Engeland vertrok. Op de toren van de kerk wuifde echtgenote Mary hem na.
Binnen overvalt je een immens gevoel van oneindigheid. Door tien hoog in de muren geplaatste ramen valt juichend de zon naar binnen. Ronde zuilen wijzen heen naar een hogere wereld. Uit zwarte speakers klinkt orgelmuziek, iets Duruflé-achtigs, daarna bezonken op een paar achtvoets fluiten het koraal “Rust mijn ziel, uw God is Koning”.
De basiliek is als een aangenaam eiland in deze vestingstad, een vluchtheuvel van vastigheid. Toeristen dwalen fl uisterend rond. In een plotselinge opwelling van vroomheid proberen ze hun volle hoofd te deleten en te vullen met iets wat blijvend is. Hier kerken al honderden jaren mensen, tussen de grenzen van geboorte en dood, tussen een eerste lach en een laatste snik. Rieten stoelen staan rond de kansel geschaard, wachtend op de opening van het Woord.

Oranjeraam
Tegen de oostgevel, achter het orgel van de firma W.H. Kam uit Rotterdam, staan de Tien Geboden uitgeschreven. Aan de andere zijde bevindt zich een galerij, bestemd voor weeskinderen. Gildeborden voor graanhandelaren, timmerlieden en kleermakers zijn beschilderd met Bijbelteksten. Aan de houten zolderingen hangen drie kroonluchters.
Een van de gebrandschilderde ramen heet “Oranjeraam”, en werd aangebracht ter gelegenheid van het huwelijk van Willem van Oranje met zijn derde vrouw Charlotte de Bourbon.
Aan de torenzijde van de kerk loopt een kleine expositie, met archeologische vondsten, ornamenten, gedenkstenen, sluitstenen, kapitelen en muurankers. Ernaast staat een twee meter hoog houten doopvont. Vier sterke armen dragen een waterbakje van marmer.
In de stiltekapel worden de Brielse overledenen herdacht. Er ligt ook een voorbedenboek: “God, geef me nog één keer de kans en genees me.” En: “Als alle mensen nu eens geloofden, bestond God misschien wel echt.” Een kinderhandschrift vertelt: “Ik voel mij in deze kerk heel veilig.”

Kloosters
De VVV Zuidhollandse Eilanden heeft een mooie tocht door Brielle, aan de monding van de Maas, uitgezet: “Loven en bidden”, een wandelroute langs kerken, kloosters, kapellen en een synagoge.
De geschiedenis ligt bijna tastbaar op straat. Bekend zijn nog ruige verhalen over martelaren, watergeuzen en Spanjolen. Na de St. Catharijnekerk voert de route langs het Brigittenpoortje, de enige tastbare herinnering aan de vijf rooms-katholieke kloosters die Brielle ooit telde.
Toen in 1572 de protestanten het voor het zeggen kregen, was er voor een klooster geen plaats meer.

Jacob van Maerlandt
Vlakbij, aan de overkant van de Brigittenweg, staat het Merula Weeshuis, genoemd naar Angelus Merula (tijdgenoot van Erasmus en Luther). Al vóór de Reformatie had Merula sympathie voor de komende hervormingen, waardoor Rome hem als een ketter beschouwde. En dus werd de goede man weggeleid naar Bergen (in België), waar de brandstapel op hem wachtte. Onderweg stierf hij aan een hartaanval.
Een gevelsteen boven de voordeur laat iets zien van het leven in het weeshuis. Aan de ene kant zitten de meisjes, aan de andere kant de jongens. Voor hen staat de schoolmeester. Het weeshuis hield in 1948 op te bestaan.
Via de St. Catharijnehof, de Langestraat en de Raas kom je op het Asylplein, een ware oase in de stad.
Het Asyl was een tehuis voor “oude en gebrekkige zeelieden”. In dit hofje woonde ooit de man van Jacoba van Beieren, gravin van Holland en Zeeland en hertogin van Beieren.
Op de plaats van het Asylplein stond lang geleden de Pieterskerk, een rooms kerkgebouw waarvan de middeleeuwse schrijver Jacob van Maerlandt nog koster geweest moet zijn. Hij woonde op nummer 22. Het huis staat er nog. Een gedenksteen vertelt hier: “Ter herinnering aan Jacob van Maerlandt, die hier coster der Maerlandtse kerk was”.

Sjoel
“Loven en bidden” voert langs het oudste monument van Brielle, de begijnhofkapel aan de Coppelstockstraat. Rond de kapel woonden vroeger begijntjes, die hier hun dagen sleten op een bestaan van wat vierkante meters, losgeweekt van “het grote ongenoegen” dat buiten was. Toen het laatste begijntje uit de tijd was geraakt, veranderde de kapel in een turfpakhuis. Later werd het maalderij. Nu hoort de kapel bij de nieuwbouw ernaast, waar mensen met een licht verstandelijke beperking begeleid wonen.
Aan de Turfkade staat de Brielse sjoel, volop in gebruik tot 1942.
Toen werden 42 Brielse joden door de Duitsers gedeporteerd, niemand keerde ooit weerom. De synagoge raakte in verval, maar werd in 1999 teruggebracht in oude staat. Nu is het een cultureel centrum.
Buiten de stad staat het eindpunt van de route: de Bedevaartskerk. De kerk is gebouwd op de plaats waar in 1572 de watergeuzen in een turfschuur negentien rooms-katholieke geestelijken ombrachten, na hen eerst te hebben gefolterd en vernederd. De geestelijken hadden geweigerd het protestantse geloof aan te nemen en dat kostte hun het leven. De meesten van hen kwamen uit Gorcum.
Vandaar de naam “Martelaren van Gorcum”. Sinds 1931 staat op dit “martelveld” de Bedevaartskerk.
Deze kerk is ieder jaar op 9 juli een pelgrimsoord waar de Martelaren van Gorcum worden herdacht.

---
1 april
Niemand kan eromheen: “Op 1 april verloor Alva zijn bril”. Op 1 april 1572 namen de watergeuzen (diezelfden van de massamoord in de turfschuur) de stad Den Briel in. De Spaanse Hertog Alva verloor de strijd. Hij verloor dus niet zijn bril, maar Den Briel.
Nog steeds wordt dat in Brielle ieder jaar herdacht, op 1 april. Dan krioelt het er weer van geuzen en Spanjolen.
Met een scheepsmast wordt krachtig op de Noordpoort geramd, de Spaanse vlag wordt neergehaald, de prinsenvlag gehesen, en van tijd tot tijd wordt een lied aangeheven: “In naam van Oranje doe open de poort, de watergeus ligt aan de wal”.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 juli 2012

Terdege | 100 Pagina's

Watergeuzen en martelaren rond Brielse Dom

Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 juli 2012

Terdege | 100 Pagina's