Doorvertellen wat God gedaan heeft
Rabbijn David Brodman: „Ons educatiecentrum wil geen mensen bekeren tot het jodendom''
Zelf noemt rabbijn Brodman de plaats Savyon, waar hij de joodse gemeente leidt en het Centrum voor Joodse Studie is gevestigd, het Wassenaar van Israël. Maar dat is nog zwak uitgedrukt. Dit elitedorp doet meer denken aan Beverly Hills aan de westkust van de Verenigde Staten. „Ze waren hier niet blij toen ik bij mijn intrede zei dat de synagoge wel een vervallen garage leek, vergeleken bij al die villas.
Het is even zoeken. „Maar als je eenmaal in Yehud bent, kan het niet missen. Iedereen kent Savyon, legt de zoon van rabbijn Brodman, Samuel Brodman, uit via de telefoon. „En dan in Savyon vragen naar de synagoge. Die weet ook iedereen te vinden.
De ene lommerrijke laan rijgt zich aan de andere. Linksaf, rechtsaf. De enorme villas, achter hekken en hagen, zijn als parels aan een glinsterende ketting. Frisse, groene gazons, bloeiende bloemen, palmen. Dure ligbedden aan de rand van zwembaden, kapitale autos voor dubbele garages aan het eind van lange oprijlanen. In Savyon is het leven goed. En luxe. Heel luxe.
De gemeente, gelegen ten oosten van Tel Aviv, telt niet veel inwoners. Maar de paar duizend mensen die er wonen zijn, op zn zachtst gezegd, bovenmodaal.
Rabbijn Brodman lacht, terwijl hij zijn zwarte hoed aan de haak van de deur hangt in zijn ruim bemeten studeerkamer, die natuurlijk, net als alle andere ruimten in de synagoge, voorzien is van airconditioning. Hij zakt weg in de grote leren stoel achter zijn bureau. Op het bureau een flatscreen en langs de muren hoge boekenkasten met veel Hebreeuwse literatuur. „Ja, t is hier mooi. En de synagoge is de afgelopen jaren helemaal opgebouwd, we hebben niets te klagen.
De voorganger van de joodse gemeente gaat ook in de warme zomermaanden gekleed in het zwart. Een lange preekjas, zwarte broek, zwarte schoenen, wit overhemd en stropdas met een grijs kriebeltje. Zijn gezicht wordt omlijst door een grijze baard en op zijn kale kruin draagt hij een keppeltje. Vanachter zijn bril kijkt hij pienter de wereld in. Je maakt rabbijn Brodman niet zomaar wat wijs.
Bij(bel)les
David Brodman werd in 1936 geboren in Rotterdam. Hij werd gemeenterabbijn in Amsterdam en kreeg in 1973 het verzoek om rabbijn te worden in Savyon. „Het was aan de vooravond van de Yom Kippuroorlog dat ik hier kwam. Dat vergeet je niet meer. We hebben in die tijd nog in de schuilkelder van de synagoge gezeten.
Toen hij in Savyon kwam, was het gemeenteleven niet erg florissant. „Ik heb dat ook gezegd, toen ik hier kwam. Dat het niet kon dat het huis van God er zo bij stond, terwijl de gemeenteleden allemaal in van die prachtige huizen woonden. Dat is me eerst niet in dank afgenomen, maar gaandeweg is er toch wel wat veranderd. Hij wijst om zich heen. „Het draait hier nu allemaal goed.
En ook dat is een understatement. De synagoge aan de Hadaromstreet in Savyon is een uitstekend lopend bedrijf geworden. De rabbijn leidt bezoekers graag rond. De synagogezaal zit op de sabbat niet helemaal vol, maar „de opkomst is goed. Op bijzondere feestdagen, zoals Grote Verzoendag, is het afgeladen.
De synagoge van Savyon is niet alleen het hart van het gemeenteleven, maar herbergt ook een landelijk bekend joods educatiecentrum, een pedagogisch centrum voor joodse opvoeding, zoals het in een Nederlandstalige folder wordt genoemd. Rabbijn Brodman: „Toen ik hier kwam, viel het me steeds meer op dat de meeste joodse kinderen zo erbarmelijk weinig weten van de geschiedenis, van hun joodse wortels, van de Bijbel. Natuurlijk: Adam en Eva dat gaat nog wel, maar als je iets doorvraagt, wordt het moeilijk.
Hij schuift zn keppeltje recht en maakt een klein uitstapje. „Ik ben wel eens jaloers op de orthodoxe christenen in Nederland. Ik heb daar veel contacten mee en als ik zie wat die allemaal weten van de Bijbel. Hij steekt zn handen in de lucht: „Niet te vergelijken met de mensen hier, echt niet.
Dus zag de nieuwe rabbijn van Savyon het als zijn taak om kinderen (eerst uit de eigen gemeente) een soort bijles te geven. „Dat viel niet mee, hoor. Veel seculiere joden staan daar erg wantrouwend tegenover. Ze zijn bang dat de kinderen geïndoctrineerd worden.
Toch begon Brodman met naschoolse lessen aan joodse kinderen. „Dat sloeg aan. We hebben er speciaal een juf voor aangenomen. Iemand die ook een onderwijsbevoegdheid heeft, dat spreekt vanzelf. En gaandeweg zag je het wantrouwen verdwijnen.
Spelenderwijs
Inmiddels is er in Savyon een joods educatiecentrum ontstaan met verschillende onderwijzers, die het hele jaar door groepen kinderen, soms met hun ouders, dingen vertellen over het jodendom. „Ze komen uit het hele land, van noord tot zuid, en de reacties zijn bijzonder goed.
Zijn zoon, rabbijn Samuel Aharon, is inmiddels aangetrokken als managing director, terwijl rabbijn David Brodman zichzelf general director noemt. Jaarlijks komen er zon 10.000 bezoekers naar Savyon om zich in het joodse centrum te laten vertellen over het jodendom, over religieuze gebruiken en over de Bijbel. „En we krijgen geen cent subsidie, dus we zijn afhankelijk van dat wat de groepen betalen en van giften, aldus rabbijn Brodman.
„We doen het allemaal zoveel mogelijk spelenderwijs, vertelt zijn zoon. „Dat werkt het best. We laten zien wat een torarol is, hoe je die leest, en ondertussen vertellen we allemaal dingen uit de Bijbel. „Creatief bezig zijn, is voor kinderen het plezierigst. Ze mogen dingen doen, kunnen dingen eten en kijken natuurlijk rond in de Bijbelse Tuin.
Water uit de steen
De Bijbelse Tuin voor de synagoge is een trekpleister. Vader en zoon Brodman lopen er graag doorheen en wijzen naar bijzondere bomen en planten. „Kijk, dit is de boom waaronder Abraham zat toen de engelen bij hem op bezoek kwamen, wijst Samuel. Iets verderop staat de droogste struik die in de Bijbel voorkomt. „Die kan echt toe met een minimum aan water.
Zijn vader staat inmiddels bij een grote steen die de steenrots moet voorstellen waar Mozes tegen moest praten, zodat hij water zou geven voor het volk. „Mozes praatte niet maar sloeg. En dat was een grote zonde, zo groot dat hij uiteindelijk niet het Beloofde Land mocht binnengaan, doceert vader Brodman.
Hij gaat naast de steen staan en kondigt aanschouwelijk onderwijs aan. „Als er tegen deze steen gepraat wordt, geeft hij water. Ik zal het laten zien. Hij roept tegen de steen dat hij water moet geven en terstond gulpt het water uit een waterbekken over de steen heen. De rabbijn lacht slim. „Wonderen bestaan nog steeds, dat is wel duidelijk.
Ondertussen wijst hij met zijn voet naar een knop die kunstig verborgen aan de voet van de steenrots zit. „Daar druk ik op als kinderen tegen de rots praten en dan geeft hij dus water, lacht hij. „We zeggen het er altijd wel eerlijk bij hoor, dat het niet echt een wonder is.
Militairen
Ondertussen is de faam van het Centrum voor Joodse Studie Savyon wijdverbreid in Israël en zelfs in het buitenland. „We hebben hier diverse keren groepen uit Nederland op bezoek gehad, onder andere via Christenen voor Israël. Ook hen vertellen we dan over het jodendom, aldus rabbijn Brodman. „Erg plezierig om die mensen over de vloer te krijgen. Ze weten veel en ze zijn bijzonder geïnteresseerd. Ik zei het al eerder: ik ben er wel eens jaloers op als ik het vergelijk met wat de joden zelf weten van hun geschiedenis.
Nog bijzonderder is dat inmiddels jaarlijks niet alleen veel kinderen de weg naar Savyon weten te vinden, maar ook militairen. „We hebben er erg voor moeten lobbyen, maar we krijgen nu ook regelmatig groepen militairen over de vloer. We bieden hen een dagprogramma aan, waarin ze veel te weten kunnen komen over hun joodse oorsprong. De legerleiding was er eerst beslist niet happig op, omdat ze bang was voor indoctrinatie. Maar inmiddels is ook dat wantrouwen weg en krijgen we veel enthousiaste reacties. Daarnaast bieden we ook cursussen aan voor onderwijzend personeel, gegeven door tal van onderwijzers die we inmiddels zelf hier in dienst hebben genomen. Ja, het heeft een grote vlucht genomen, zegt David Brodman met voldoening. „Daarom ben ik ook zo blij dat mijn zoon hier is komen werken. We kunnen iets groots doen, iets bijzonders, heb ik hem gezegd. En dat is inderdaad zo.
„Laat mijn volk het weten...
Beneden, in de schuilkelder, is onder andere een filmzaal, waar een korte film vertoond wordt over het studiecentrum. Samuel Brodman bedient, door de afwezigheid van de educational director Sarah Rosenbaum, zelf de knoppen. Een gelikte film verschijnt op het scherm. Blije kinderen die zichtbaar genieten van het onderwijs en de spelletjes in het centrum.
Dan verschijnt rabbijn David Brodman zelf in beeld. Hij vertelt van zijn jeugd. „Ik heb, toen ik tussen de 6 en 9 jaar was, in drie concentratiekampen gezeten en ben een van de weinigen die het overleefd hebben. Dat heeft veel met me gedaan en het heeft mijn band met het jodendom en met mijn joodse wortels verder versterkt. Daarom wil ik er ook zo graag over vertellen.
De rabbijn knikt als hij zichzelf op het scherm ziet. „Het gaat niet om mij, maar na de ervaringen in de concentratiekampen wil ik inderdaad graag veel meer mensen vertellen over het jodendom. Het is een wonder dat ik nog leef, dat ik het nog vertellen kan.
Hij pakt een reclameposter voor het centrum. In grote oranje letters staat er in het Engels: „Laat mijn volk het weten... Een verwijzing naar Exodus 13:8: „En gij zult uw zoon te kennen geven te dienzelve dage, zeggende: Dit is om hetgeen de Heere mij gedaan heeft, toen ik uit Egypte uittoog.
„Daar gaat het om in het jodendom, meent de rabbijn. „Doorvertellen. We moeten weten wat er gebeurd is, wat God gedaan heeft voor Zijn volk. En zeker het joodse volk moet dat weten
613 geboden
Missionair is het centrum niet. Rabbijn Brodman lacht. „Nee, zo zit het jodendom niet in elkaar. Dat is een groot verschil met het christendom. Wij bedrijven geen zending. God heeft Zijn verbond gesloten met het joodse volk. Daar zijn de geboden voor. Maar liefst 613 geboden die we houden moeten om goed te leven. Dat is geen kleinigheid. Het is niet gemakkelijk om bij het uitverkoren volk te horen. Als mensen mij in mijn hoedanigheid van rabbijn vragen of ze zich niet tot het jodendom kunnen bekeren, houd ik de boot meestal af. Waarom zou je dat doen? Het is veel beter om een goede niet-jood te zijn dan een slechte jood.
Maar joden moeten wel leren leven volgens de regels die God in de Bijbel gesteld heeft. Als ik een joods gezin weer terug zie gaan naar een orthodoxe joodse levensstijl, dan maakt me dat dankbaar. Maar wat de niet-joden betreft: daar heeft God zijn eigen plan mee.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 4 oktober 2006
Terdege | 90 Pagina's