Bevestiging en intrede ds. P. Melis te Ermelo
Op woensdagmiddag 6 april 2011 werd ds. P. Melis verbonden aan de gemeente van Ermelo. Hiermee is na het vertrek van ds. L. Blok een vacante periode van bijna vier jaar afgesloten. Ds. Melis is de vierde predikant van Ermelo, die dit jaar 45 jaar bestaat.
Consulent ds. G. van Manen uit Elspeet leidde de bevestigingsdienst. Hij bepaalde de gemeente bij Jes. 62: 6 en 7. ‘O Jeruzalem, Ik heb wachters op uw muren besteld, die geduriglijk al den dag en al den nacht niet zullen zwijgen. O gij die des HEEREN doet gedenken, laat geen stilzwijgen bij ulieden wezen. En zwijgt niet stil voor Hem, totdat Hij bevestige en totdat Hij Jeruzalem stelle tot een lof op aarde’. Als thema voor de prediking koos ds. Van Manen voor ‘De wachters op de muren van Jeruzalem’. Hij stond stil bij (1) de aanspraak tot Jeruzalem, (2) de roeping van de wachters en (3) de zegen des Heeren. De predikant vergeleek het werk van de wachters met het werk van een herder en leraar in een gemeente. Zo moest Jesaja als een getrouw wachter het volk vermanen, bestraffen, onderwijzen en troosten. Als het volk eigen wegen ging, moesten de oordelen aangezegd worden. Ook mocht Jesaja de verlossing uit de macht van Babel voorzeggen. Dit is een afspiegeling van het werk van Christus, Die Zijn volk verlost uit de macht van satan. Wachters zijn als bewaarders aangesteld en hebben het opzicht over de gemeente. Zij zijn geroepen om Hem in gedachtenis te brengen en Zijn deugden te verkondigen en af te drukken in de zielen. Ds. Van Manen noemde ook de roeping om de nood van de gemeente bij God in gedachtenis te brengen, opdat Hij gedenke aan Zijn verbond. Aanhouden en gedurig kloppen. Ds. Van Manen riep de gemeente op de predikant dit niet alleen te laten doen. Laat er een voortdurend gemeenschappelijk gebed opgaan. In het bijzonder op zaterdag en zondag kan dit niet gemist worden. De satan is dan druk bezig het werk van de wachter te verstoren en af te breken. Ook is een gedurig gebed om de zegen des Heeren onderdeel van de roeping. Gelukkig staat er ‘totdat’. Dit betekent dat het niet afhangt van het gebed. De Heere wil Zijn zegen geven om Zijns zelfs wil. De bevestiger wenst dat het werk van de wachter mag leiden tot meerdere kennis van de volheid van Christus. Na het lezen van het bevestigingsformulier verbond ds. Melis zich met de bekende woorden ‘ja ik, van ganser harte’ aan de gemeente van Ermelo. Na enkele persoonlijke woorden aan ds. Melis en de gemeente, verzocht ds. Van Manen de gemeente hun nieuwe herder en leraar staande ps. 20:1 toe te zingen.
’s Avonds deed ds. Melis intrede. Hij sprak over 1 Kor. 3:11. ‘Want niemand kan een ander fundament leggen dan hetgeen gelegd is, hetwelk is Jezus Christus.’ Hij stond stil bij (1) het fundament, (2) het leggen van het fundament en (3) het bouwen op dat fundament. Ds. Melis gaf vooraf in een persoonlijk woord aan dat de Heere de gemeente Ermelo op zijn hart gelegd had. Zonder u te kennen had de Heere al liefde voor u gewerkt. Het is Gods welbehagen mensen te gebruiken om de gemeente van Christus te bouwen.
In de prediking wees ds. Melis op de situatie in Korinthe. In de gemeente was onenigheid over Paulus en Apollos. Beiden kunnen echter niets geven. Het gaat om de Heere. Het is onze roeping om de enige weg tot zaligheid te prediken. Dit is het fundament. Bij het bouwen in het dagelijks leven begint het ook bij het fundament van een gebouw. Dit moet stevig en vast zijn. Het is mijn hartelijke wens mee te mogen helpen bij het bouwen van het Godsgebouw. Hier zien we het werk van de drie Personen in het Goddelijk wezen terug. De Vader Die ontwerpt, de Zoon Die betaalt en de Heilige Geest Die bouwt. Alleen door het bloed van Christus kunnen we een plaats krijgen in het Godsgebouw. Het is Gods eeuwig welbehagen dat dit ook kan, want de Heere kent degenen die de Zijnen zijn. Op meerdere plaatsen in de Bijbel lezen we over het leggen van het fundament. Zo zegt de Heere in Jes 28:16 “Ik leg een Grondsteen in Sion.” Ds. Melis geeft aan dat andere fundamenten niet goed zijn. Hij riep jong en oud op hem aan te spreken als hij een ander fundament zou verkondigen. In de prediking moeten we ook kunnen horen wie op dat fundament gebouwd wordt. Ieder moet kunnen horen waar hij of zij staat. Het onderscheid tussen zijn en schijn moet duidelijk zijn. Dit is een moeilijk en verantwoordelijk werk voor de prediker. Alles komt in het vuur. Alleen goud, zilver en kostelijke stenen houden stand. Hout, hooi en stoppelen zullen verbranden. Alles wat van de mens is zal vergaan. Wat is het dan een wonder als wij mogen leren: ‘Mij, de grootste van de zondaren is barmhartigheid geschied.’ Deze zaligheid is te verkrijgen voor armen en ellendigen in zichzelf. Ds. Melis riep iedereen op dit fundament te zoeken.
Na de prediking sprak ds. Melis enkele persoonlijke woorden. Hij bedankte allereerst ds. Van Manen voor de bevestiging en de hartelijke woorden, waarin liefde, verbondenheid en ernst zichtbaar en voelbaar waren. Ook dankte hij de consulent voor het werk in de vacante periode. Ds. Melis is de gemeente erkentelijk voor het hartelijke ontvangst. Mede door de inzet van veel vrijwilligers heeft de pastorie een metamorfose ondergaan. Ook de vele predikanten, vertegenwoordigers van diverse kerkenraden, plaatselijke kerken en burgerlijke overheid wordt dankgezegd voor de aanwezigheid. Tenslotte sprak ds. Melis de gemeente, de kerkenraad en zijn familie toe.
De nieuwe Ermelose predikant werd vervolgens namens classis Barneveld en Particuliere Synode Oost toegesproken door ds. G. Beens uit Kootwijkerbroek. Ouderling F.N. Snoek van de Oud Gereformeerde Gemeente Ermelo sprak hem toe namens de plaatselijke kerken. Ouderling A.C. Duifhuizen heette de predikant en zijn gezin hartelijk welkom namens kerkenraad en gemeente. Hij benadrukte het grote voorrecht dat de gemeente nu weer een eigen predikant van de Heere heeft ontvangen. Hij dankte ds. Van Manen en ds. F. Mulder voor het werk dat zij als consulent mochten verrichten. Ouderling Duifhuizen wijst nog op de woorden van ds. L. Blok toen hij enkele dagen na het aannemen van het beroep naar Gorinchem een ledenvergadering leidde: ‘De borstlap zal van de efod niet afgescheiden worden.’ Dit gaf verwachting en de Heere heeft het ook waargemaakt in de vacante periode. Hij verzoekt vervolgens de gemeente de nieuwe predikant staande Ps. 40:5 toe te zingen. Ds. Melis bedankt de sprekers en besluit de intrededienst.
N.B. Opmerkelijk is dat ds. L. Blok zich in 1996 met dezelfde tekst had verbonden aan Ermelo.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 april 2011
De Saambinder | 16 Pagina's