Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

JESUS CHRIST SUPERSTAR (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

JESUS CHRIST SUPERSTAR (2)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ds. Poort was nogal enthousiast over het spektakelstuk: Jesus Christ Superstar, zoals wij de vorige keer hebben gezien. Het moet dan wel een zeer verheven stuk geweest zijn, als een 'rechtzinnig' predikant, er zo weg van is. In het Nederlands Dagblad heb ik echter hele stukken van de tekst gelezen. En als ik die dan leg naast het enthousiaste verslag van ds. Poort, dan begrijp ik het niet meer. Is ds. Poort dan geheel verblind? Hoe is het mogelijk, dat hij er nog een goed woord voor over heeft?

De titel alleen al moet ons doen gruwen. Het woordje Superstar zou men kunnen vertalen door Topster! Het is een woord, dat uit de showbusiness stamt, dat dan gebruikt wordt voor sterren, die tegen de gevestigde orde ingaan. Met deze 'sterren' wordt Christus nu op één lijn gesteld. Ook Hij zou een soort revolutionair geweest zijn. Men heeft Hem meer dan eens vergeleken met iemand als Martin Luther King. De Heere Jezus toch, liet wat het geweld betreft, de bestaande orde onaangetast. Zijn Koninkrijk was niet van deze wereld. Dat heeft men in de roek-opera als volgt weergegeven. Als Pilatus de Heere Jezus vraagt: Zijt gij waarlijk een koning? Dan antwoordt Jezus: There may be a kingdom for me somewhere. If I only know. — Er kan wel ergens een koninkrijk voor mij zijn. Als ik maar wist waar! — De Heere Jezus zou dus niet de absolute Koning zijn van het Koninkrijk der hemelen, neen, Hij is slechts een goed mens, die op zoek is naar een heilstaat, maar niet weet, waar hij die vinden kan! Doet de titel van het stuk ons al walgen, met de inhoud is het nog veel erger. De ouverture bestaat uit een monoloog van Judas. Judas is niet de dief, de huichelaar, zoals de Bijbel hem tekent, neen. Judas is een beste man, die zich het lot van de armen heeft aangetrokken en nu erop uit is hen wel te doen. Hij zoekt verbetering van het menselijke lot. Daarom is het, dat hij zich tot Jezus voelt aangetrokken. Doch als dan Jezus gaat zeggen, dat Hij de Messias is, de Zoon van God, dan komt het tot een breuk. Judas waarschuwt dan Jezus als vriend voor de mogelijke gevolgen.

„Luister, Jezus naar de waarschuwing die ik je geef, houd er alstublieft rekening mee, dat wij leven willen. Was timmerman gebleven... Aanvankelijk werd er niet over God gesproken, we noemden je een kerel en — geloof mij — mijn bewondering voor jou is niet verdwenen... " De volgende dag komt Judas bij Annas en Kajafas. Als argument brengt hij naar voren dat hij komt omdat Jezus de zaak niet meer onder controle kan houden. Hij put zich uit in verontschuldigingen en wijst erop dat hij geen beloning wil. Hij neemt pas geld aan, nadat Kajafas hem verzekerd heeft, dat hij met dat geld veel goeds kan doen voor liefdadigheid en voor de armen. Want, zegt Kajafas, wij kennen je motieven en je gevoelens. Na het verraad komt het berouw van Judas: „Ik ben bevlekt met onschuldig bloed. Ik weet niet, hoe ik Hem lief moet hebben, ik weet niet, wat in Hem mij bewoog. Hij is een kerel, wat een kerel is hij. God, ik zal nooit te weten komen, waarom u mij koos voor uw misdaad, voor uw idiote vervloekte misdaad. U hebt mij vermoord". Hierop volgt dan het koor van de vrouwen der discipelen, die zingen: „Arme oude Judas, tot ziens. Judas". Volgens het toneelstuk leven Jezus en Judas onder het juk van een onbegrijpelijke God, waardoor zij beiden moeten sterven voor de idealen waarmee zij leven. Is wat men Judas laat zeggen, geheel onbijbels, nog erger wordt het wat men Maria Magdalena in de mond legt. Ze wordt getekend als een "groupie', dat is een behaagzieke vrouw die achter haar 'ster' aanloopt — in dit geval de Heere Jezus — om die te vereren en er mee te flirten! Zo zegt ze tot Jezus: Laat mij je gezicht wat betten. Waarop Jezus antwoordt: Wat voelt dat prettig aan, zo heerlijk... Maria dat is goed, terwijl jullie onder het eten door zitten te praten over ditjes en datj*s (het gaat hier over de discipelen) is zij de enige die tracht mij te geven wat ik hier en nu nodig heb. Het is nu Judas, die opmerkt: „Het doet vreemd en geheimzinnig aan dat een man als jij je tijd kan verspillen met vrouwen van haar soort. Ik kan begrijpen, dat ze jou amuseert, maar dat je je door haar laat strelen en je haar laat kussen, past moeilijk in jouw stramien. (....)". Het is met tegenzin en afkeer, dat ik deze citaten uit dit zo goddeloze stuk geef, daarom kan ik ook geen hoofdletters schrijven als het over Jezus gaat, want het is niet de Christus der Schriften, doch een karikatuur van Hem. Toch acht ik het nuttig, dat wij er iets van af weten, opdat wij onze jonge mensen kunnen waarschuwen, die door ds. Poort naar zulk een verderfelijk stuk gestuurd worden.

Als Jezus opgewonden ingegaan is op het verwijt van Judas, tracht Maria Magdalena hem te sussen. Ze zegt: Maak je niet bezorgd, probeer je niet op te winden. Alles is in orde en alles is fijn. We willen dat je fijn slaapt vannacht. Laat de wereld maar draaien (...). Slaap en ik zal je sussen, je kalmeren en je inwrijven met myrrhe en dan zal je je fijn voelen(...). Doe je ogen dicht, doe je ogen dicht en relax, denk nergens aan vannacht.

Dan volgt uiteindelijk het liefdeslied, waar ds. Poort van gezegd heeft: „Ik heb zelden een dergelijke vocale liefde voor Christus beluisterd, zeker niet in ons kerkelijk psalmgezang". De vertaling is ongeveer als volgt: Ik weet niet, hoe ik hem lief moet hebben, wat ik moet doen om hem te bewegen. Ik ben helemaal veranderd in een paar dagen. Ik lijk wel iemand anders (...) Het is een vent, een echte kerel. Ik heb voordien zoveel mannen gehad, van velerlei soorten, maar hij is'werkelijk meer.(...). Toen hij zei, mij lief te hebben, was ik verloren, werd ik bang, ik kon mijzelf niet goedhouden, ik moest mijn hoofd afwenden. Hij maakt mij bang. Ik wil hem zo graag hebben, ik houd zo van hem..." Wordt hier de hoogheid, de aanbiddelijkheid, de heiligheid van a tot z onaangetast en zelfs geëerd, gehonoreerd, zoals ds. Poort stelt? Juist omdat het op Christus slaat vind ik het door en door goddeloos. Hier wordt de heiligheid van Christus niet gehonoreerd, maar gelasterd. Christus had geen verhouding met een vrouw. Hij had van geen enkele vrouw troost nodig.

Het hele stuk is pervers. Wat te denken van de discipelen, die bij het laatste Avondmaal stomdronken worden? „Ze zakken weg in een kuip vol wijn en het koor van discipelen zingt dan ook: Wij hoopten altijd apostelen te worden, we wisten, dat het ons zou lukken als we het probeerden. Want als we ons terugtrekken kunnen we de evangeliën schrijven. Zo zal men ook na onze dood over ons praten." Dat de discipelen in slaap vallen is dan ook niets anders da neen dronkenmansroes! Is het niet schandelijk? En dan het slotvers, waarover ds. Poort zo jubelt. Wanneer wordt het gezongen en wat is de inhoud? Een verwijzing naar Pasen? Neen, het is Judas die wil weten waar hij met Jezus aan toe is. Judas, die — buiten het kader van de Bijbel en de tijd om — vraagt naar de verhouding met Boeddha en Mohammed. Hierbij breekt de jubelzang los van het koor: Jezus Christus, wie bent u? Wat hebt u opgeofferd? Jezus Christus, topster, denkt u, dat u bent, wat ze zeggen dat u bent ? Is dit uitzicht op Pasen? De vraagtekens en de onzekerheid, zeggen wat anders! En dan de vergelijking, die ds. Poort maakt met de uitvoering van de Mattheüs-Passion van J. S. Bach! Neen, wij houden geen pleidooi voor die uitvoering van Bach. Daartegen hebben wij ook onze bedenkingen. Maar toch moet gezegd worden, dat Bach in zijn vertolking Bijbelgetrouw is en vol eerbied. Het stuk van Bach ademt een geheel andere geest, dan dat van Jesus Christ, Superstar.

Het Nederlands Dagblad merkt terecht op: Wat in Superstar gebeurt is spelen met de Bijbel, ontwaarding.van Christus, vanwege een verhouding met Maria Magdalena, ontwaarding van Maria Magdalena, vanwege haar verhouding met Christus, ontwaarding van de discipelen vanwege hun dronkenschap bij het Laatste Avondmaal en opwaardering van Judas. Hoe kan en hoe durft ds. Poort naar zo'n goddeloos spel te gaan zien, en hoe kan en hoe durft hij daarvoor reclame te maken, en dat nog wel op catechisatie ? We kunnen begrijpen, dat de Gereformeerde Bond in Barendrecht ds. Poort geweigerd heeft de diensten met Pasen te leiden in verband met zijn publicatie over deze opera. Ds. Poort bevindt zich volgens hen op een heilloze weg. Zo is het inderdaad.

Amersfoort

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 mei 1972

De Saambinder | 4 Pagina's

JESUS CHRIST SUPERSTAR (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 mei 1972

De Saambinder | 4 Pagina's