Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE GROTE OPDRACHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE GROTE OPDRACHT

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Als je maar eens op school komt, dan zullen ze je wel!"

Deze uitdrukking wordt nogal eens gehoord in de tijd wanneer de kinderen voor het eerst naar school moeten. Dat men tot zon gezegde komt, is een teken, dat het thuis niet precies in orde is; dat er moeilijkheden zijn, die vader en moeder niet zo best kunnen overwinnen. Op school zullen ze het beter klaar spelen, want daar zijn de „vakmensen", die er voor geleerd hebben. Dat zulke ouders, door zó over de school te spreken, heel verkeerd doen, beseffen ze blijkbaar niet. Welke gedachten moet een kind wel van de school krijgen? „Daar zullen ze je wel; daar zal je het moeten kennen; daar zijn ze zo teer niet aangelegd".

Het is geen wonder, dat kinderen dan een denkbeeld van school krijgen, dat helemaal verkeerd is. De „vakmensen" zullen het wel doen. Het is immers hun werk! Zo vaak hebben ze het gezien, hoe het onderwijzend personeel die woelige, dartele scholieren naar hun hand zet en er dagelijks mee kan omgaan. „'Dat is nou eenmaal een kunst apart", zo zegt men; en veelal wordt er bijgevoegd: „Ik zou geen onderwijzer of onderwijzeres kunnen zijn; ik zou...." En dan komt er wat er in moeilijke gevallen zou gedaan worden.

Deze uitdrukkingen bewijzen wel, dat het thuis een toer is om de enkele 'kinderen in toom te houden. Wanneer er gezegd wordt, dat de onderwijzers er voor geleerd hebben om dat „kunstje" te kennen, is dat foutief. De practische opleiding is lange tijd niet geweest zoals 'het eigenlijk wel behoorde. Kennis en nog eens kennis was alles wat de klok sloeg.

Het staan vóór de klas is de leerschool voor het onderwijzend personeel. In theorie kunnen we het nog zo goed weten, in de praktijk blijkt, dat het toch wel wat anders is dan wat er staat in een schoolboek. Wellicht is er geblokt op een hoofdstuk over karakterkunde, over gevoelige perioden in het kinderleven, over alle mogelijke psychologische verschijnselen, maar.... de praktijk is anders.

We hebben met levend materiaal te doen, en niet met opstellen uit 'n boek. Bovendien hebben wij te maken met onvolmaakte kinderen. Eén Kind is er slechts geweest, waarbij geen opvoedkundige moeilijkheden te pas kwamen. Dat Kind is de Heere Jezus. Hij was Maria en Jozef onderdanig, en volmaakt. Nooit zijn er meer ouders geweest, die zon gewillig en gehoorzaam kind hadden als zij.

Hoe zou het ook anders kunnen? De Heere Jezus heeft nooit zonde gedaan; er is nooit bedrog in Zijn mond geweest. Maar onze kinderen zijn van nature kinderen des duivels, vol bedrog en arglistigheid. Dat is wel hard en geenszins vleiend, maar het is de waarheid. Ons portret en dat van onze kinderen staat ten voeten uit getekend in het derde hoofdstuk van de Romeinenbrief. En die tekening is niet overdreven.

Met zulke kinderen moet het onderwijzend personeel, dat hetzelfde portret heeft, omgaan. Neen, meer nog: de kinderen moeten onderwezen worden in de leer, die naar de godzaligheid'leidt; ze moeten nuttige leden worden in de maatschappij; voorzichtig leren wandelen, daar de dagen boos zijn; oprecht als de duiven en listig als de slangen.

Welk een ontzaggelijke opdracht! Wie is daartoe bekwaam? Gelukkig, dat de Heere Zelf heeft gezegd: „In dien u wijsheid ontbreekt, dat gij het van Mij begere".

M.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 november 1956

De Saambinder | 4 Pagina's

DE GROTE OPDRACHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 november 1956

De Saambinder | 4 Pagina's