Om de zichtbaarheid van de kerk
De kerk heeft het moeilijk, dreigt in de samenleving hier en daar ondergesneeuwd te raken in een kakofonie aan geluiden, in kranten, op websites en sociale media. Het dwingt de kerk te werken aan haar eigen zichtbaarheid. Zij is dat aan haar boodschap verplicht.
Dat is de inzet van het boek ”100 Ways to Get Your Church Noticed”, van de Engelse communicatiedeskundige Neil Pugmire. Op initiatief van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) verschijnt het in een Nederlandse versie onder de titel ”Kijk, de kerk!” (uitg. Boekencentrum, Zoetermeer, 257 blz. € 19,90). Het boek bevat ”100 manieren om de zichtbaarheid van de lokale kerk te vergroten”. Het gaat over identiteit, over websites, kerkbodes en prikborden, over de uitstraling van het kerkgebouw en het gebruik van sociale media.
Enthousiasme
Marloes Nouwens, woordvoerder van de Protestantse Kerk, komt in haar werk dagelijks mensen tegen die hun enthousiasme voor de kerk willen delen met anderen, zegt ze in het Landelijk Dienstencentrum van de PKN in Utrecht. „Maar hoe doen we dat? Hoe zorg je ervoor dat je in deze maatschappij met een enorme hoeveelheid aan geluiden ook jouw geluid kunt laten horen? En hoe zorgt de kerk ervoor dat haar geluid ook wordt opgepikt?”
De kerk heeft een boodschap te vertellen, heeft iets groots te delen, mag het Evangelie van vrije genade verkondigen. „Om die boodschap bij de mensen te brengen is een goede vorm van communicatie nodig. Dat behoort tot het hart van onze identiteit en ons geloof. En zoals God ervoor gekozen heeft met ons te communiceren in de menswording van Jezus Christus, zo is ook voor ons de manier waaróp we communiceren minstens zo belangrijk als de inhoud van wat we mededelen.”
Biblebelt
De kerk heeft te maken met krimp. Het is niet vanzelfsprekend meer dat de kerk zichtbaar blijft in de samenleving. „Natuurlijk ligt dat voor de Biblebelt anders dan voor Noord-Holland of ’s-Hertogenbosch. Maar in het algemeen geldt voor veel kerken dat ze ook in de eigen omgeving een onbekend bestaan leiden. Mensen weten vaak nog wel dat er ergens een kerkgebouw staat, maar hebben geen idee meer wat de mensen daarbinnen bezighoudt, wat daar gebeurt. Dus moet de kerk meer van zich laten horen, zodat de samenleving zich weer aangesproken voelt.”
Velen zouden volgens Nouwens aangenaam verrast zijn als ze ontdekken dat de kerk in de buurt een plek van rust is, van bezinning, „dat daar een gemeenschap bij elkaar komt die zich inzet voor de samenleving, die asielzoekers opvangt, waar een voedselbank wordt georganiseerd. De kerk is het grootste netwerk voor vrijwilligerswerk. Dat mag best meer gezien worden. De kerk moet dat zelf meer laten zien.”
Hoewel, de kerk is meer dan een vereniging vol vrijwilligers, heeft vooral een geestelijke boodschap voor de samenleving. Nouwens: „De kerk moet uitkijken dat ze zichzelf niet verliest in het organiseren van het eigen kerk-zijn. Het gaat in de kerk om het geloof, om het Evangelie. Voor christenen betekent dit dat we ons door God gedragen weten. We willen Jezus navolgen. De één doet dat al struikelend, de ander vol geestelijk enthousiasme.”
Relaties
Communicatie moet geen trucje worden, zegt Nouwens. „Neil Pugmire zegt dat God niet zonder relaties kan. God communiceert dus ook. Dat valt op elke pagina van de Bijbel te lezen en dat is ook de kern van onze passie als christenen om het Evangelie te delen. Communicatie is voor christenen geen bijkomstigheid, niet iets secundairs bij ons geloof en bij onze inzet in de kerk. Zoals God ervoor gekozen heeft met ons te communiceren in de menswording van Jezus Christus, zo is ook voor ons de manier waaróp wij communiceren minstens zo belangrijk als de inhoud van wat we mededelen.”
Wat wilt u in dit opzicht tegen de kerken uit de Biblebelt zeggen?
„Dat we aan de ene kant mogen vertrouwen op het werk van de Heilige Geest. Maar ook dat de werkelijkheid weerbarstig is. De kerkdienst op zondag, die ons zo dierbaar is, met haar poëtische teksten en liederen, is een onbegrijpelijk gebeuren voor iemand die nog nooit in een kerk geweest is. Denk er eens over na of het alleen maar openzetten van de kerkdeur op zondagmorgen voldoende is. Als het geloof ons dierbaar is, moeten we er toch alles aan doen om dat met een ander te kunnen delen.”
Nouwens bedenkt een voorbeeld: „Stel, er is ergens in de straat een feestje, maar je bent daar niet voor uitgenodigd. Dan ga je daar toch niet naar binnen, ook al hebben die mensen de voordeur opengezet? Zo is het ook met de kerk. Wie niet uitgenodigd wordt, zal niet komen. De manier van communiceren met de samenleving wordt steeds belangrijker. Onze inhoud is uniek. Maar in de drukte van de samenleving redden we het niet meer met een gestencild kerkblad dat met een nietje bij elkaar gehouden wordt. We leven in een visueel tijdperk en de kerk moet, wil ze gehoord worden, daarin mee. De kerk moet aansluiting zoeken bij de jonge generatie, die geen kerkblad meer leest maar wel een app aanklikt. Laten we aansluiten bij de realiteit om ons heen.”
Nederland behoort tot de landen met de hoogste internetdichtheid. „Het is toch jammer als de kerk daar niet te vinden is. En als je je daar presenteert, doe het dan goed. Bijna alle gemeenten hebben inmiddels wel een website, maar hoe vreemd ook, weinig gemeenten noemen daarop het adres van het kerkgebouw. Alsof men veronderstelt dat iedereen dat toch wel weet. Maar je zit wel op het wereldwijde web.”
>>protestantsekerk.nl/dvdc
Dag van de Communicatie
Sinds enkele jaren kent de Protestantse Kerk in Nederland de Dag van de Communicatie. De volgende vindt plaats op 12 november in het dienstencentrum te Utrecht.
De dag is gericht op communicatie in de eigen gemeente. Deelnemers kunnen drie van de tien workshops volgen, zoals: ”Social community: het nieuwe intranet voor kerken?” (over het beginnen van social community: een onlineontmoetingsplek voor gemeenteleden), ”Een wervende website” (de vereisten voor een goede kerksite), ”Heldere taal in je tekst” (over het effectief schrijven en redigeren van teksten), en ”Uw kerkblad is voor iedereen”.
Geld voor de gemeenschap
„Veel mensen denken dat kerken met weinig anders bezig zijn dan met geld ophalen. Bel ergens aan en zeg dat u namens de kerk komt. De kans is groot dat men aanneemt dat u een collectebus bij zich heeft. Maar het is wel ongelukkig als mensen bij ”kerk” alleen maar aan hun portemonnee denken. Het kan dus heel verrassend zijn als een kerkgenootschap geld weggeeft of spendeert aan de plaatselijke gemeenschap.”
Citaat uit: ”Kijk, de kerk!”
Open kerkdeuren
„Voor mensen die zelden of nooit een kerkdienst bezoeken, kan het behoorlijk intimiderend zijn om naar de kerk te gaan. Ze kennen er misschien niemand, ze weten niet wat voor kleding gepast is, ze kennen het jargon niet, kunnen niet meezingen, weten niet wanneer ze moeten gaan staan en weer zitten. Het is dus een goed idee om nieuwkomers en bezoekers bij de deur te verwelkomen.”
Citaat uit: ”Kijk, de kerk!”
Gastvrijheid
„Kerken die doordeweeks hun deuren open hebben staan voor bezoekers, laten daarmee zien dat ze gastvrijheid hoog in het vaandel hebben. Mensen die het misschien moeilijk vinden om de drempel naar een zondagse kerkdienst over te stappen, kunnen doordeweeks onopgemerkt een keertje binnenlopen, misschien wel om een gebed uit te spreken of een kaars aan te steken, of gewoon omdat ze benieuwd zijn hoe het er vanbinnen uitziet.”
Citaat uit: ”Kijk, de kerk!”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 oktober 2016
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 6 oktober 2016
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's