Lessen in nederigheid
Geschiedenis is altijd een grote liefde van me geweest. Ik herinner me hoe mijn vader me op het Noordzeestrand vroeg om me voor te stellen hoe de Vikingen aan kwamen varen en ik waande me 1200 jaar terug in de tijd. We bezochten kastelen en kathedralen. Onbetaalbare herinneringen.
Op de universiteit begon ik me te verdiepen in de Reformatie. Dat werd een keerpunt in mijn christelijke leven. Ik bewonderde de stoere, rationele, gedisciplineerde godsvrucht van de reformatoren en raakte ervan overtuigd dat een intellect dat niet in dienst staat van de eer van God verprutst wordt.
Ik voel echt verlies als ik mensen ontmoet die geen tijd hebben om de geschiedenis te bestuderen. Weten ze wat ze missen? Mogelijk zijn ze verknoeid op school. Leerkrachten hebben een grote verantwoordelijkheid. Het verontrust me als ik christenen ontmoet die denken dat het nieuwste het beste is, dat de technologisch ver- gevorderde eenentwintigste-eeuwse mens niets meer kan leren uit minder verlichte eeuwen. Wat een arrogantie.
Machtige daden
Paulus maande de Korinthiërs om goed te letten op de gebeurtenissen uit het Oude Testament: „Deze dingen alle zijn hunlieden overkomen tot voorbeeldenen en zijn beschreven tot waarschuwing van ons” (1 Kor. 10:11). Nog indringender is de aanmaning van Jozua bij de oprichting van de twaalf stenen in de Jordaan om Gods wonderen aan onze kinderen te vertellen: „Opdat alle volken der aarde de hand des Heeren kennen zouden, dat zij sterk is; opdat gijlieden den Heere uw God vreest te alle dagen” (Joz. 4:24).
De machtige daden van God zijn na Handelingen 28 niet opgehouden. Als we onze geest afsluiten voor de kerkgeschiedenis, zeggen we in feite dat het verhaal van wat God sindsdien heeft gedaan ons niets zegt.
Eerlijk zijn
Toch moeten we voorzichtig zijn. Het is mogelijk om verkeerde lessen uit het verleden te trekken. Het is te eenvoudig om een onkritische bewondering te ontwikkelen voor onze helden. Niemand is boven kritiek verheven. De Bijbel bedekt de fouten van Gods knechten nooit, denk aan Davids overspel en Petrus’ verloochening en zie hoe geloofwaardig de Bijbel daardoor is over de zondeloosheid van Jezus Christus.
We moeten eerlijk zijn. Er zijn protestantse biografieën die het niveau van de middeleeuwse hagiografie niet overstijgen. Om dezelfde reden moeten we kritisch omgaan met de dogmatische erfenis uit het verleden.
Onze bewondering voor Luthers herontdekking van de rechtvaardiging door het geloof mag ons niet blind maken voor zijn avondmaalsleer. Als we dankbaar zijn voor Augustinus’ erfenis en zijn standpunt tegenover Pelagius, hoeven we onze ogen niet te sluiten voor de argumenten waarmee hij de donatisten tot aanpassing dwong. Argumenten die de Rooms-Katholieke Kerk later geloofwaardigheid schonk bij haar vervolging van ketters, inclusief de protestanten.
Het is van levensbelang om evenals de Bereërs welwillend te luisteren naar leraars uit het verleden, maar alles te onderzoeken in het licht van Gods Woord (Hand. 17:11). Alleen de Schrift is onfeilbaar.
Bescheiden
Toch moeten we bescheiden zijn met onze kritiek. Het is waar dat een dwerg op de schouders van een reus iets verder ziet, maar iedereen weet wie de reus is en wie de dwerg. Een snelle schrijver heeft een heel leven nodig als hij wil overschrijven wat Luther in 25 jaar produceerde.
Sommige mensen vluchten in het verleden om aan hun verantwoordelijkheid in het heden te ontkomen. Ze lezen veel over hoe Whitefield het Evangelie verbreidde en bekritiseren hem, zonder er ooit zelf iets aan te doen. Zou Whitefield niet kunnen antwoorden: „Ik geef de voorkeur aan de wijze waarop ik het heb gedaan boven de manier waarop u het niet doet”?
Ook moeten we oppassen voor de gedachte dat we Gods wijze van werken in het verleden kunnen herhalen in het heden. Jonathan Edwards was een begaafd prediker. Door zijn preek ”Zondaren in de hand van een levende God” kwamen velen tot bekering. Maar we kunnen niet verwachten dat zich dat herhaalt als we die preek nu lezen, evenmin als we dat kunnen verwachten van het lezen van Handelingen 2.
In het verleden zien we dat er grote dingen gebeuren als het God behaagt de prediking en het gebed te zegenen. Verder mogen we niet gaan. We hebben vandaag ook geen achttiende-eeuwse christenen nodig en geen nieuwe Spurgeon. We moeten God vragen om begaafde en toegewijde predikers in onze tijd.
Tegelijk moeten we oppassen voor de neiging onze eigen situatie terug te lezen in het verleden. We kunnen ons niet zomaar identificeren met middeleeuwse protestbewegingen en we willen wellicht te graag bewijzen dat wij in de apostolische successie staan, gevoelig als we zijn voor de claim van Rome.
Ten slotte is er de valkuil dat we zozeer gericht zijn op mensen, bewegingen en gebeurtenissen, dat we de hand van God niet meer zien. Psalm 44 spreekt heel anders: „Zij hebben het land niet geërfd door hun zwaard, en hun arm heeft hun geen heil gegeven, maar Uw rechterhand, en Uw arm, en het licht Uws aangezichts, omdat Gij een welbehagen aan hen hadt” (Ps. 44:4). De grote daden van Luther, Whitefield en Spurgeon zijn het niet waard om te bestuderen als we vergeten hoe machtig Christus door hen heeft gewerkt. De dringendste reden om een christelijke biografie ter hand te nemen is om te overdenken wat God heeft gedaan.
Nederigheid
Kunnen we iets leren van wat God in het verleden heeft gedaan? In de eerste plaats wel nederigheid. Vergeleken met ons bereikten onze voorvaderen ontzettend veel met heel weinig. Luther zat een jaar op de Wartburg en vertaalde het Nieuwe Testament zonder alle linguïstische hulpmiddelen die ons nu ten dienste staan. Tyndale vertaalde het Nieuwe Testament in het Engels als opgejaagde vluchteling, zonder de rust van een goede bibliotheek. Niemand kan een bladzijde uit de ”Institutie” lezen zonder te erkennen dat Calvijn een diep inzicht had in het Woord van God, hoewel ook hij de faciliteiten miste die theologen nu zo vanzelfsprekend vinden.
Verder leert de geschiedenis ons dat dwalingen al oud zijn. Het christendom kan alleen op bepaalde kernpunten worden aangevallen. Ketterij is voorspelbaar. Het scheelt veel werk als we inzien dat het rooms-katholicisme een hoog ontwikkelde vorm is van de ketterij van de Galaten. New age doet weinig meer dan het ophalen van ouderwetse gnostische argumenten. We hoeven niet veel nieuws te bedenken tegen Jehova’s getuigen als we beseffen dat Arius succesvol werd bestreden door Athanasius.
Geschiedenis geeft ons ook een langetermijnperspectief. Het is te gemakkelijk om ervan uit te gaan dat wat wij van de generatie direct voor ons hebben geleerd de christelijke norm is. In mijn jeugd kwam de charismatische beweging op. Toen ik voor het eerst de druk voelde van charismatici die wilden dat ik geloofde in hun theologie van de tweede zegen, kon ik kijken naar Whitefield en Spurgeon, die zonder die tweede zegen meer ervaarden van Gods kracht dan velen van hen.
Van de geschiedenis leren we ook verdraagzaamheid. Hoe breed kijken wij? Congregationalisten vinden het niet leuk om te erkennen dat Adoniram Judson baptist werd. Maar ze erkennen hoe wonderlijk God hem zegende onder de Birmezen. Baptisten zoals ik moeten erkennen dat tot de negentiende eeuw de grote meerderheid van de heiligen kinderen doopte. En God gebruikte hen! Een goede test voor een calvinist is of hij de arminiaan John Wesley erkent. Al kunnen we van hem weinig leren over de verzoening, hij kan ons zeker iets leren over ijver en liefde voor Christus.
Een pijnlijke les voor Britse christenen is dat het verhaal van Gods werk op het Britse eiland een treurig verhaal is. Wat zijn we laag gezonken! De toon van ons morele en geestelijke leven zou heel anders klinken als meer evangeliedienaren gewillig waren om een hoge prijs te betalen voor hun gehoorzaamheid aan Christus. Dit perspectief is niet zo opwekkend, maar wel gezond. Realisme zet ons aan tot dringender gebed.
Een vreemd land
De geschiedenis bevreemdt ons vaak. Het verleden voelt als een vreemd land. Alles gaat er anders. Toch is er een overeenkomst: het gaat om christenen, en dat geeft ons het gevoel dat we er thuis zijn. Kunt u zich niet warmen aan de reformatoren, die dezelfde ervaring hadden van reddende genade die u zo dierbaar is, aan mensen die Jezus liefhadden en Hem even graag wilden dienen als u? Als u zo kijkt, voelen ze als ervaren oudere broers!
Vergeleken met de stoere, rationele, gedisciplineerde godsvrucht van de reformatoren en de puriteinen, is de huidige geestelijke cultuur bijgelovig. Ik heb niet veel helden in het vlees, maar ik heb er in de boeken die ik heb gelezen. Het heeft mijn ziel goedgedaan om naast Luther in Worms te staan, om met Rutherford te bidden en in de geest bij Spurgeon naar de kerk te gaan. Wat sporen zij ons aan om toegewijd en compromisloos te zijn.
Waar te beginnen
Ik heb medelijden met mensen die niet door de verhalen van grote heiligen uit het verleden worden geïnspireerd. Gaat uw hart niet sneller kloppen als u leest over William Carey, die naar India ging om nooit terug te komen? Hij vertaalde delen van de Bijbel in 36 talen. En als u leest over John Newton, de bekeerde slavenhandelaar en dichter van ”Amazing Grace”, staat u versteld over wat Gods genade vermag. U zult hem hier niet meer ontmoeten, maar als u verder leest in Newtons werken zult u gemeenschap beginnen te ervaren met een christen die al twee eeuwen in de heerlijkheid is. Als wij steeds bergopwaarts moeten worstelen, is het goed om te kijken naar wat God kan doen. Geen situatie is zo hopeloos of God kan die veranderen.
Maar waar moeten we beginnen? Er is zo veel. Het kan nogal overweldigen. Twee dingen kunnen ons op weg helpen: zorg in de eerste plaats voor een goed kerkhistorisch overzichtswerk en koop daarnaast een aantal stimulerende biografieën.
Een overzichtswerk geeft de lezer op een begrijpelijk niveau en in het kort inzicht in de grote kwesties. Biografieën boeien op hun eigen manier. Het is vaak gemakkelijker om je te identificeren met een persoon dan met een beweging. De strijd en de overwinning van een medechristen spreken op een bijzondere manier tot het hart.
Daarnaast zijn er in Groot-Brittannië twee series die geschikt zijn voor ieder die niet zo snel een boek pakt. De eerste is de serie reisgidsen van Day One. Ze combineren een korte, stimulerende biografie met een overzicht van plaatsen waar die met de persoon te maken hebben. Zo ontdek je waar John Knox werd begraven of waar Spurgeon werd gedoopt. Evangelical Press heeft een serie ”hapklare biografieën” geproduceerd: kleine boekjes die niemand intimideren.
Elke christen heeft baat bij kennis van de kerkgeschiedenis. We zijn niet de eerste generatie christenen en we moeten veel aan- en afleren. De voorbeelden van medegelovigen helpen ons daarbij. Bovendien is de christelijke kaart nu erg complex. De geschiedenis helpt ons te begrijpen hoe dat zo gekomen is. Maar in de eerste plaats: de tijd die we besteden aan het kijken naar de grote werken van God is altijd goed besteed.
Dit artikel is een samenvatting van de brochure ”Why Read Church History?” van J. Philip Arthur (uitg. Banner of Truth; 24 blz.; £ 1,50). De auteur is predikant van Grace Baptist Church in Lancaster (Engeland).
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 7 juni 2016
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 7 juni 2016
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's