Bidden met de pet op

„Misschien bidden wij wel veel te weinig op die manier.”

Dr. A. Versluis uit Ouderkerk aan de Amstel schrijft in De Wekker (orgaan van de Christelijke Gereformeerde Kerken) over „bidden met de pet op”, naar aanleiding van Nehemia 2:4: „Toen bad ik tot God van de hemel.”

„Kerkmuziek moet passen bij God en niet in de eerste plaats aansluiten bij onze eigen emoties en beleving.”

Onderweg (blad van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt en Nederlands Gereformeerde Kerken) sprak met Christaan Drost uit Nijkerk, „organist en liefhebber van kerkmuziek.”

„De 10.000 kaartjes waren in een halfuur allemaal weg.”

In de Verenigde Staten waren kaartjes voor de mis die paus Francisus zondag opdraagt in Philadelphia in een razendsnel tempo verkocht, schrijft het Katholiek Nieuwsblad.

„Pluk een Nederlander uit een willekeurige winkelstraat, vraag hem wat theologie is en hij zal het je kunnen vertellen.”

In Antwerpen ligt dat heel anders, ontdekte Kelly Keasberry, studente religiestudies aan de Katholieke Universiteit Leuven. Ze schrijft er in het Christelijk Weekblad over.

„Toen ik op driejarige leeftijd in een weeshuis kwam, vertrouwde ik op de woorden van mijn begeleidster, maar nu geloof ik het Woord van God.”

De 25-jarige Tanya Bondarenko, lid van een gemeente in Kiev, in het blad van de Oekraïne Zending.

„Gelden waarvan de diaconie weet dat zij door oneerlijke of onjuiste praktijken verkregen zijn, kunnen niet aanvaard worden.”

In het Kerkblad der Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland schrijft algemeen secretaris A. A. Klein over het ambt van de diakenen.

„„Ik krijg veel vragen”, vertelt ze, als ze over de aard van haar werk spreekt. En dan, wat doet ze daarmee? „Oh”, glimlacht ze, „die los ik dan op!””

Woord & Dienst (opiniërend magazine voor protestants Nederland) sprak met Geesje Werkman, verantwoordelijke voor het beleid van de Protestantse Kerk in Nederland inzake vluchtelingen.

„Zo bezien, mag de voorbede voor onze zendingswerkers best zijn: „Heere, bewaar de eenheid in Christus bij onze werkers, geef dat ze bereid zijn om elkaar te dienen, dat de een de ander uitnemender acht dan zichzelf.””

Wellicht is dit „centrale gegeven” uit het hogepriesterlijk gebed in Johannes 17 een van de meest vergeten aandachtspunten van zendingswerkers, schrijft oud-zendingswerker C. Janse in het pastoraal gezinsmagazine Om Sions Wil.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen