Zwijgen over de nood van christenen in Israël
RD-correspondent Alfred Muller levert wekelijks vanuit Jeruzalem commentaar op gebeurtenissen in Israël. Vandaag: de speurtocht naar nieuws over de schoolstrijd.
Doorgaans lijken pro-Israëlische nieuwssites de gebeurtenissen in Israël nauwgezet te volgen. Maar helaas laten ze belangrijke steken vallen.
Dat bleek de laatste weken duidelijk. In Israël is de opening van het nieuwe schooljaar altijd groot nieuws. Dat de minister van Onderwijs het onderwijsapparaat na twee maanden stilstand weer aan de praat krijgt, is een prestatie, gezien de lage salarissen voor de leerkrachten.
Zo meldde het Amerikaanse evangelische televisiestation CBN op zijn website dat op 1 september 2.191.004 leerlingen met het nieuwe schooljaar begonnen, onder wie 2900 immigranten. Maar waar de website niet over sprak, was dat de 33.000 scholieren van 47 Arabische christelijke scholen thuisbleven omdat er te weinig geld is. En dat terwijl het budget voor het onderwijs in 2015-2016 een recordhoogte bereikt.
Van de circa veertig websites en Facebookpagina’s met pro-Israëlisch nieuws die ik halverwege deze week heb bekeken, heb ik er slechts één gezien die een linkje maakte naar een bericht over de staking. Alle andere zwegen. En dat terwijl er in de Israëlische media wél aandacht voor de problemen van het christelijk onderwijs was – hoewel niet veel.
Dat de christelijke scholen niet open konden gaan wegens geldgebrek past blijkbaar niet in het beeld dat de pro-Israël-nieuwssites willen brengen: het zijn de moslims die de christenen verdrukken, maar in Israël gaat het geweldig met hen (net als met alle andere bevolkingsgroepen).
In de realiteit verdeelt de regering-Netanyahu christenen en kerken in drie groepen, zo vertelde mij een Israëlische deskundige in joods-christelijke betrekkingen. De eerste zijn de christenzionisten. Daar is de regering blij mee. Hun steun kan ze goed gebruiken. Dan hebben we de ”BDS-achtigen”. Dat zijn de christenen die zeer kritisch tegenover Israël staan en voor een boycot, sancties en desinvestering zijn. Voor hen is ze bang. De derde groep zijn de plaatselijke gelovigen. Voor hen interesseert ze zich niet. Zij vormen met hun 2 procent van de bevolking een te verwaarlozen groep.
De pro-Israëlchristenen interesseren zich ook niet voor hen. Er is uit hun hoek dus ook geen druk op de regering om een einde te maken aan de discriminatie van christelijke scholen.
Arabische christenen, of, zo men wil, Palestijnse christenen in Israël, komen ter sprake als er kritiek op hen geleverd kan worden. Het geschut richt zich doorgaans op hun theologie of politieke houding. Arabische christenen kunnen vaak geen theologische betekenis ontwaren in het moderne Israël. Anders gezegd: ze hangen soms de vervangingsleer aan. Bovendien leveren ze af ten toe ferme kritiek op hun land.
En dat zijn in de ogen van de pro-Israëlchristenen twee grove fouten, reden om hun broeders en zusters links te laten liggen. Maar uiteindelijk treffen ze vooral zichzelf, omdat ze op deze wijze geloofwaardigheid verliezen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 september 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 september 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's