Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rondkomen, met of zonder schuld

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondkomen, met of zonder schuld

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het was een hot issue in de Tweede Kamer: mag de basisbeurs voor studenten een lening worden in plaats van een gift? Een interview met drie Leidse studentes die nog onder het oude stelsel vallen. „In het nieuwe systeem zou de drempel om te gaan studeren voor mij wel hoger worden.

Nathalie Sinke studeert psychologie, Doreen Tuinstra pedagogiek en Judith van Groningen Nederlands. Judith: „Onze basisbeurs is nog een gift. Het nieuwe stelsel geldt alleen voor studenten die deze maand begonnen aan een hbo- of wo-opleiding.”

Doreen: „Voorwaarde is wel dat je je diploma haalt. In de post die ik krijg van DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs, eerder IB-groep) staat altijd de studieschuld die ik tot nu toe heb opgebouwd. Dat wordt pas een gift als ik m’n opleiding heb afgerond.”

Hoe is jullie ‘inkomen’ van DUO samengesteld?

Doreen: „Ik krijg een volledige aanvullende beurs naast de basisbeurs. En ik heb een OV-kaart. Dat is natuurlijk ook wat waard. Inmiddels heb ik een studieschuld opgebouwd van 22.000 euro. Wel prettig dat die, als ik m’n diploma haal, overgaat in een gift.”

Judith: „Ik krijg alleen de basisbeurs. De aanvullende beurs is afhankelijk van het inkomen van je ouders. Daarom krijg ik niets extra’s van DUO. Er wordt van uitgegaan dat ouders met een goed inkomen bijspringen. Mijn ouders betalen mijn woonkosten.”

Nathalie: „Ik krijg net als Doreen een aanvullende beurs. Ik heb een tweelingzus die ook studeert, volgens mij levert dat ook nog iets extra’s op.”

Werken jullie naast jullie studie?

Judith: „In het weekend werk ik in een supermarkt en in de zomer doe ik seizoenswerk bij een aardappelboer.”

Doreen: „Ik werk in de thuiszorg en ik geef zwemles.”

Nathalie: „In de weekenden en vakanties werk ik bij een kaasboerderij en een bakker, en in de vakanties regelmatig ook nog in een snackbar op een camping. Het geld gebruik ik voor mijn studie, eten en kleding.”

Wat zijn belangrijke uitgaven voor jullie?

Nathalie: „Ik moet 400 euro per maand voor mijn kamer betalen. Ik heb daarmee een ruimte van 30 vierkante meter met een eigen badkamer, keukenblokje en een balkon. Die kamer is wel in Gouda en daardoor heb ik veertig minuten reistijd. In Leiden zou ik echter heel wat minder ruimte hebben voor hetzelfde bedrag.”

Doreen: „Ik ben vooral aan het sparen voor de toekomst. Vanaf oktober krijg ik geen basisbeurs en geen aanvullende beurs meer. Voordat ik met pedagogiek begon, heb ik de pabo gedaan. Die opleiding heb ik niet afgemaakt. Maar ik ben in oktober al wel vijf jaar aan het studeren. Vanaf die tijd moet ik dus zelf m’n geld bij elkaar sprokkelen. Ik heb dan nog een studiejaar een OV-kaart, maar die vervalt aan het einde van dat studiejaar ook.”

Judith: „Omdat m’n ouders mijn kostadres betalen, heb ik alleen uitgaven van collegegeld, kleding en studieboeken. Het collegegeld is m’n grootste post. Overigens is zo’n kostadres wel aan te bevelen, wanneer het over de financiën gaat. Voor 200 euro heb ik alles inclusief.”

Zijn jullie arme studenten?

Doreen: „Nee. De aanvullende beurs is best groot. Van dat geld kan ik sparen, maar soms ook leuke dingen doen. Wel is het zo dat ik nu vaak weinig overhoud om te besteden, omdat ik hard spaar voor de tijd vanaf oktober, wanneer ik geen beurs meer krijg. Ik heb weleens van mijn zusje geleend, als het even niet lukte om rond te komen.”

Judith: „Ik let wel altijd op wanneer ik met een groep uit eten ga waar we gaan eten en wat ik kies van de menukaart. Maar ik kom niets tekort.”

Nathalie: „Ik moet wel zuinig zijn. Mijn inkomsten en uitgaven houd ik goed bij. Maar ik ben niet arm, zeker niet als ik het vergelijk met anderen. Ik werk als vrijwilliger in de schuldhulpverlening bij Stichting Ontmoeting. Als ik een overzicht maak met de hulpvrager, zie ik hoe sommige mensen tot over hun oren in de schulden zitten. Dan voel ik me een rijk mens.”

Hebben jullie bij je studie een goed vooruitzicht op werk?

Nathalie, ironisch: „Dan moet je psychologie gaan doen, ja. Die vooruitzichten zijn niet echt goed. Elk jaar is er alleen al in Leiden een lichting van 500 studenten. Bij de kans op een baan maakt het wel verschil in welke richting je afstudeert. Ik heb nog geen keuze gemaakt. Maar ik laat me niet van iets leuks weerhouden omdat daar minder goed werk in te vinden is.”

Doreen: „Als pedagoge zou ik wellicht iets kunnen gaan doen in onderwijsadvies of individuele begeleiding van kinderen. Maar hoe de arbeidsmarkt precies is, daar heb ik weinig zicht op.”

Judith: „Nederlands is best een brede studie. Twintig procent van de afgestudeerden gaat het onderwijs in. Dat zou mij ook wel leuk lijken.”

Wat vinden jullie van het nieuwe stelsel, dat op basis van lenen een beurs geeft?

Doreen: „Het lenen bij DUO is nog best voordelig. De voorwaarden en rentes zijn gunstig. In het oude stelsel leen je minder en ga je er ook minder vlug toe over een lening af te sluiten, maar moet je binnen vijftien jaar wel alles afgelost hebben. In het nieuwe stelsel heb je 35 jaar de tijd om terug te betalen. Ik heb wel de indruk dat bij het nieuwe stelsel vooral de middenklasse getroffen wordt. Studenten met rijke ouders redden zich wel en studenten uit gezinnen met lage inkomens krijgen nog steeds een aanvullende beurs.”

Nathalie: „Voor mij zou de drempel om te gaan studeren wel hoger worden.”

Doreen: „Ja, maar wat zou je dan gaan doen met je vwo-diploma op zak? Dan kun je toch nog niks?”

Nathalie: „Ik zou me meer verdiepen in wat ik zou gaan studeren en of ik er goed een baan mee zou kunnen vinden. En ik vind het ook geen prettig idee om iets te lenen.”

Doreen: „Dat is op zich wel positief, dat je meer nadenkt over de toekomst, ook na je studie. Tegelijk denk ik: Wat weet je nou over jezelf op je achttiende? Met de kennis van nu was ik nooit aan de pabo begonnen. Voor hbo-studenten die in 5 havo al moeten kiezen geldt dat natuurlijk nog meer.”

Judith: „Misschien dat je dan wel eerder voor een studie kiest omdat het rendabel is dan omdat het echt bij je past. Ik weet niet wat dat uiteindelijk oplevert.”


Wat verandert er met het nieuwe stelsel voor studenten?

◦ De basisbeurs verandert van een gift in een lening. In het oude stelsel werd de schuld omgezet in een gift wanneer studenten hun diploma haalden. Nu blijft de schuld staan.

◦ Studenten van wie de ouders een laag inkomen hebben krijgen nog wel een aanvullende beurs. De student moet dan wel binnen tien jaar na aanvang van zijn studie zijn diploma halen. Anders is zijn aanvullende beurs alsnog een schuld.


Tips voor de studentenportemonnee

Nathalie: Houd je inkomsten en uitgaven goed bij. Wat de kosten voor je maaltijd betreft: met hoe meer mensen je eet, hoe goedkoper het wordt.

Doreen: Zoek relevante bijbaantjes. Dat staat beter op je cv en je hebt er meer plezier in.

Judith: Blijf, als het kan, thuis wonen. Of zoek een kostgezin, dat scheelt ook behoorlijk in de prijs.

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 8 september 2015

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's

Rondkomen, met of zonder schuld

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 8 september 2015

Reformatorisch Dagblad | 18 Pagina's