Werelds nieuws vanaf de kansel
Naast het koor van de Dorpskerk te Elspeet ligt een flinke kei die een zodanige bewerking heeft gehad dat men erop kan staan. Die steen heeft in het verleden een belangrijke functie gehad. Vanaf deze verhoogde plek werd allerlei nieuws aan de kerkgangers voorgelezen.
In vroeger dagen werd de kansel niet alleen gebruikt als preekstoel, maar ook als plek om wereldlijke zaken door te geven. Met name op het platteland. Er was geen krant, en zou die er wel zijn, dan kon men hem vaak niet lezen. Wilde men het volk bereiken –zeker in die tijd ging men massaal op naar het bedehuis– dan moest de kansel fungeren voor de laatste nieuwsberichten. De predikant kreeg voor deze ”kerkenspraak” ook een kleine vergoeding.
Hoewel de synode van Dordrecht in 1574 reeds waarschuwde tegen dit gebruik, was het in veel gemeenten toch een gewoonte om na de preek de kerkenspraak te houden. Op de Gelderse provinciale synode te Harderwijk in 1580 werd tegen dit gebruik van leer getrokken. Voor Elspeet was dit niet van belang, want daar stond nog steeds een pastoor op de preekstoel.
In 1736 werd op de classicale vergadering van Harderwijk vastgesteld dat in de gemeenten waar de afgevaardigden vandaan kwamen de kerkenspraak buiten de kerk werd voorgelezen en niet meer vanaf de kansel. Blijkbaar ook in Elspeet. Zo hoorde het ook.
Anders dan in de classis Harderwijk werd de kerkenspraak op veel andere plaatsen in het land nog wel vanaf de kansel gedaan. Dat was een reden voor de synode van de Nederlandse Hervormde Kerk om, na de scheiding van kerk en staat ten tijde van Napoleon, allerlei wereldse afkondigingen vanaf de kansel te weren. Zo besloot de synode in 1817 dat de predikanten voortaan niet meer na de zegen vanaf de kansel mededelingen van wereldse aard zouden afkondigen. Dit moest men overlaten aan de voorlezer of de koster, en uiteraard mocht deze dat niet vanaf de preekstoel doen. Deze synode-uitspraak werd in 1841 vervangen door een andere. Toen werd besloten dat er in de kerk zelf ook geen mededelingen van wereldlijke aard mochten worden afgekondigd.
Vanaf toen kwam het in zwang om buiten de kerk mededelingen te doen, wat in Elspeet dus al ruim een eeuw gebruikelijk was. Na de kerkdienst werd men buiten de kerk gelijk geconfronteerd met het wereldlijke nieuws. Van de enige troost in leven en sterven werd men door de koster gewezen op aanstaande verkopingen, boelhuizen, een rondreizende wonderdokter, wegschouw, bodediensten en ook wel zaken van politieke aard.
In het Schotse Persie gebeurde dit ook. Toen John Duncan in 1830 zijn dienst aldaar aanvaarde, liep hij tegen dit gebruik aan. Het was daar de koster die op het kerkhof na de zondagse dienst marktberichten voorlas. Duncan ergerde zich er mateloos aan. Hij placht te zeggen: „Daar is de duivel begonnen, nu ik mijn mond gesloten heb.” Eens riep hij nadat de koster klaar was met zijn berichten: „Is de duivel klaar met zijn berichten? Welnu, dan zal ik als dienstknecht van de Heere Jezus ook een afkondiging doen: Gedenkt de sabbatdag dat gij die heiligt. Mijne vrienden, daar is de bekendmaking van een heilige sabbat aan u. Heilig de dag de Heere of aan de duivel, zoals u wilt. Ik heb mijn plicht gedaan.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 24 augustus 2015
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 24 augustus 2015
Reformatorisch Dagblad | 14 Pagina's