„Oudere na reanimatie zelden kasplant”
AMSTERDAM. Ouderen die na een hartstilstand gereanimeerd worden en dat overleven, komen daar meestal ongeschonden uit of met een lichte neurologische stoornis.
Dat blijkt uit een onderzoek van het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam.
De onderzoekers bekeken de data van bijna 700 mensen tussen de 70 en de 80 jaar oud en van 633 mensen van ouder dan 80 jaar die gereanimeerd waren na een plotselinge hartstilstand buiten het ziekenhuis. Het overgrote deel overleefde de hartstilstand overigens niet. Respectievelijk 16 procent en 8 procent overleefde wel, en bijna allemaal zonder veel schade.
De data werden verzameld tussen 2009 en 2011, maar zijn nog wel representatief voor nu, aldus onderzoeker Steffie Beesems gisteren. „Het aantal mensen dat een hartstilstand overleeft, is de laatste jaren iets toegenomen, onder meer omdat er meer aandacht voor is en omstanders sneller beginnen met reanimeren.”
Het aantal mensen dat zonder of met weinig blijvende schade uit een reanimatie komt, is stabiel rond de 90 procent, aldus Beesems.
Neuro-intensivist dr. Michael Kuiper, verbonden aan de Nederlandse Reanimatie Raad, benadrukte onlangs al in deze krant dat cijfers over de restschade na een reanimatie per studie kunnen verschillen. Het beeld dat een oudere die kiest voor reanimatie als een kasplantje eindigt, is volgens hem vooral gebaseerd op buitenlands onderzoek dat niet representatief is voor de situatie in Nederland.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 29 juli 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 29 juli 2015
Reformatorisch Dagblad | 20 Pagina's