Huilend hart
Zouden de barbaren van Islamitische Staat (IS) het echt aandurven om de stad Palmyra te vernietigen? Het is een vraag die menige archeoloog de laatste weken uit de slaap houdt. Palmyra, eens de grootste en rijkste stad van het Romeinse Rijk, is het Mekka voor geschiedvorsers die hun vizier hebben gericht op het Midden-Oosten. Ook voor het graf van de profeet Nahum in de Iraakse stad Alqosh moeten we vrezen, zo meldde deze krant maandag.
De vernietigingsdrift van moslimextremisten kreeg in 2001 de vrije loop met het opblazen van de zogeheten Boeddha’s van Bamyan. Het betrof reusachtige standbeelden die daar 1400 jaar geleden waren uitgehouwen in de zijkant van een Afghaanse klif.
Het hart van cultuurhistorici over de hele wereld huilde toen de beelden van de explosies op internet opdoken. En niet alleen dat van hen. Maar ook dat van de hele orthodoxe christengemeenschap, zo vroeg ik me indertijd af. Zelf zullen deze christenen niet tot z’n vernietigingsactie overgaan. Dat is duidelijk. Niet door kracht noch door geweld, luidt het credo. Maar nu zo’n actie door anderen was uitgevoerd, moest je er dan rouwig om zijn dat die afgodsbeelden er niet meer waren? Tsja…
Vorig jaar moesten de antieke beelden en andere kunstschatten in het museum van Mosul eraan geloven. Net als de Boeddha’s van Bamiyan waren die wereldberoemd en van onvervangbare waarde. De dader: IS, die verklaarde bezig te zijn met een campagne om alles wat zij ”afgoderij” noemt, uit te roeien. Eerder dit jaar drongen IS-militanten de Centrale Bibliotheek van Mosul binnen. Zij lieten alleen islamitische werken staan en verbrandden voor de ogen van de studenten rond de 2000 boeken.
Ook hier was weer sprake van materiaal van uitzonderlijke waarde. Raken wij in ons land al in vervoering over de vondst van een kunstschat uit het jaar 1000, in het Midden-Oosten praten we over spullen van meer dan 2500 jaar oud. Een van de beelden in Mosul zou zelfs stammen uit de zevende eeuw voor Christus.
Op een video van IS is te zien dat een Assyrische beschermheilige in de vorm van een gevleugelde stier wordt gesloopt. Ook andere beelden stelden, om het in Bijbelse termen te zeggen, ”afgoden der heidenen” voor.
Weinig christenen zullen bepleiten zulke acties uit te voeren. Maar moet je verdrietig zijn dat al die afgodsbeelden er nu niet meer zijn?
Ik moet bekennen dat bij mij de verbijstering overheerst. Het is vooral het ontbreken van elk greintje respect voor unieke rijkdommen die de islamitische beeldenstorm zo oninvoelbaar maakt. Daarom huilt mijn hart toch ook, iedere keer als er zich weer nieuwe staaltjes van deze vorm van godsdienstwaanzin voordoen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juli 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juli 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's