Voor Berland gaan ze door het vuur
Een rabbijn die niet terug durft naar Israël. Volgelingen die door zijn raam naar binnen klimmen. Campinghouders die niet weten wat hun overkomt. Het lijken ingrediënten voor een boek vol intriges, maar het speelt zich op dit moment af in Nederland. Wat is het verhaal achter de 77- jarige Eliezer Berland en zijn discipelen?
Een volgepakt stadion in Tel Aviv. Het is 28 juni 2012. Rabbijn Eliezer Berland staat op het spreekgestoelte in het midden van het stadion. Zijn stem klinkt opzwepend. „De Talmoed leert ons dat we vriendelijk moeten zijn voor Arabieren, ongeacht welke Arabieren het zijn”, roept hij. „We moeten hen helpen op alle mogelijke manieren: met geld, met bemoedigingen, zelfs door de zee voor hen te splijten.”
Het zijn uitspraken die niet iedere Jood in Israël voor zijn rekening zou nemen. Maar in het stadion verkeert Berland onder gelijkgezinden. Applaus en gejuich zijn zijn deel, ook als Berland zegt dat wapens weggegooid moeten worden; dat iedere overwinning die met wapens behaald is geen echte overwinning is.
Heksenjacht
Dat soort taal is de Israëlische overheid niet welgevallig, zegt de Utrechtse advocaat Louis de Leon, die zelf een Joodse achtergrond heeft en Berland als raadsman bijstaat. „Berland keert zich tegen de Israëlische overheid, omdat hij vindt dat Israël antisemitisme in de hand werkt”, stelt de advocaat.
Voor De Leon lijdt het geen twijfel dat de Israëlische autoriteiten het om die reden sinds 2012 op Berland gemunt hebben. Berland zegt simpelweg de verkeerde dingen. „Natuurlijk. Dat is de daadwerkelijke reden waarom Israël de jacht op hem heeft geopend. Het hele proces tegen hem in Israël kun je zien als een heksenjacht.”
Maar is het echt zo simpel? Dr. Bart Wallet, kenner van het Jodendom, zet daar grote vraagtekens bij. „De ultraorthodoxe Joodse wereld is vergeven van de rabbijnen die een moeizame verhouding hebben met de staat Israël. Al zou Israël dat willen, dan nog is er geen beginnen aan om hen aan te pakken.
Bovendien werken civiele procedures in Israël heel fatsoenlijk en zonder aanzien des persoons. Dat is in 2011 nog gebleken: een oud-president van Israël draaide vanwege een vergelijkbare aan- klacht als die tegen Berland de cel in.”
Huilend meisje
Want heksenjacht of niet: de Israëlische aanklacht tegen Berland ligt er. Het meest pregnante aspect daarin is de beschuldiging van ontucht met een minderjarige. Volgens de aanklacht zou een 16-jarig meisje door haar vader bij Berland zijn gebracht, omdat ze grote persoonlijke problemen had. De rabbijn drukte daarop het huilende meisje tegen zich aan en kuste haar op het hoofd en op beide wangen. Twee jaar nadien deed het meisje, inmiddels gebrouilleerd met Berland, aangifte van deze gebeurtenis. Daarbij voegde ze toe dat Berland tijdens hun omhelzing „trilde alsof hij een orgasme had.”
Volgens advocaat De Leon is die aantijging onzinnig. „Een oude man die trilt, dat komt wel vaker voor. Berland heeft allerlei ouderdomsklachten, waaronder diabetes. Daarnaast is hij al jaren impotent. Bovendien kun je je afvragen of zo’n meisje uit een orthodox-Joods milieu wel kan weten hoe het is als een man een orgasme heeft.”
In de hele geschiedenis rond Berland blijft één punt echter steeds terugkeren: waarom zou iemand die niets heeft gedaan alle mogelijke moeite doen om uit handen van de overheid te blijven? Sinds 2012, toen de eerste klachten naar buiten kwamen, is de rabbijn niet meer in Israël geweest. Hij reisde de hele wereld over – met Nederland als laatste tussenstation.
Volgens advocaat De Leon doet Berland dat om zijn zaak beter voor te kunnen bereiden, voor het geval hij uitgeleverd wordt. „Je kunt bepaalde zaken beter van hieruit uitzoeken als vrij man dan vanuit Israël als gevangene”, licht hij toe. „Ik denk dat Berland compleet voorbereid is op een zaak in Israël.”
Maar als het aan De Leon ligt, komt het niet zover. „In feite is hij niet meer in staat adequaat te reageren op de vragen van de rechter. Hij is oud en versleten. Iedere keer moet hij zich weer oppompen voor zijn volgelingen, dat kost hem ontzettend veel.”
Arme sloebers
Die volgelingen zijn en blijven overtuigd van de onschuld van hun voorman. Sinds de rabbijn in september vorig jaar in Nederland werd aangehouden, toen hij op doorreis was naar Oekraïne, laten enkele honderden mensen uit Israël hem geen moment in de steek.
Ze trekken al maanden van camping naar camping. Texel, Amsterdam, Heinkenszand, Susteren, Oldebroek: overal kunnen ze maar kort blijven omdat de campings en vakantieparken doorgaans geen capaciteit hebben om een groep van meer dan 200 mensen voor langere tijd te huisvesten.
Daarbij zorgen de volgelingen voor overlast: op Texel zouden ze in de berm hebben gepoept en op de weg uit hun gebedenboeken hebben gelezen, waarbij het verkeer werd gehinderd. Advocaat De Leon haalt er zijn schouders over op. „Is dat nu echt zo erg dat iemand zijn behoefte in de berm doet als er geen toilet in de buurt is? Zijn volgelingen worden soms afgeschilderd als halve criminelen, maar dat is onzin. Ik heb niet het idee dat het arme sloebers zijn. Dat kan ook niet als je vanuit Israël naar Nederland vliegt en hier maandenlang bivakkeert. Het is niet goedkoop om zo’n leven te leiden. Ik weet dat er mensen van goede komaf tussen zitten, onder wie een ex-burgemeester van Jeruzalem.”
Niet erg enthousiast
Anderen betwijfelen de welgesteldheid van zijn volgelingen. Bekend is dat de Joodse gemeente in Amsterdam in de achterliggende periode kleding beschikbaar heeft gesteld om Berlands aanhangers het hoogstnodige te kunnen bieden. In Amsterdam leverde dat spanningen op onder de Joodse inwoners: de kas waaruit de hulp werd betaald, is niet voor dat soort zaken bedoeld.
Het is dus niet verwonderlijk dat de Joodse gemeenschap in Nederland niet erg enthousiast wordt van Berlands aanwezigheid. „Het feit dat hij hier is, komt het imago van Joden in Nederland niet ten goede”, zegt de Nederlandse opperrabbijn Binyomin Jacobs, zijn woorden zorgvuldig wegend. „Mensen generaliseren snel. Antisemitisme dat toch al aanwezig is, wordt door zijn toedoen zichtbaar gemaakt.”
In de Joodse wereld heeft Berland volgens Jacobs geen invloedrijke positie. „Ik kende hem niet voordat hij in Nederland werd aangehouden; ik had nog nooit van hem gehoord. Sowieso kent bijna niemand in Nederland hem.”
Komst van de Messias
Toch is de inhoud van Berlands onderwijs niet vreemd voor het ultraorthodoxe Jodendom. Zo gaat het in zijn toespraken vaak over de komst van de Messias. Die focus verklaart ook de uitspraken van Berland in het stadion in Tel Aviv. Voordat de Messias kan komen, moet er vrede en harmonie heersen op aarde – óók tussen Joden en Arabieren. Een open houding tegenover niet-Joden is dan ook kenmerkend voor zijn stroming, het Breslov-chassidisme (zie illustratie).
Maar Bart Wallet vindt zijn uitlatingen wel „een beetje dubbel. Berlands Talmoedschool in Jeruzalem bevindt zich in de moslimwijk van de Oude Stad. Dat zullen de meeste Arabieren niet als teken van vrede zien.”
Voor Berlands volgelingen maakt het niet uit. Ze zagen door Berland het licht en beschouwen hem als een instituut. In Israël kwamen zijn volgers hem dag en nacht opzoeken, waarbij ze zelfs door de ramen naar binnen kropen om bij hem te kunnen zijn.
Charismatisch leider
Dat soort feiten roept een andere vraag op. Ontucht of niet, wijst het gedrag van zijn volgelingen er wellicht op dat Berland een sekteleider is? Volgens De Leon niet: „Israël zit vol met dit soort groepen.” Ook Bart Wallet gebruikt die typering niet. „Dit gedrag is vrij typerend voor het chassidisme. Als volgeling heb je weliswaar rechtstreeks contact met God, maar ook via je rebbe. De rebbe heeft inzicht in je levensplan, kan je vertellen wat voor werk je moet gaan doen en met wie je moet trouwen. In Antwerpen zie je precies hetzelfde. Daar zijn hele dynastieën van rebbes. Zeker rond de Joodse feestdagen is er vaak een grote schare aan volgelingen. Als een rebbe verhuist, verhuist een deel van zijn volgelingen mee.”
De chassidische rebbe heeft een heel eigen positie, stelt ook opperrabbijn Jacobs. Waar een gewone rabbijn geldt als leraar en expert op het gebied van de Joodse wet, is een chassidische rebbe vaak een charismatisch leider van wie zijn volgelingen oordelen dat hij dicht bij God staat. Jacobs: „Berland zal een leraar zijn voor zijn mensen. Dat zie je vaker bij chassidische rebbes – maar de rebbes die ik ken, ontvluchten Israël niet.”
Eliezer Berland: een rebbe op drift
Rabbijn Eliezer Berland werd in 1937 geboren in Haifa, in het tegenwoordige Israël. Hij studeerde aan een Talmoedschool die weliswaar orthodox was, maar zeker niet in de chassidische traditie die Berland later zelf zou promoten (zie illustratie).
Als jongeman had Berland een bekeringservaring die hem in contact bracht met vertegenwoordigers van een specifieke tak van het chassidisme: het Breslov-chassidisme, vernoemd naar de grote Joodse leider Nachman van Breslov. Berland ontwikkelde een nauwe relatie met een voorman van de Breslovbeweging in de vorige eeuw; de in 1989 overleden rabbijn Bender.
Tegen de tijd dat Bender overleed, was Berland al voor zichzelf begonnen. Bijna tien jaar deed hij aan intensief evangelisatiewerk in Israël. Hij schaamde zich niet om daarvoor naar universiteiten, kibboetsen en disco’s te gaan. Zijn boodschap was mystiek van aard. Berland riep op om minstens één uur per dag stille tijd te houden, nog los van de dagelijkse religieuze verplichtingen.
Onbetwiste leider
Het werk had succes: er ontwikkelde zich langzaam maar zeker een groep volgelingen rond de rabbijn. Veel van deze volgelingen zijn Joden van seculiere komaf. Berland is hun poort naar de orthodoxie, waardoor ze hem als onbetwiste leider zien.
Met deze groep als basis stichtte Berland in 1978 in Tel Aviv de Talmoedschool Shuvu Banim, waarin hij vanaf het begin onderwijs wilde geven in de mystieke lijn van Nachman van Breslov. Een paar jaar later verhuisde hij met de school naar Jeruzalem, waar hij zijn intrek nam in een gebouw in de islamitische wijk, op een steenworp afstand van de Klaagmuur.
Intussen bleef de groep groeien. Er werden nieuwe Talmoedscholen geopend, naast een basisschool voor meisjes en een serie kinderopvangverblijven. Naar eigen zeggen heeft de 77-jarige Berland nu zo’n 1500 volgelingen, vooral in Israël.
Scheuren
In 2012 ontstonden de eerste grote scheuren in zijn bolwerk, toen er klachten over seksueel misbruik naar buiten kwamen. Berland verliet toen Israël. Sindsdien reisde hij door onder meer de Verenigde Staten, Italië, Zwitserland, Marokko en Zuid-Afrika. Nergens was hij voor langere tijd welkom.
In september vorig jaar arriveerde hij in Nederland. Direct bij aankomst op Schiphol werd hij, op verzoek van Israël, aangehouden op verdenking van ontucht. Nederlandse media doopten Berland, vanwege de verdenkingen tegen hem, onmiddellijk om tot de „seksrabbijn.”
De vraag is nu of hij wordt uitgeleverd aan Israël. Daarover loopt nog steeds een zaak bij de Hoge Raad, waarin naar verwachting pas in september uitspraak wordt gedaan.
Berlands paspoort is ingenomen, maar in de tussentijd mag hij zich vrij bewegen. Naar verluidt is hij het grootste deel van zijn tijd in Amsterdam. Zijn volgelingen, die hem met enkele honderden vanuit Israël zijn nagereisd, zwerven door heel Nederland.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 mei 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 mei 2015
Reformatorisch Dagblad | 16 Pagina's