Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bezorgdheid om overhaaste komst downtest

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bezorgdheid om overhaaste komst downtest

CU pleit voor fundamenteel debat

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

APELDOORN. De Stichting Down Syndroom is vuurbang dat de zogeheten Downtest al op korte termijn mag worden aangeboden aan alle zwangere vrouwen.

Dat liet directeur R. Lamberts van de stichting vanochtend weten.

Ziekenhuizen mogen de Downtest sinds 1 april vorig jaar al aanbieden, maar dan alleen aan zwangere vrouwen die daarvoor een soort basistest, de zogenaamde combinatietest, hebben ondergaan. Pas als hieruit blijkt dat het risico op een kind met Downsyndroom groter is dan 1 op 200 mag de vrouw de nieuwe bloedtest, de zogeheten Niet Invasieve Prenatale Test (NIPT), ondergaan.

Toestemming om de NIPT af te nemen bij alle zwangere vrouwen wilden de Gezondheidsraad en minister Schippers (VWS) vorig jaar nog niet geven. Beiden oordeelden dat over de betrouwbaarheid van de NIPT nog te weinig kennis voorhanden was.

In een artikel dat vorige week werd gepubliceerd in The New England Journal of Medicine omschrijven onderzoekers de test, na onderzoek bij 15.841 zwangere vrouwen in de VS, Europa en Canada, echter als voldoende betrouwbaar. De test wees uit dat 47 vrouwen uit deze groep zeer waarschijnlijk zouden bevallen van een kind met het syndroom van Down; dit bleek 38 keer correct te zijn.

Lamberts vreest dat Schippers en de Gezondheidsraad met verwijzing naar dit onderzoek nu snel „een vinkje” zullen zetten achter het criterium betrouwbaarheid. „Daar moet de focus echter niet als enige op gericht zijn. Ook de voorlichting die ouders krijgen over het syndroom van Down moet evenwichtig zijn. Schippers moet daar meer in investeren en mag pas groen licht geven als de kwaliteit van de voorlichting aantoonbaar verbeterd is.”

Die voorlichting moet zeker beter, vindt ook CU-Tweede Kamerlid Dik-Faber. „Maar zelfs als die op peil is, is het nog maar de vraag of we op zo’n uitgebreide schaal naar het syndroom van Down moeten speuren. Waarom willen we dat eigenlijk? En hoe voorkomen we dat ouders straks onder druk gaan kiezen voor de test en voor het laten afbreken van de zwangerschap?”

Namens de CU wil Dik opnieuw gaan aandringen op een grondige besluitvorming. „Het is hoogste tijd voor een diepgaand debat.”

Dit artikel werd u aangeboden door: Reformatorisch Dagblad

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 7 april 2015

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's

Bezorgdheid om overhaaste komst downtest

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 7 april 2015

Reformatorisch Dagblad | 24 Pagina's