Strak is mooi, verfomfaaid minder
Hoedenontwerpster Berry Rutjes uit Gouda zag randen zonder bol voorbijkomen, gisteren tijdens de hoedenparade op Prinsjesdag. „Dat vind ik niet mooi, voor deze gelegenheid. Doe dan een klein bolletje, zou ik zeggen. En bij anderen was de bol weer te groot.”
De hoed van Tweede Kamerlid Bouwmeester was „prachtig”, zegt Rutjes. „Niet te groot, niet te klein, paste bij haar jasje. Maatwerk. Die van Van Nieuwenhuizen had een fraaie brede rand en een goede kleur. De kracht zat in eenvoud.”
Dat de hoofddeksels op Prinsjesdag zo „carnavalesk” kunnen zijn is vreselijk, vindt Rutjes. „Dat is geen pluimage voor de hoed.” Een politiek statement uitdragen moet een Kamerlid ook niet doen op zo’n dag, wat Rutjes betreft.
De creatie van Lodders (VVD) vindt Rutjes het minst geslaagd. „Technisch zat hij denk ik wel knap in elkaar, er was zeker aandacht aan besteed. Dat is juist het trieste. Het was haast een muts, en hij duwde als het ware haar hoofd naar beneden. Hij zat ook over heel het voorhoofd heen. Ik houd meer van open hoeden, waarbij je het gezicht goed ziet.”
Rutjes kijkt kritisch, maar negatief wil ze niet zijn: „Iedereen doet zijn best zo mooi mogelijk voor de dag te komen. En ik hoop van ganser harte dat ze altijd hoeden zullen blijven dragen op Prinsjesdag.”
De hoed van koningin Máxima sprong er weer uit voor de ontwerpster. „Zij draagt altijd heel mooie hoeden.” In 2008 droeg Máxima op Prinsjesdag een hoed van Berry Rutjes. „Dat was letterlijk en figuurlijk de kroon op mijn werk.”
Voor het derde opeenvolgende jaar droeg Máxima een hoed van het model dat ze gisteren droeg, weet ontwerpster Myra van de Korput uit Barendrecht, en geen wonder: „Het is een fantastisch model voor haar. Ze heeft een symmetrisch gezicht, alles staat haar, maar deze rand omlijst haar gezicht. Haast als een lijst om een schilderij.”
De hoed van minister Bussemaker werd gemaakt door een student van de modeopleiding aan de Hogeschool van Amsterdam. Van de Korput: „De kleur stond haar heel goed. Echt een blikvanger.”
Prinses Laurentien droeg ook een „prachtige hoed”, met kant dat ook in haar jurk was verwerkt. „Alleen jammer dat de rand zo naar beneden wees. En er zat een witte veer op die ik onduidelijk vond. Waar komt die vandaan, vroeg ik me af.” Randen die het gezicht wat afschermen kunnen wel, vindt Van de Korput –„rouwhoeden hebben het vaak”–, maar voor deze gelegenheid zou ze wat anders hebben geadviseerd.
Van de Korput ontwerpt zelf ook hoeden die op Prinsjesdag worden gedragen. Dit jaar maakte ze er een voor Kamerlid Wolbert van de PvdA. En ze heeft „geheime opdrachten” waar ze natuurlijk niets over kan zeggen. Verder zag ze een hoed terug van jaren geleden. „Ik weet niet altijd bij wie een ontwerp van mij terechtkomt – ik verkoop ook via winkels. Zodra iemand naar mijn atelier komt, weet ik het uiteraard wel.” Als ze bezig is met een hoed, maakt het haar wat betreft het plezier in het maken niet uit voor wie hij is. „Maar wanneer er een in de publiciteit komt, is dat natuurlijk wel extra leuk. Dan voelt het alsof je kind op tv komt.”
Annet Bogerd van Bogerds Galerie in Leerdam vindt de jagersoutfit die Kamerlid Thieme (PvdD) droeg op Prinsjesdag mooi. De herfsttinten van de hoed van Lodders waardeert ze eveneens, maar het model was wel „te rommelig.” Echt streng klinkt ze over de hoed van Jildau Piena, de vrouw van minister Asscher: „Zo’n harmonicamodel. Alsof iemand haar kort daarvoor een klap op het hoofd had gegeven.”
De enorme bloem op het hoofd van Agema noemt Bogerd „overdressed, too much”, en paste volgens haar niet bij Agema’s gezicht. „De blauw met turquoise hoed van Bussemaker stond super.” Ook „heel mooi” was de hoed van Bouwmeester: „Met die blauwe panterprint die precies bij haar kleding past.” De kleurschakeringen in de hoed van mevrouw Wilders waren eveneens geslaagd, aldus Bogerd. De creatie van de vrouw van Kamerlid Elias leek haar nogal wiebelig. „Ze moest ’m haast vasthouden.”
Het viel Bogerd op dat er zo veel kleuren te zien waren. „Dat is in onze winkel ook zo, al blijven donkerblauw, zwart en grijs altijd.” In de Leerdamse hoedenzaak liggen verder „Máximahoeden”: met de zwierige, brede rand. Van het model zijn vier of vijf variaties te koop, vertelt Bogerd – en het is een verkoopsucces. Zelf vindt ze de hoed die Máxima gisteren droeg ook prachtig.
Of het hoedengebeuren op Prinsjesdag eigenlijk nog wel past bij het leven in 2013? „Het is juist geweldig dat dit erbij hoort. Het mooiste zou zijn dat mensen op straat ook weer hoeden gaan dragen. Niet van die extravagante, maar praktische. Stel dat dat weer normaal wordt – jas, sjaal, hoed, tas.”
Het viel hoedenontwerpster Nienke Visser uit ’s-Gravendeel op dat er veel grote hoeden te zien waren, gisteren op het Binnenhof. „Ik vraag me af of dat te maken heeft met de crisis. Ze zeggen dat de rokken langer worden in een tijd van economische recessie – er wordt meer stof gebruikt. Misschien geldt voor hoeden ook iets dergelijks. In elk geval zie je op dit moment veel grote exemplaren.”
De hoed van Kamerlid Bouwmeester vindt Visser „een topper.” „Haar baby heeft een hoedje van dezelfde stof, las ik.” Ook over de hoed van Bussemaker is ze positief. „Ik begrijp dat een student hem heeft gemaakt, daar maak ik uit op dat ze haar kleding heeft aangepast aan de hoed. Dat is heel knap gedaan.”
Het hoofddeksel van Nieuwenhuizen was „gewoon goed.” De hoed van de vrouw van minister Blok zag er nogal verfomfaaid uit, vindt Visser. „Alsof iemand er per ongeluk op had gezeten.”
Over de goudgele keus van Lodders is ze evenmin enthousiast. „Het leek of er allerlei lapjes bij elkaar zijn gezocht en even vastgezet. Maar goed – ik houd nu eenmaal van strakke, netjes afgewerkte hoeden.”
Visser ontwierp een fuchsiaroze hoed die gisteren ook is gedragen, maar die bleef uit de buurt van de camera’s. De vrouw die hem droeg, had voorspeld dat ze op de achtergrond zou blijven. Dat bleek inderdaad zo te zijn.
„Heel mooi”, noemt ook Visser de goudkleurige hoed van koningin Máxima van gisteren. „Hij paste bij haar kleding doordat hij –in tegenstelling tot de jurk– strak en zonder franje was.”
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 18 september 2013
Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 18 september 2013
Reformatorisch Dagblad | 26 Pagina's