Troonrede voor jou

Beste meisjes en jongens,

Op 30 april ben ik koning van Nederland geworden. Dat gebeurde in de Nieuwe Kerk te Amsterdam tijdens een vergadering van de Tweede en de Eerste Kamer samen. Dat was een hartverwarmende start van mijn koningschap. Ik denk met dankbaarheid aan deze dag terug.

Ook ben ik dankbaar voor hetgeen mijn moeder heeft gedaan. Zij heeft zich 33 jaar ingezet voor het land. In goede en in slechte tijden. Zij blijft voor mij een belangrijke inspiratiebron.

Onlangs overleed mijn broer, prins Friso. We hebben toen veel steun ervaren van u en andere Nederlanders. Wij zijn daarvoor heel dankbaar.

Nederlanders hebben op de dag van mijn inhuldiging laten zien dat ze eensgezind zijn. Dat is mooi. Zeker als we binnenkort gaan vieren dat er 200 jaar een koningshuis is in ons land.

Meisjes en jongens,

Nederland zit al vijf jaar in een crisis. De werkloosheid stijgt, bedrijven gaan failliet, de huizen worden minder waard, ouderen krijgen minder pensioen en burgers hebben minder geld te besteden.

Wereldwijd zou je zeggen dat het eind van de crisis in zicht is. Daar moet Nederland ook van profiteren. De regering wil dat er meer banen komen en dat het vertrouwen weer terugkomt.

In de komende jaren moet er veel veranderen in Nederland. Tot nu toe zijn er heel veel regelingen voor mensen die het moeilijk hebben. Dat zal minder worden. Mensen moeten meer voor zichzelf zorgen en de overheid zal stapjes terug doen.

Als mensen meer voor zichzelf zorgen, is dat nuttig voor ons allemaal. Daar wordt Nederland sterk van. Alleen voor mensen die het echt niet kunnen, zal de overheid blijven zorgen.

De overheid betaalt per jaar 11 miljard euro aan rente. Dat is veel geld. Als we nog meer schulden gaan maken, moeten we nog meer rente betalen. Gelukkig is de rente nu laag. Als deze zou stijgen, moeten we nog meer betalen. En dan moeten we nog meer bezuinigen.

Volgend jaar wil de regering 6 miljard euro bezuinigen. Iedereen moet een beetje inleveren. Ouders die veel geld hebben, kunnen volgend jaar gemakkelijker geld geven aan kinderen die een huis kopen. Ze hoeven dan minder belasting te betalen.

Pensioenfondsen hebben veel geld. De regering heeft afspraken gemaakt zodat ze dat geld beschikbaar stellen voor de gezondheidszorg, energievoorziening, schoolgebouwen en wegen. Dat leidt tot meer werkgelegenheid en dat is belangrijk.

De regering stelt ook 600 miljoen euro beschikbaar voor meer banen en stageplaatsen voor jongeren. Ook willen we 3000 banen maken voor jonge leerkrachten. Door het energieakkoord komen er 15.000 banen bij.

Ik vertelde zojuist al dat er minder voorzieningen komen voor mensen. Burgers moeten meer voor zichzelf zorgen en de overheid zal stapjes terug doen. Ik noem drie voorbeelden.

Het eerste is de jeugdzorg. Die gaan we anders en eenvoudiger organiseren. Niet de provincies, maar de gemeenten gaan daar straks over. Gemeenten staan dicht bij burgers.

Ten tweede gaan we de zorg voor ouderen en mensen met een handicap anders organiseren. Ook daar gaan gemeenten een grotere rol spelen. Zij moeten de eenvoudige zorg gaan leveren. Dat zal geld opleveren. De zogenoemde langdurige zorg kost veel geld; maar liefst 2200 euro per Nederlander per jaar.

Als derde willen we 125.000 mensen met een handicap aan een baan helpen.

Verder wil het kabinet dat mensen die werkloos worden een betere begeleiding krijgen. Zij moeten zo snel mogelijk weer aan het werk, zo nodig via bijscholing.

Het wordt in de toekomst gemakkelijker voor werkgevers om werknemers te ontslaan. Mensen die tijdelijk werk hebben, krijgen meer bescherming.

Ook in de woningmarkt komen veranderingen. We gaan kopers stimuleren om hun lening sneller af te lossen. Huurders die veel verdienen, moeten een hogere huur gaan betalen.

Nederland handelt veel met het buitenland. Daarom is samenwerking met andere Europese landen erg belangrijk. Nederland moet in Europa een belangrijke rol spelen.

De euro is ons betaalmiddel. Het is belangrijk dat onze munt sterk blijft. Daarom moeten banken meer met elkaar samenwerken.

Maar we moeten niet alleen kijken naar samenwerking binnen Europa, maar ook daarbuiten. Belangrijk is dat we ook kunnen handelen met Amerika en met Japan. De Europese Unie moet goede onderhandelingen met deze landen voeren.

Anderzijds moet Europa zich ook niet met alles bemoeien. Over de hoogte van onze belastingen, over onze voorzieningen voor hulpbehoevenden, over onze pensioenen, over onze gezondheidszorg en over ons onderwijs, mag Europa niets te zeggen hebben.

We vinden samenwerking met andere landen buiten Europa ook belangrijk. Dat bevordert de veiligheid in Europa. De situatie in Syrië laat zien hoe belangrijk dat is. We hebben daarom ook een goed leger nodig. Nederland heeft ook militairen in landen waar veel spanning is. Ze doen moeilijk werk en verdienen onze steun.

We moeten ook arme landen helpen, bijvoorbeeld met hun watervoorzieningen. Samen met Máxima ga ik snel naar onze eilanden in het Caraïbisch gebied.

De regering wil graag met de Tweede en de Eerste Kamer samenwerken om dit alles te realiseren. Dat is een moeilijke taak. U mag weten dat velen u wijsheid toewensen en met mij om kracht en Gods zegen voor u bidden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen